Terug
Gepubliceerd op 30/08/2024

Notulen  Gemeenteraad

ma 24/06/2024 - 20:00 GC Blommaert

Samenstelling

Aanwezig

Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur

Verontschuldigd

Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid

Secretaris

Luc Loos, algemeen directeur

Voorzitter

Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter

Agendapunten

1.

2024_GR_00078 - Verslag vorige vergadering.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
1.

2024_GR_00078 - Verslag vorige vergadering.

2024_GR_00078 - Verslag vorige vergadering.

Motivering

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

Gelet op het verslag van de vorige vergadering.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Goedkeuring wordt verleend aan bovengenoemd verslag.

2.

2024_GR_00072 - Aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nummer 10 dienstjaar 2024 van de gemeente.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
2.

2024_GR_00072 - Aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nummer 10 dienstjaar 2024 van de gemeente.

2024_GR_00072 - Aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nummer 10 dienstjaar 2024 van de gemeente.

Motivering

Motivering

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2027, voor het gedeelte dat betrekking heeft op het gemeentebestuur, wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Deze zijn opgesteld volgens de richtlijnen van de beheers- en beleidscyclus, zoals bepaald in het decreet lokaal bestuur. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van alle verplichte schemaโ€™s, zoals bepaald door de Vlaamse Regering.

Juridische grond

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus. In de daaropvolgende jaren is geen nieuwe omzendbrief opgemaakt betreffende de aanpassingen van het meerjarenplan.

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

Het meerjarenplan 2020-2025 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 2 december 2019.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 1 dienstjaar 2020 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 29 juni 2020.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 2 dienstjaar 2020 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 31 augustus 2020.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 3 dienstjaar 2020 en vaststelling kredieten 2021 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 7 december 2020.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 4 dienstjaar 2021 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 28 juni 2021.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 5 dienstjaar 2021 en vaststelling kredieten 2022 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 6 december 2021.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 6 dienstjaar 2022 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 27 juni 2022.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 7 dienstjaar 2022 en vaststelling kredieten 2023 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 5 december 2022.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 8 dienstjaar 2023 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 26 juni 2023.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2027 nr. 9 dienstjaar 2023 en vaststelling kredieten 2024 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 4 december 2023.

Alle verplichte informatie zit in de voorgelegde aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dj. 2024 vervat en wordt dus meteen goedgekeurd bij goedkeuring van dit besluit.

Deze aanpassing meerjarenplan werd reeds besproken door het college van burgemeester en schepenen.

Deze aanpassing meerjarenplan werd reeds besproken door het managementteam op 10 juni 2024.

Besluit

De Gemeenteraad besluit, met 15 stemmen voor (Dieter Wouters, May Aernouts, Kris Van Looveren, Rit Luyckx, Pieter Cools, Ilke Pompen, Sus Vissers, Mai Van Thillo, Lynn Vermeiren, Els Van Hasselt, Roger Aernouts, Thijs Ruts, Jan Van Looveren, Jan Cools, Anke Lostrie) en 10 stemmen onthouding (Koen Van Putte, Martine Deruyter, Werner Vanden Eynden, Jens Stoffelen, Carrera Neefs, Marc Vanden Branden, Petra Laccroix, Jasmijn Meirsman, Helga Hoeymans, Bruno Fiesack).
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Goedkeuring wordt verleend aan de aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dj. 2024, voor het gedeelte dat betrekking heeft op het gemeentebestuur.

Het budgettair resultaat voor het lokaal bestuur in de aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dj. 2024 is:

Budgettair resultaat

20202021202220232024202520262027
8.238.739
7.372.457
11.080.262
10.600.747
6.148.921
1.406.465
981.8761.365.329


De autofinancieringsmarge voor het lokaal bestuur in de aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dj. 2024 is:

Autofinancieringsmarge

20202021202220232024202520262027
4.646.211
4.001.262
3.456.721
7.130.069
795.323
1.905.250
2.058.7372.306.939
3.

