Terug
Gepubliceerd op 28/02/2023

2023_GR_00034 - Subsidiereglement voor duurzaamheids-, klimaat- en biodiversiteitspremies.

Gemeenteraad
ma 30/01/2023 - 20:00 Raadzaal van GC Blommaert, Gemeentepark 22, 2990 Wuustwezel
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Katrin Kempenaers, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Glenn Verelst, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Amber Vermeiren, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Marc Vorsselmans; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans; Luc Loos, algemeen directeur

Secretaris

Luc Loos, algemeen directeur

Voorzitter

Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
2023_GR_00034 - Subsidiereglement voor duurzaamheids-, klimaat- en biodiversiteitspremies. 2023_GR_00034 - Subsidiereglement voor duurzaamheids-, klimaat- en biodiversiteitspremies.

Motivering

Motivering

De gemeente wil energiebesparende maatregelen, klimaatadaptieve maatregelen, hernieuwbare energie, duurzaam leven en biodiversiteit in de gemeente stimuleren. 

Uit cijfers blijkt dat:

  • 6 op 10 Vlaamse woningen toe zijn aan een grondige renovatie.
  • Om onze klimaatdoelstellingen te behalen zouden we moeten proberen om 40% van de woningen op ons grondgebied grondig energetisch te renoveren (dak-, vloer- en muurisolatie, beglazing, …). 
  • In een woning:
    • 30% van de warmte verloren gaat via het dak;
    • 20 %  verloren gaat via de muren;
    • 15 % verloren gaat via de ramen.

Het beperken van energieverlies is dus belangrijk. 

Ook in Wuustwezel zijn de gevolgen van klimaatverandering voelbaar en daarom zijn klimaatadaptieve maatregelen noodzakelijk. 

Groendaken leveren een aanzienlijk milieuvoordeel op naar hemelwateropvang en (geluids-)isolatie toe. Een gevelgebonden groengevel helpt om het hitte-eiland effect te temperen, heeft een akoestische meerwaarde, een positief effect op de psychologische beleving van de straat en levert een bijdrage aan de biodiversiteit. Een infiltratievoorziening (putten, leidingen, wadi), hemelwaterput, regenwaterton en ontharding van voortuinen zorgt ervoor dat hemelwater terug in de bodem sijpelt en zo het grondwaterniveau op peil houdt. 

De gemeente wenst de uitstoot van schadelijke gassen te verminderen door het gebruik van alternatieve energie en hoogwaardige technologie aan te moedigen. Hernieuwbare energiebronnen zijn onuitputtelijk en milieuvriendelijk, maar brengen vaak een hogere investeringskost met zich mee. De toekenning van subsidies kan het gebruik van hernieuwbare energie stimuleren. 

Er moet prioriteit verleend worden aan de afvalvoorkoming en het hergebruik van afvalstoffen. Een kind produceert meer dan één ton restafval aan wegwerpluiers tijdens de hele luierperiode. Ook de incontinentieluiers van volwassenen komen bij het restafval. Het gebruik van herbruikbare luiers kan dit restafval doen verminderen, maar de relatieve onbekendheid en de hoge aankoopprijs van een startpakket voor herbruikbare luiers kunnen een aantal mensen afschrikken. 

Het huidige verlies aan biodiversiteit en de daarmee samenhangende veranderingen in het milieu voltrekt zich sneller dan ooit tevoren. Biodiversiteit zorgt voor schoon water, vruchtbare grond en een stabiel klimaat. Natuurlijke tuinafsluitingen, bloemenweides en kleine landschapselementen (KLE’s) kunnen de biodiversiteit bevorderen.

De mogelijkheid bestaat om voor bepaalde energiepremies samen te werken met de Vlaamse overheid (vanaf nu MijnVerbouwpremie). De aanvraag en controle van de aanvraag verloopt dan kosteloos via MijnVerbouwpremie. De aanvrager ontvangt dan een premie van de MijnVerbouwpremie en de gemeente betaalt aanvullend de gemeentelijke premie uit.