2024_GR_00073 - Aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nummer 10 dienstjaar 2024.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
3.

2024_GR_00073 - Aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nummer 10 dienstjaar 2024.

2024_GR_00073 - Aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nummer 10 dienstjaar 2024.

Motivering

Motivering

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2027, voor het gedeelte dat betrekking heeft op het OCMW-bestuur en bijgevolg ook voor heel het lokaal bestuur, wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Deze zijn opgesteld volgens de richtlijnen van de beheers- en beleidscyclus, zoals bepaald in het decreet lokaal bestuur. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van alle verplichte schema’s, zoals bepaald door de Vlaamse Regering.

Juridische grond

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus. In de daaropvolgende jaren is geen nieuwe omzendbrief opgemaakt betreffende de aanpassingen van het meerjarenplan.

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

Het meerjarenplan 2020-2025 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 2 december 2019.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 1 dienstjaar 2020 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 29 juni 2020.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 2 dienstjaar 2020 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 31 augustus 2020.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 3 dienstjaar 2020 en vaststelling kredieten 2021 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 7 december 2020.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 4 dienstjaar 2021 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 28 juni 2021.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 5 dienstjaar 2021 en vaststelling kredieten 2022 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 6 december 2021.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 6 dienstjaar 2022 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 27 juni 2022.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 7 dienstjaar 2022 en vaststelling kredieten 2023 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 5 december 2022.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2025 nr. 8 dienstjaar 2023 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 26 juni 2023.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2027 nr. 9 dienstjaar 2023 en vaststelling kredieten 2024 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 4 december 2023.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dienstjaar 2024 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 24 juni 2024, voor het gedeelte van de gemeente.

De aanpassing van meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dienstjaar 2024 werd goedgekeurd op de raad voor maatschappelijk welzijn van 24 juni 2024, voor het gedeelte van het OCMW.

Alle verplichte informatie zit in de voorgelegde aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dj. 2024 vervat en wordt dus meteen goedgekeurd bij goedkeuring van dit besluit.

Deze aanpassing meerjarenplan werd reeds besproken door het college van burgemeester en schepenen.

Deze aanpassing meerjarenplan werd reeds besproken door het managementteam op 10 juni 2024.

Besluit

De Gemeenteraad besluit, met 15 stemmen voor (Dieter Wouters, May Aernouts, Kris Van Looveren, Rit Luyckx, Pieter Cools, Ilke Pompen, Sus Vissers, Mai Van Thillo, Lynn Vermeiren, Els Van Hasselt, Roger Aernouts, Thijs Ruts, Jan Van Looveren, Jan Cools, Anke Lostrie) en 10 stemmen onthouding (Koen Van Putte, Martine Deruyter, Werner Vanden Eynden, Jens Stoffelen, Carrera Neefs, Marc Vanden Branden, Petra Laccroix, Jasmijn Meirsman, Helga Hoeymans, Bruno Fiesack).
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Goedkeuring wordt verleend aan de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 24 juni 2024 tot goedkeuring van de aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dienstjaar 2024, voor het gedeelte dat betrekking heeft op het OCMW-bestuur.

Artikel 2

Goedkeuring wordt verleend aan de aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dj. 2024, voor heel het lokaal bestuur.

Het budgettair resultaat voor het lokaal bestuur in de aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dj. 2024 is:

Budgettair resultaat

20202021202220232024202520262027
8.238.739
7.372.457
11.080.262
10.600.747
6.148.921
1.406.465
981.8761.365.329


De autofinancieringsmarge voor het lokaal bestuur in de aanpassing meerjarenplan 2020-2027 nr. 10 dj. 2024 is:

Autofinancieringsmarge

202020212022202320242025

4.646.211
4.001.262
3.456.721
7.130.069
795.323
1.905.250
2.058.7372.306.939
4.

2024_GR_00067 - Retributie op het gebruik van het recyclagepark.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
4.

2024_GR_00067 - Retributie op het gebruik van het recyclagepark.

2024_GR_00067 - Retributie op het gebruik van het recyclagepark.

Motivering

Motivering

De recyclageparken worden door IGEAN intergemeentelijk geëxploiteerd. Het recyclagepark van onze gemeente maakt deel uit van regio noord. De inwoners van een gemeente kunnen dus niet enkel terecht op het recyclagepark van hun gemeente, maar eveneens op het recyclagepark van een andere gemeente die deel uitmaakt van dezelfde regio. Dit intergemeentelijk gebruik van de recyclageparken is alleen maar mogelijk als er gewerkt wordt met uniforme retributies.

Ook bedrijven en zelfstandigen hebben toegang tot het recyclagepark. De retributies die aan de bedrijven en zelfstandigen worden gevraagd moeten marktconform en dus kostendekkend zijn.

KMO’s en zelfstandige ondernemers krijgen een factuur voor de afvalstoffen die ze tegen betaling op het recyclagepark hebben achtergelaten.

Op het recyclagepark wordt diftar met weging toegepast, waarbij de betalende fracties worden gewogen en onmiddellijk afgerekend volgens het aangeleverde gewicht. Een goede verhouding tussen de retributies voor de verschillende fracties, gratis of betalend, is noodzakelijk om een correcte sortering te stimuleren. Dankzij de invoering van diftar werd een sterke reductie van de hoeveelheden ongesorteerd afval (grofvuil en gemengd bouw- en sloopafval) bekomen.

Diftar met weging is eerlijk voor de burger en geeft op een correcte wijze uitvoering aan het principe “de vervuiler betaalt”.

De retributies voor de betalende afvalfracties werden bij de invoering van diftar gebaseerd op de reële kostprijs. De retributies zijn echter steeds ongewijzigd gebleven sinds de invoering van diftar, en lichtjes bijgestuurd in 2019.

Omwille van gewijzigde contracten, indexaanpassingen, de mobiliteitsproblematiek, enz. zijn de kosten voor de ophaling en verwerking de afgelopen jaren sterk gestegen, en niet alle tarieven zijn nog in overeenstemming met de reële kostprijs.

IGEAN heeft daarom voorgesteld om de retributies aan te passen, zonder afbreuk te doen aan het evenwicht en de correcte verhouding tussen de verschillende tarieven. Een jaarlijkse aanpassing van de retributies, rekening houdend met een aantal objectieve parameters, moet er bovendien voor zorgen dat de tarieven marktconform zijn en blijven.

De bestaande vrijstelling blijft behouden.

Om de intergemeentelijke werking te garanderen en om afvaltoerisme te vermijden is het noodzakelijk dat alle gemeenten van de regio noord eenzelfde retributiesysteem toepassen.

De inzameling van asbesthoudend afval via de recyclageparken gebeurt conform de bepalingen van de Omzendbrief OMG 2020/0 en 2020/1, die voorziet dat asbesthoudend materiaal door bezoekers alleen nog verpakt zal mogen aangeleverd worden op het recyclagepark.

De raad van bestuur van IGEAN heeft op 9 september 2020 beslist dat het asbesthoudend afval per 1 januari 2021 alleen verpakt mag worden aangeleverd in verpakkingen die via het recyclagepark worden verdeeld

Afhankelijk van de grootte en de hoeveelheid van het asbestmateriaal zullen er 2 soorten verpakkingen aangeboden worden:

  1. Buisfolie: de buisfolie is een transparantie LDPE-folie met een dikte van 100 micron.  De folie dient voor het verpakken van asbestplaten en worden aangeboden in 3 verschillende lengtes (m): 1,25 – 2,25 – 3,25 m. In de buisfolie passen 2 à 3 golfplaten.
  2. Minibag: de minibag is een transparante LDPE-folie met een dikte van 100 micron.  De folie dient voor het verpakken van losse stukken asbest (bloembakken, dakleien, …).  De minibag heeft een afmeting van 1 x 1,2 m. De inhoud is 150 liter.