Juridische grond

  • Decreet Lokaal Bestuur.
  • Gemeenteraadsbeslissing tot ondertekening van het burgemeestersconvenant 2030 van 28 september 2020 waarbij de gemeente zich engageert om de klimaat- en energiedoelstellingen van de EU op het grondgebied van Wuustwezel te verwezenlijken. 
  • Gemeenteraadsbeslissing tot akkoord met het gemeentelijk energie- en klimaatactieplan (SECAP) van 27 september 2022.
  • Gemeenteraadsbeslissing tot ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact 1.0 van 31 augustus 2021.
  • Gemeenteraadsbeslissing tot ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 van 5 december 2022.
  • Gemeenteraadsbeslissingen van 5 december 2019 tot goedkeuring van volgende subsidiereglementen:
    • Duurzaam bouwen.
    • Het buiten gebruik stellen van stookolietanks.
    • Herbruikbare luiers.
    • Beschermen van zwaluwnesten.
    • Tuincompostvaten, -bakken en aanbouwmodules.
    • Kleine Landschapselementen. 
  • Bespreking op milieu- en natuurraad van 8 november 2022.

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

De gemeenteraad heeft in zitting van 2 december 2019 een subsidiereglement goedgekeurd inzake:

  • Duurzaam bouwen. 
  • Het buiten gebruik stellen van stookolietanks.
  • Herbruikbare luiers.
  • Beschermen van zwaluwnesten.
  • Tuincompostvaten, -bakken en aanbouwmodules.
  • Kleine Landschapselementen.

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Besloten wordt het subsidiereglement voor duurzaamheids-, klimaat- en biodiversiteitspremies goed te keuren als volgt: 

Art. 1 Definities 

  • Bestaande woning: een onroerend goed waarvan het bouwjaar minstens vijf jaar geleden is. Het bouwjaar is het eindjaar volgens de kadastrale legger op het ogenblik van de aanvraag.
  • Bestaande dakoppervlakte: horizontale projectie van de buitenafmetingen van het dak.
  • Groendak: extensief of intensief begroeid daksysteem waarbij minstens een wortelkerende laag, een drainagelaag, een substraatlaag en een vegetatielaag aanwezig zijn.
  • Hemelwaterput: (=hemelwatertank) reservoir voor het opvangen en stockeren van hemelwater.
  • Hemelwaterinstallatie: het geheel van hemelwaterput met eventueel bijhorend leiding- en pompsysteem, filters, enz. met het oog op hergebruik van hemelwater.
  • Infiltratievoorziening: buffervoorziening voor het doorsijpelen van hemelwater in de bodem op eigen terrein.
  • Kleine landschapselementen (KLE’s): alle punt-, lijn- en vlakvormige natuurlijke elementen, opgebouwd uit levend materiaal, die in het landschap worden aangebracht en zo een natuurlijke structuur geven aan dit landschap.
  • Hagen en heggen: lijnvormige aanplantingen van houtige, streekeigen gewassen die door periodieke snoei in vorm gehouden worden. De snoei kan gaan van frequent (haag) tot minimaal (heg).
  • Houtkanten: vlakvormige aanplantingen van streekeigen bomen en/of struiken. Hakhoutkanten zijn houtkanten die door periodiek kappen geëxploiteerd worden; de aangeplante soorten bezitten de eigenschap om nieuwe loten te vormen.
  • Struwelen: kleine bosjes die uit streekeigen struikvegetatie bestaan.
  • Bomenrijen: lijnvormige aanplantingen van bomen van eenzelfde streekeigen boomsoort. Ook knotbomen vallen onder dit begrip.
  • Hoogstamboomgaarden: een verzameling fruitbomen aangeplant in een recht of willekeurig verband met een minimumstamhoogte van 2 meter.
  • Amfibieënpoelen: ondiepe, natuurlijke of kunstmatig aangelegde waterpartijen in een weide.
  • Landelijke gebieden: de zones aangeduid op het Gewestplan als agrarisch gebied in de ruime zin of parkgebied.

Art. 2 Binnen het jaarlijks beschikbare krediet, wordt een subsidie verleend voor het uitvoeren van werken en aankopen beschreven in artikel 3, 4, 5, 6 en 7. Als het aantal aanvragen het totaal in de begroting voorziene bedrag overstijgt, zal het toekennen van de subsidies verlopen in functie van de datum van aanvraag tot uitputting van het totaal in de begroting voorziene bedrag voor het betrokken dienstjaar. 

De behandeling van sommige van deze premies zal verlopen via de MijnVerbouwpremie. De MijnVerbouwpremie keurt het dossier goed en betaalt haar premie uit. De gemeente betaalt aanvullend haar eigen gemeentelijke premie uit. 