Om te vermijden dat er onterecht en voor andere doeleinden folies worden afgehaald, besliste de raad van bestuur van IGEAN om een uniforme retributie per verpakking te vragen. De retributie vermijdt misbruiken maar blijft laag genoeg om op het recyclagepark het nodige materiaal aan te kopen. De retributie dekt louter de kosten voor aankoop van de verpakkingen.

In het kader van het burgemeestersconvenant 2030 en het LEKP werf 4 (water) zal IGEAN zich inzetten om haar gemeenten zowel te ondersteunen bij mitigatie als adaptatie maatregelen. We zien nu al dat er in de zomer waterschaarste is, terwijl er in de winter juist teveel regenwater is. Deze trend zal door klimaatverandering toenemen en als lokaal bestuur is het belangrijk om ons aan deze nieuwe situatie aan te passen.

Wateroverlast kan bij hevige regenbuien beperkt worden door de afkoppeling van de dakaflopen en opvang in een regenwaterton. Dit opgevangen regenwater kan gebruikt worden voor o.a. sproeien van tuinen, ... en zo drinkwater besparen. Door regenwatertonnen aan te bieden aan onze inwoners willen we hergebruik van regenwater stimuleren en hen sensibiliseren rond zuinig waterverbruik. 

De raad van bestuur van IGEAN heeft op 17 maart 2024 een raamovereenkomst afgesloten voor drie jaar voor de aankoop van regenwatertonnen. Deze raamovereenkomst loopt van 1 mei 2024 tot en met 30 april 2027. Wij wensen als gemeente gebruik te maken van deze raamovereenkomst. 

De verdeling hiervan zal op volgende manieren gebeuren:

A.     Op een aantal recyclageparken uitgebaat door IGEAN (Rumst, Schelle, Brasschaat, Malle, Essen, Sint-job en Wommelgem)

Inwoners kunnen de regenwatertonnen ter plaatse aankopen op het recyclagepark en afrekenen via bancontact. 

De volgende regenwatertonnen zullen aangeboden worden op de recyclageparken:

  • standaard regenwaterton rond groen inclusief voet en kraan – 310 l
  • standaard regenwaterton rond groen inclusief voet en kraan – 510 l

IGEAN is verantwoordelijk voor het bestellen en verdelen van regenwatertonnen die aangeboden worden op de recyclageparken. De retributies worden door IGEAN geïnd en zijn kostendekkend voor de aankoop en levering van de regenwatertonnen via de recyclageparken.

B.    Op bestelling via de website van IGEAN

Inwoners kunnen hun regenwaterton bestellen via de website van IGEAN en betalen via overschrijving. De bestelronde start vanaf augustus 2024. Het afhaalmoment is gepland op 30 november 2024. 

De volgende regenwatertonnen kunnen besteld worden via de website: 

  • regenwaterton wandmodel – 350 l
  • regenwaterton – 1000 l

Deze regenwatertonnen worden rechtstreeks besteld en betaald via de website van IGEAN en vallen buiten dit retributiereglement.

Juridische grond

Decreet lokaal bestuur.
Omzendbrief Vlaamse regering KA/ABB 2019/2.
Lokaal Materialenplan 2023 - 2030.
Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP) 2021-2030.
Het Lokaal Energie- en Klimaatpact van de Vlaamse Regering en de Vlaamse steden en gemeenten van 4 juni 2021 aangaande het verbintenissen engagement inzake de algemenen engagementen en de vier werven.
De gemeenteraad heeft in zitting van 28 september 2020 de ondertekening van het burgemeestersconvenant 2023 i.s.m. het EnergieK huis van IGEAN goedgekeurd.
Omzendbrief OMG 2020/0 en 2020/1 over de inzameling van asbesthoudend afval via de recyclageparken.