Art. 3 Energiebesparende maatregelen 

§3.1 Dakisolatie/ zoldervloerisolatie 

Voor het plaatsen van (bijkomende) dakisolatie in een bestaande particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van:

  • Laagste inkomenscategorie (MijnVerbouwpremie): 3 euro/m² met een maximum van 300 euro per adres. 
  • Middelste inkomenscategorie (MijnVerbouwpremie): 1,50 euro/m² met een maximum van 150 euro per adres.

Indien het een onbewoonde zolder betreft, wordt de vloer van de zolder ook aanzien als dakisolatie. 

De subsidie moet voldoen aan de voorwaarden opgelegd in de MijnVerbouwpremie en moet ook bij hen worden aangevraagd. De gemeente zal aanvullend haar subsidie uitbetalen. 

§3.2 Buitenmuurisolatie 

Voor het plaatsen van (na)isolatie van een bestaande buitenmuur in een bestaande particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van: 

  • Laagste inkomenscategorie (MijnVerbouwpremie): 3 euro/m² met een maximum van 300 euro per adres. 
  • Middelste inkomenscategorie (MijnVerbouwpremie): 1,50 euro/m² met een maximum van 150 euro per adres.

De subsidie moet voldoen aan de voorwaarden opgelegd in de MijnVerbouwpremie en moet ook bij hen worden aangevraagd. De gemeente zal aanvullend haar subsidie uitbetalen. 

§3.3 Vloer- of kelderisolatie 

Voor het plaatsen van (bijkomende) vloer- of kelderisolatie (isolatie op het plafond van een kelder of verluchte ruimte onder een verwarmde ruimte) in een bestaande particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van:

  • Laagste inkomenscategorie (MijnVerbouwpremie): 3 euro/m² met een maximum van 300 euro per adres. 
  • Middelste inkomenscategorie (MijnVerbouwpremie): 1,50 euro/m² met een maximum van 150 euro per adres.

De subsidie moet voldoen aan de voorwaarden opgelegd in de MijnVerbouwpremie en moet ook bij hen worden aangevraagd. De gemeente zal aanvullend haar subsidie uitbetalen. 

§3.4 Beglazing 

Voor het plaatsen van nieuwe beglazing in een bestaande particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van 

  • Laagste inkomenscategorie (MijnVerbouwpremie): 3 euro/m² met een maximum van 300 euro per adres. 
  • Middelste inkomenscategorie (MijnVerbouwpremie): 1,50 euro/m² met een maximum van 150 euro per adres.

De subsidie moet voldoen aan de voorwaarden opgelegd in de MijnVerbouwpremie en moet ook bij hen worden aangevraagd. De gemeente zal aanvullend haar subsidie uitbetalen. 

Art 4 Hernieuwbare energie 

§4.1 Zonneboiler 

Voor het plaatsen van een zonneboiler in een bestaande particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van 200 euro aan aanvragers die bij de MijnVerbouwpremie onder de laagste en middelste inkomenscategorie vallen. 

De subsidie moet voldoen aan de voorwaarden opgelegd door de MijnVerbouwpremie en moet ook bij hen worden aangevraagd. De gemeente zal aanvullend haar subsidie uitbetalen. 

§4.2 Warmtepomp 

Voor het plaatsen van een warmtepomp in een bestaande particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van 200 euro aan aanvragers die bij de MijnVerbouwpremie onder de laagste en middelste inkomenscategorie vallen. 

De subsidie moet voldoen aan de voorwaarden opgelegd door de MijnVerbouwpremie en moet ook bij hen worden aangevraagd. De gemeente zal aanvullend haar subsidie uitbetalen. 

§4.3 Warmtepompboiler 

Voor het plaatsen van een warmtepompboiler in een bestaande particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van 200 euro aan aanvragers die bij de MijnVerbouwpremie onder de laagste en middelste inkomenscategorie vallen.

De subsidie moet voldoen aan de voorwaarden opgelegd door de MijnVerbouwpremie en moet ook bij hen worden aangevraagd. De gemeente zal aanvullend haar subsidie uitbetalen. 

Art.5 Klimaatadaptieve maatregelen 

§5.1 Groendak 

Voor het plaatsen van een groendak op een particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van 10 euro/m² met een maximum van 300 euro. 