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

De gemeenteraad heeft in zitting van 29 juni 2009 aan IGEAN beheersoverdracht gedaan voor de exploitatie van het recyclagepark en het invoeren van diftar met weging.

De gemeenteraad heeft in zitting van 22 februari 2021 de retributie op het gebruik van het recyclagepark goedgekeurd.

De gemeenteraad heeft in zitting van 28 september 2020 de ondertekening van het burgemeestersconvenanat 2030 i.s.m. het Energiek Huis van IGEAN goedgekeurd. 

De gemeenteraad heeft in zitting van 31 augustus 2021 de ondertekening van het Lokaal Energie- en KlimaatPact 1.0 goedgekeurd.

De gemeenteraad heeft in zitting van 5 december 2022 de ondertekening van het Lokaal Energie- en KlimaatPact 2.0 goedgekeurd.

De gemeenteraad heeft in zitting van 22 mei 2023 de ondertekening van het Lokaal Energie- en KlimaatPact 2.1 goedgekeurd.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Met ingang vanaf 1 juli 2024 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 legt de gemeenteraad volgende retributies vast voor de aanvoer van volgende afvalstoffen op het recyclagepark:

  1. Grofvuil
  2. Gemengd bouw- en sloopafval
  3. Asbesthoudend afval (cementgebonden)
  4. Kalkplaten & cellenbeton
  5. Grond
  6. Vlak glas
  7. Zuiver steenpuin
  8. Houtafval
  9. Groenafval
  10. Verpakking asbesthoudend materiaal
  11. Piepschuim: enkel voor bedrijven en zelfstandigen
  12. Zuivere plastic folie: enkel voor bedrijven en zelfstandigen
  13. Landbouwfolie: enkel voor bedrijven en zelfstandigen
  14. Medisch afval: enkel voor bedrijven en zelfstandigen
  15. Regenwaterton 

Artikel 2

§1. Het bedrag van de retributie dat is verschuldigd door eenieder (behalve bedrijven en zelfstandigen) die gebruik maakt van het recyclagepark voor de aanvoer van de in artikel 1 genoemde afvalstoffen, wordt als volgt vastgesteld:

1. Grof vuil 0,25 euro/kg
2. Gemengd bouw- en sloopafval 0,25 euro/kg
3. Asbesthoudend afval (cementgebonden) 0,25 euro/kg
4. Grond 0,04 euro/kg
5. Kalkplaten en cellenbeton 0,04 euro/kg
6. Vlak glas 0,04 euro/kg
7. Zuiver steenpuin 0,04 euro/kg
8. Houtafval 0,04 euro/kg
9. Groenafval 0,04 euro/kg
10. Verpakking asbesthoudend materiaal1,00 euro/verpakking
11. Standaard regenwaterton rond groen incl. voet en kraan - 310l66,00 euro/stuk
12. Standaard regenwaterton rond groen incl. voet en kraan - 510l107,00 euro/stuk


§2. Elk gezin of tweede verblijf krijgt jaarlijks volgende vrijstellingen:

  • 300 kg voor groenafval (snoeihout, groenafval en boomstronken)
  • 1.000 kg voor asbesthoudend afval

Vrijstellingen kunnen niet opgebouwd worden. Op het einde van het jaar vervalt de resterende vrijstelling. Ze kan dus niet overgedragen worden naar een volgend jaar. Een gezin bestaat uit alle personen die in het bevolkingsregister aan elkaar gekoppeld zijn via het ‘gezinshoofd’.

Als tweede verblijf wordt beschouwd elke woongelegenheid waarvan degene die er kan verblijven, voor deze woongelegenheid niet ingeschreven is in de bevolkingsregisters, ongeacht het feit of het gaat om landhuizen, bungalows, appartementen, grote of kleine weekendhuizen of buitengoederen, optrekjes, chalets en alle andere vaste woongelegenheden, met inbegrip van de met chalets gelijkgestelde caravans.