De subsidie wordt toegekend op voorwaarde dat het groendak:

  • Minimaal bestaat uit een wortelkerende laag, drainagelaag, substraatlaag en vegetatielaag. 
  • Een buffercapaciteit heeft van minimum 35 liter water/m². 
  • Minimum 5 m² groot is. 
  • Minstens 10 jaar blijft bestaan en in goede staat wordt gehouden. Mislukte aanplantingen of werken dienen hersteld te worden.

Als de dakafdichting is voorzien van een recente wortelvaste dakbedekking uit EPDM-rubber, dan is de wortelkerende laag niet verplicht. 

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§5.2 Gevelgebonden groengevel 

Voor het plaatsen van een gevel gebonden groengevel aan een particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een subsidie toegekend van 10 euro/m² met een maximum van 200 euro. 

De subsidie wordt toegekend op voorwaarde dat de gevelgebonden groengevel: 

  • Minimaal bestaat uit een draagstructuur, een groene ondergrond en een systeem voor het automatisch begieten, opvangen en infiltreren van water. 
  • Minimum 2 m² groot is. 
  • Geen inbreuk pleegt op de stabiliteit van de draagmuur. 
  • De ondoordringbaarheid t.o.v. de draagmuur waarborgt. 
  • Een irrigatiesysteem bevat dat ontworpen is volgens één of beide van de volgende principes:
    • In een gesloten circuit met pomp.
    • Met gebruikmaking van de opvangsystemen van regenwater. 
  • Bevestigd is aan een gevelmuur van het hoofgebouw. 

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§5.3 Infiltratievoorziening

Voor het plaatsen van een infiltratievoorziening (infiltratieput, infiltratiebuis, infiltratiebak, wadi of ander infiltratiesysteem) aan een particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een éénmalige subsidie toegekend van 200 euro. De subsidie bedraagt niet meer dan 50% van de bewezen kosten. 

De infiltratievoorziening moet voldoen aan volgende voorwaarden:

  • Het volume van de infiltratievoorziening moet in verhouding staan tot het gerealiseerde infiltratiedebiet.
  • Het buffervolume van de infiltratievoorziening moet minimaal 33 liter per m² afwaterende oppervlakte (dakoppervlakte of verharding) bedragen.
  • De oppervlakte van de infiltratievoorziening moet minimaal 4 m²/100 m² aangesloten oppervlakte bedragen.
  • Op de infiltratievoorziening wordt minstens 40 m² afwaterende oppervlakte (dakoppervlakte of verharding) aangesloten.
  • Via de infiltratievoorziening mag enkel niet-verontreinigd hemelwater geïnfiltreerd worden.

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§5.4 Hemelwaterput 

Voor het plaatsen van een hemelwaterput aan een bestaande particuliere woning, wooneenheid (vb. appartement) of appartementsgebouw wordt een éénmalige subsidie toegekend van 200 euro. 

De installatie moet voldoen aan volgende voorwaarden:

  • Het volume van de hemelwaterput dient in overeenstemming te zijn met de aangesloten dakoppervlakte, met een minimum van 3.000 liter bij een aangesloten (dak)oppervlakte van minder dan 100 m², 5.000 liter bij een aangesloten (dak)oppervlakte van 100 m² tot 150 m², 7.500 liter bij een aangesloten (dak)oppervlakte van 150 m² tot 200 m² en 10.000 liter bij een aangesloten (dak)oppervlakte van meer dan 200 m².
  • De volledige dakoppervlakte van de woning dient aangesloten te zijn op de hemelwaterput (excl. groendak). Bij een onvolledig aangesloten dakoppervlakte kan slechts een subsidie toegekend worden mits grondige motivering.
  • Het hergebruik van het in de hemelwaterput opgevangen water is verplicht door middel van een aangesloten pompinstallatie met een minimale aansluiting van één toilet en/of wasmachine. Een pompinstallatie is niet verplicht als de verschillende aftappunten gravitair gevoed kunnen worden. Alle verbruikspunten waar hemelwater toegevoerd wordt, moeten voorzien worden van een sticker of aanduiding met de vermelding: “Géén drinkwater”.
  • Er mag geen directe verbinding gecreëerd worden tussen het drinkwaternet en het leidingennet aangesloten op de hemelwaterput. Hiertoe dient de hemelwaterput met drinkwater bijgevuld te worden door middel van een bijvulsysteem met onderbreking overeenkomstig de code van goede praktijk, ofwel dient een afzonderlijk leidingencircuit voorzien te worden voor hemelwater en drinkwater.
  • De overloop van de hemelwaterput wordt bij voorkeur aangesloten op een infiltratievoorziening op eigen terrein.
  • De overloop van de hemelwaterput mag echter ook afgeleid worden naar een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater (baangracht) of een oppervlaktewater. Wanneer een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig is, mag de overloop van de hemelwaterput eveneens aangesloten worden op het gedeelte van de openbare riolering bestemd voor afvoer van hemelwater. Slechts bij ontstentenis van één van deze mogelijkheden mag het hemelwater via een afzonderlijke hemelwaterafvoerleiding geloosd worden op het gemengde rioleringsstelsel. Wel moeten tot aan het lozingspunt op de openbare riolering het hemelwater en afvalwater gescheiden worden.
  • Op de hemelwaterafvoerleiding met overloop van de hemelwaterput moet een toezichtput geplaatst worden. In geval van lozing in een openbare infiltratievoorziening, een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater, een oppervlaktewater, of in de openbare riolering, moet de toezichtput nabij de rooilijn geplaatst worden. In geval van lozing in een infiltratievoorziening dient de toezichtput nabij deze voorziening geplaatst te worden.