Artikel 3

§1. Het bedrag van de retributie voor bedrijven en zelfstandigen wordt als volgt vastgesteld:

1. Grof vuil 0,25 euro/kg
2. Gemengd bouw- en sloopafval 0,25 euro/kg
3. Asbesthoudend afval (cementgebonden) 0,25 euro/kg
4. Grond 0,08 euro/kg
5. Kalkplaten en cellenbeton 0,08 euro/kg
6. Vlak glas 0,08 euro/kg
7. Zuiver steenpuin 0,08 euro/kg
8. Houtafval 0,08 euro/kg
9. Groenafval 0,08 euro/kg
10. Verpakking asbesthoudend materiaal1,00 euro/zak
11. Piepschuim 5,00 euro/zak
12. Zuivere plastic folie 4,00 euro/zak
13. Landbouwfolie 0,08 euro/kg
14. Medisch afval 30,00 euro/vat van 60 l - 20,00 euro/vat van 30 l
15. Standaard regenwaterton rond groen incl. voet en kraan - 310l66,00 euro/stuk
16. Standaard regenwaterton rond groen incl. voet en kraan - 510l107,00 euro/stuk


§2. Bedrijven en zelfstandigen krijgen geen vrijstellingen.

§3. Er wordt maximaal 1.000 kg per dag per bedrijf en zelfstandige aanvaard. De afvalstoffen moeten gesorteerd naar het recyclagepark gebracht worden. Alleen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen worden aanvaard. Vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen zijn afvalstoffen die ontstaan zijn ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als van deze van de normale werking van een particuliere huishouding, en die omwille van de aard, de samenstelling en de hoeveelheid vergelijkbaar zijn met huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 4

Om ervoor te zorgen dat de retributies marktconform zijn zullen de retributies jaarlijkse aangepast worden, rekening houdend met de recyclageparkindex.

Om de totale recyclageparkindex (RI) samen te stellen worden de verschillende kostensoortindexen gewogen volgens het aandeel van de kostensoort (O,E en P) in de totale betrokken kosten (K) in jaar x.

Dit geeft volgende formule:

RI(x+1)=(Iox*Ox/Kx) + (Iex*Ex/Kx) + (Ipx*Px/Kx)

RI wordt naar boven afgerond op vier decimalen.

De drie kostensoorten volgen elk een eigen index:

1. Ophaalkosten

Iox = kost per opgehaalde ton jaar x / kost per opgehaalde ton jaar x-1

2. Exploitatiekosten

Iex= afgevlakte gezondheidsindex december jaar x / afgevlakte gezondheidsindex december jaar x-1

3. Personeelskosten

Personeelskosten stijgen telkens de spilindex overschreden wordt

Ipx = gemiddelde overschreden spilindex jaar x / gemiddelde overschreden spilindex jaar x-1

De index RI(x+1) zal telkens toegepast worden vanaf 1 juli in jaar x+1, en dit voor de eerste maal vanaf 1 juli 2021.

De aangepaste retributies, na toepassing van de index RI(x+1), zullen worden afgerond op 3 decimalen. Indien het 4de decimaal 5 of hoger is, gebeurt er een afronding naar boven, indien 4 of lager is er een afronding naar beneden. De totale retributie zal bij elke afrekening worden afgerond op 2 decimalen.

Voorafgaand aan de toepassing zal het resultaat van de index RI(x+1) telkens ter goedkeuring worden voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen van alle gemeenten van regio noord, uiterlijk op 15 mei. Indien een college niet akkoord is om de index RI(x+1) toe te passen dienen zij dit uiterlijk te laten weten aan IGEAN op 15 juni.

De retributietarieven voor de regenwatertonnen worden niet geïndexeerd.

Artikel 5

§1. De gemeentelijke diensten en de diensten van andere lokale openbare instellingen (zoals het OCMW, de politie, de brandweer, de gemeentelijke IVA’s en EVA’s) gevestigd op het grondgebied van de gemeente Wuustwezel worden vrijgesteld van de retributie. Ook de palliatieve instelling Coda en het Revalidatiecentrum der Noorderkempen genieten van deze vrijstelling.