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§5.5 Ontharden en vergroenen van tuinen 

Voor het ontharden en vervolgens vergroenen van verharde oppervlakken op particuliere percelen wordt een subsidie toegekend van 10 euro/m² met een maximum van 200 euro. De subsidie bedraagt niet meer dan 50% van de bewezen kosten (incl. afvoer van verhardingen).

De subsidie wordt toegekend op voorwaarde dat:

  • Doorlaatbare en/of ondoorlaatbare verharding vervangen wordt door inheemse planten, struiken, hagen en bomen (niet door éénjarigen, gazongras, bloemenweide, …). 
  • Oppervlakte die onthard wordt minimum 5 m² bedraagt. 
  • Het beplantingsplan als bijlage wordt toegevoegd aan de subsidieaanvraag.

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§5.6 Regenwaterton 

Voor de aankoop van een regenwaterton wordt éénmalig per woonadres een subsidie toegekend van 25 euro. 

De subsidie wordt toegekend op voorwaarde dat: 

  • De regenwaterton aangesloten wordt op een regenpijp afkomstig van een dakoppervlak. 
  • De inhoud van de regenwaterton(nen) minimum 500 liter in totaal bedraagt. 
  • De regenwaterton blijft staan op het adres dat op de aanvraag is vermeld. 
  • Er geen asbest aanwezig is in het dakoppervlak waaraan de regenwaterton gekoppeld is. 

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

Art. 6 Duurzaam leven 

§6.1 Herbruikbare luiers en herbruikbaar incontinentiemateriaal

Voor de aankoop of huur van een pakket herbruikbare luiers en herbruikbaar incontinentiemateriaal en bijhorende benodigdheden (luiers, inleggers, overbroekjes) wordt een subsidie toegekend van 50% van de gefactureerde kosten (inclusief BTW) met een maximum van 100 euro per persoon. 

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§6.2 Tuincompostvat, -bak of aanbouwmodule 

De aankoop van een tuincompostvat, -bak of aanbouwmodule via het recyclagepark wordt gesubsidieerd voor 50% van de aankoopprijs. 

Subsidie is maximaal één keer per adres aan te vragen voor een compostvat, één keer voor een compostbak en twee keer voor een aanbouwmodule. 

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§6.3 Buiten gebruik stellen stookolietank 

Voor het buiten gebruik stellen van een stookolietank is er een subsidie van 150 euro per adres. 

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

Art. 7 Biodiversiteit 

§7.1 Natuurlijke tuinafsluiting 

Voor het vervangen van gesloten perceel afsluitingen (draadafsluitingen, houten afsluitingen, …) door natuurlijke perceel afsluitingen (hagen, vlechthagen, …) wordt een subsidie toegekend van 5 euro/lm met een maximum van 100 euro. 

De subsidie wordt toegekend op voorwaarde dat: 

  • De natuurlijke afsluiting onderaan niet afgesloten is of dat er egelwegels voorzien worden. 
  • De lengte minimum 5 meter bedraagt 
  • Geen gebruik wordt gemaakt van kant en klare panelen zoals heidematten, bamboe, … 
  • Het om een ‘levende’ afsluiting gaat en niet om vb. een houten afsluiting. 
  • De aanplant niet opgelegd werd, vb. in het kader van een omgevingsvergunning, herstelvordering, … 

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§7.2 Zwaluwnesten 

Voor het beschermen en in stand houden van zwaluwnesten van huis-, boeren- en gierzwaluwen wordt jaarlijks een subsidie toegekend van: 

  • 10 euro per jaar, voor 1 nestgelegenheid 
  • 25 euro per jaar, voor een kleine kolonie (2 tot 3 zwaluwnesten) 
  • 38 euro per jaar, voor een middelmatig kolonie (4 tot 5 zwaluwnesten) 
  • 50 euro per jaar, voor een grote kolonie (vanaf 6 zwaluwnesten) 

De subsidie wordt toegekend op voorwaarde dat: 

  • Het nest bewoond is (meerdere legsels in 1 broedseizoen in hetzelfde nest worden aanzien als 1 nest). 
  • Het nest niet verwijderd wordt tijdens het broedseizoen. 
  • De aanvraag ingediend wordt tussen 1 mei en 15 juli. 

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§7.3 Inzaaien van bloemenweide 

Voor het inzaaien van een braakliggend perceel met een meerjarig bij- en insectenvriendelijk bloemenmengsel wordt een subsidie toegekend van 50 euro. 

De subsidie wordt toegekend op voorwaarde dat: 

  • De bloemenweide een minimum oppervlakte heeft van 100 m². 
  • Het gaat om braakliggend terrein en er geen begroeiing voor moet verdwijnen.

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

§7.4 Kleine Landschapselementen

Voor de aanleg van KLE’s in landelijke gebieden en die niet in aanmerking komen voor subsidiëring via de beheerovereenkomsten van de Vlaamse Landmaatschappij wordt er een subsidie verleend voor:

  • De aanplanting van hagen, heggen, struwelen, houtkanten, knotwilgen, hoogstammige fruitbomen en bomenrijen bestaande uit streekeigen boom- en struiksoorten zoals opgenomen in de bijgevoegde lijst.
  • De aanleg van amfibieënpoelen.

De subsidie voor de aanleg van kleine landschapselementen wordt éénmalig uitgekeerd met een maximum van 250,00 euro per aanvrager per jaar.

Welke werken komen in aanmerking:

  • De aanplant van een haag of heg: 1,00 euro per lopende meter gerealiseerde aanplant.
  • De aanplant van een houtkant of struweel: 0,50 euro per m² gerealiseerde aanplant.
  • De aanplant van een bomenrij:
    • met hoogstammig, beworteld plantgoed: 10,00 euro per boom.
    • met niet-bewortelde poten: 2,50 euro per poot.
  • De aanplant van een hoogstamboomgaard: 10,00 euro per boom.
  • Een gecombineerde aanplant van een haag of heg of houtkant met bomen geldt een cumulatie van de overeenkomstige bedragen.
  • De aanleg van een poel: 5,00 euro per m² gerealiseerde aanleg.

Voorwaarden: 

  • Aanplantingen voor louter commerciële doeleinden komen niet in aanmerking voor een toelage voor aanplanting.
  • In gebieden waar de open ruimte van belang is voor weidevogels worden geen subsidies uitgekeerd voor de aanplanting van KLE’s. De aanleg van een poel in weidevogelgebieden komt echter wel in aanmerking voor subsidies. Voor de aanleg van kleine landschapselementen mogen enkel streekeigen struik- en boomsoorten worden aangewend.
  • Voor een haag of heg dient de aanplanting een lengte te hebben van minimaal 25 meter. De plantafstanden zijn 25 cm in hagen en 50 cm in heggen. Het plantgoed heeft een minimumformaat van 60 tot 80 cm hoogte.
  • Voor een houtkant of struweel dient de aanplanting een lengte te hebben van minimaal 25 meter en een minimale breedte van 3 m. De plantafstand in houtkanten en struwelen is 1 m. Het plantgoed heeft een minimumformaat van 60 tot 80 cm hoogte. Een hakhoutkant moet bestaan uit soorten die de eigenschap hebben om uitlopers en/ of nieuwe loten te vormen.
  • De aanplanting van een bomenrij betreft minstens 10 bomen voor beworteld plantgoed en 20 bomen voor niet-bewortelde poten. Het plantgoed heeft een stamomtrek van minstens 12 tot 14 cm op 1 m hoogte. De plantafstand in de bomenrij bedraagt 7 tot 10 m voor hoog-stammige bomen en 5 tot 7 m voor knotbomen.
  • De aanplanting van een hoogstamboomgaard bestaat ten minste uit 10 hoogstammige vruchtbomen.
  • Een poel moet een oppervlakte van minimaal 25 m² ter hoogte van het maaiveld bezitten en op zijn diepste punt minstens 1 m diep zijn. De poel dient ingericht te worden als amfibieënpoel en moet het jaar rond water bevatten. De oevers moeten glooiend aangelegd worden en bij beweiding volledig of gedeeltelijk afgeschermd worden d.m.v. raster. Er mag evenwel geen waterfauna in de poel worden uitgezet. Bovendien mag de poel niet worden uitgerust met kunstmatige nesten voor watervogels.

Art.8 Aanvrager 

De subsidie wordt toegekend aan de aanvrager. 

De aanvrager dient gerechtigd te zijn tot het uitvoeren van de werken waarvoor de aanvraag wordt ingediend. 

De subsidies kunnen aangevraagd worden door: 

  • De eigenaar van het gebouw/perceel, 
  • De gebruiker of huurder van het gebouw/perceel mits een geschreven toelating van de eigenaar. 

De subsidie voorzien in artikel 6.1 herbruikbare luiers en incontinentiemateriaal dient te worden aangevraagd door de vader, moeder of de wettelijke voogd van het kind (herbruikbare luiers) of de (verzorgende van de) incontinente persoon (herbruikbaar incontinentiemateriaal).

Art. 9 Aanvraagformulier 

De aanvraag van een subsidie voor dakisolatie/zoldervloerisolatie, buitenmuurisolatie, vloer- of kelderisolatie, beglazing, zonneboiler, warmtepomp en warmtepompboiler verloopt via de MijnVerbouwpremie. De aanvrager dient de aanvraag in bij de MijnVerbouwpremie. De gemeente ontvangt van de Vlaamse Overheid de nodige gegevens om over te gaan tot de betaling van de aanvullende gemeentelijke premie. 

De aanvraag van een subsidie voor groendak, gevelgebonden groengevel, ontharden en vergroenen van tuinen, regenwaterton, herbruikbare luiers en incontinentiemateriaal, natuurlijke tuinafsluiting, zwaluwnesten, inzaaien bloemenweide, buiten gebruik stellen stookolietanks, infiltratievoorziening, hemelwaterput en KLE’s wordt ingediend bij de gemeente d.m.v. het daartoe bestemde aanvraagformulier (online via de website van de gemeente of via de dienst duurzaamheid/ landschap). Als de aanvrager geen eigenaar is, dient de eigenaar het aanvraagformulier voor akkoord mee te ondertekenen. 

Art. 10 Termijn 

De premieaanvraag dient te gebeuren ten laatste 1 jaar na factuurdatum of na de datum vermeld op het aankoopbewijs op naam of volgens de voorwaarden van MijnVerbouwpremie als deze hiervan afwijken. 

Art. 11 Bewijsstukken 

De facturen moeten gedetailleerd worden opgemaakt op datum, naam van de aanvrager van de subsidie en met vermelding van het adres waar de werken zijn uitgevoerd. Bij een verzamelfactuur moet men duidelijk kunnen afleiden welke bedragen op welke installaties betrekking hebben. 

Voor de subsidies voorzien in artikel 5.5 ontharden en vergroenen van tuinen en artikel 5.6 regenwaterton, artikel 6.1 herbruikbare luiers en herbruikbaar incontinentiemateriaal, artikel 6.2 tuincompostvat, -bak en aanbouwmodule en artikel 7 biodiversiteit kan een aankoopbewijs op naam en datum volstaan. Bestelbonnen, leveringsbons en kastickets worden niet als aankoopbewijs aanvaard. 

Voor de subsidies voorzien in artikel 5.1 groendak, artikel 5.2 gevelgebonden groengevel, artikel 5.5 ontharden en vergroenen van tuinen, artikel 7.1 natuurlijke tuinafsluitingen en artikel 7.3 inzaaien van bloemenweide dienen er duidelijke foto’s van de situatie zowel voor als na de werken te worden toegevoegd. 

Voor de subsidies voorzien in artikel 5.1 groendak en artikel 5.2 gevelgebonden groengevel dient er een infofiche met de specificaties van het groendak of gevelgebonden groengevel te worden toegevoegd.

Voor de subsidies voorzien in artikel 5.3 infiltratievoorziening, artikel 5.4 hemelwaterput, artikel 5.5 ontharden en vergroenen van tuinen, artikel 7.1 natuurlijke tuinafsluitingen en artikel 7.3 inzaaien van bloemenweide dient er een plan van het perceel te worden toegevoegd met daarop aangeduid waar het aangevraagde zich bevindt en wat de afmetingen zijn. 

Voor de subsidie voorzien in artikel 6.3 buiten gebruik stellen stookolietanks moeten volgende documenten worden toegevoegd:

  • De nodige bewijsstukken waaruit ondubbelzinnig blijkt dat de particulier is omgeschakeld op een andere brandstof dan stookolie of een nieuwe stookolietank heeft geplaatst. 
  • Een afschrift van het erkenningsbewijs van de erkende technicus, zoals bedoeld in art. 6.5.6.3 van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, die het toezicht heeft gehouden op het verwijderen of opvullen van de tank.
  • Een geschreven en ondertekend verslag van de erkende technicus, waarin deze duidelijk en ondubbelzinnig verklaard dat de tank werd verwijderd of opgevuld overeenkomstig art. 6.5.5.5 van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne.
  • De factuur van de firma die de stookolietank verwijderd of opgevuld heeft.

Voor de subsidie voorzien in artikel 7.4 kleine landschapselementen moeten volgende documenten worden toegevoegd:

  • Beschrijving van de aard van de uitgevoerde werken.
  • Beschrijving van de gebruikte boom) en struiksoorten
  • Situeringsplan op schaal 1/ 2.000 of 1/ 2.500.
  • Becijfering van de aangevraagde toelage. 

Art. 12 Plaatsing 

Enkel werken die uitgevoerd worden in wettelijk vergunde gebouwen of percelen die volledig op het grondgebied van Wuustwezel liggen komen in aanmerking voor subsidie. Er moet aan alle geldende vergunningsvoorwaarden voldaan zijn. 

Enkel installaties en werken waarvoor, indien nodig, een geldige omgevingsvergunning is afgeleverd komen in aanmerking voor subsidies. De subsidie geldt enkel voor investeringen die niet verplicht werden of opgelegd worden door een omgevingsvergunning. 

Voor de investeringen m.b.t. artikel 3.1 dakisolatie, artikel 3.2 muurisolatie, artikel 3.3 vloerisolatie, §3.4 beglazing, artikel 4.1 zonneboiler, artikel 4.2 warmtepomp en artikel 4.3 warmtepompboiler geldt dat deze moeten geplaatst worden door een aannemer. 

Art. 13 Controle 

De aanvrager geeft toelating aan een bevoegd ambtenaar of door de gemeente gemandateerd controleur om de toepassing van dit reglement ter plaatse te controleren. 

Art. 14 Subsidiebedrag 

Het subsidiebedrag kan nooit groter zijn dan de som van de factuurbedragen en de plaatsing, inclusief btw. 

De subsidie is ook slechts éénmaal per adres aan te vragen tenzij:

  • Anders aangegeven via de MijnVerbouwpremie
  • Voor de premies in artikel 6.1 herbruikbare luiers en artikel 7.2 zwaluwnesten.

Art. 15 Toekenning

Het bestuur houdt zich het recht voor een subsidie niet toe te kennen als er discussie bestaat over de interpretatie van de subsidievoorschriften, zoals beschreven in dit reglement. 

Art. 16 Cumuleerbaar

De verschillende subsidies zijn met elkaar cumuleerbaar zolang zij niet hetzelfde voorwerp bevatten.

Artikel 2

Besloten wordt voor de verwerking van deze duurzaamheidspremies samen te werken met de MijnVerbouwpremie.

Artikel 3

Dit besluit is van kracht met ingang van 1 januari 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen. Als overgangsmaatregel kunnen aanvragen in het kader van de subsidiereglementen:

  • Duurzaam bouwen. 
  • Het buiten gebruik stellen van stookolietanks.
  • Herbruikbare luiers.
  • Beschermen van zwaluwnesten.
  • Tuincompostvaten, -bakken en aanbouwmodules.
  • Kleine Landschapselementen.

nog ingediend worden tot 30 april 2023.

Artikel 4

Dit subsidiereglement wordt bekend gemaakt conform het Decreet Lokaal Bestuur.