§2. Erkende verenigingen die handelen in het algemeen en gemeentelijk belang waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is op het grondgebied van de gemeente Wuustwezel en die een lokaal in eigendom of in beheer bezitten kunnen tevens vrijgesteld worden van de retributie. Het college van burgemeester en schepenen oordeelt gemotiveerd over deze vrijstelling.

Artikel 6

De betaling gebeurt ter plaatse aan de betaalterminal met betaalkaarten. Bedrijven en zelfstandigen krijgen regelmatig een factuur voor de retributies die ze in de voorafgaande periode betaald hebben.

Bij ontstentenis van betaling kan de toegang tot het recyclagepark geweigerd worden.

Bij gebrek aan betaling in der minne zal de retributie burgerrechtelijk ingevorderd worden.

Artikel 7

Het bedrag van de retributie is verschuldigd door eenieder die een regenwaterton wenst aan te kopen via het recyclagepark of via de website van IGEAN. 

Artikel 8

De betaling van de regenwaterton gebeurt als volgt:

A. Op het recyclagepark uitgebaat door IGEAN

Ter plaatse bij afhaling van de regenwaterton aan de betaalterminal met betaalkaarten.

B. Via de website van IGEAN 

Via overschrijving, binnen de vermelde termijn voorafgaand aan de levering. Bij gebrek aan een tijdige betaling wordt de bestelling geannuleerd en wordt de bestelde regenwaterton niet geleverd. 

Artikel 9

§1. De toegelaten gebruikers die niet beschikken over een elektronische identiteitskaart dienen zich te registreren op het recyclagepark en verwerven maximaal twee toegangskaarten per gezin om het recyclagepark te betreden. Voor elke toegangskaart wordt een retributie gevraagd van 5 euro met uitzondering van een defect van de toegangskaart dat niet te wijten is aan het verlies of misbruik door de gebruiker op voorwaarde dat de defecte kaart overhandigd wordt aan het recyclagepark.

§2. De gemeentelijke diensten en de diensten van andere lokale openbare instellingen (zoals het OCMW, de politie, de brandweer, de gemeentelijke IVA’s en EVA’s) gevestigd op het grondgebied van de gemeente Wuustwezel worden vrijgesteld van de retributie voor de toegangskaart.

§3. Erkende verenigingen die handelen in het algemeen en gemeentelijk belang waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is op het grondgebied van de gemeente Wuustwezel en die een lokaal in eigendom of in beheer bezitten verwerven eveneens één toegangskaart per vereniging conform de bepalingen van paragraaf 1 van dit artikel. Het college van burgemeester en schepenen oordeelt gemotiveerd over de toekenning op basis van bovenstaande criteria.

Artikel 10

Het retributiereglement wordt overeenkomstig artikel 286 van het decreet lokaal bestuur afgekondigd en bekendgemaakt. Bij toepassing van artikel 330 van voornoemd decreet wordt de toezichthoudende overheid op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

Een afschrift van het reglement wordt overgemaakt aan IGEAN milieu & veiligheid die instaat voor de verdere uitvoering hiervan gelet op de beheersoverdracht voor de exploitatie van het recyclagepark aan IGEAN milieu & veiligheid.

Artikel 11

Dit reglement vervangt alle voorgaanden ten deze. 

5.

2024_GR_00068 - Akte van verkoop van onroerend goed voor openbaar nut betreffende gronden gelegen aan hoek Kalmthoutse Steenweg - Baan.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
5.

2024_GR_00068 - Akte van verkoop van onroerend goed voor openbaar nut betreffende gronden gelegen aan hoek Kalmthoutse Steenweg - Baan.

2024_GR_00068 - Akte van verkoop van onroerend goed voor openbaar nut betreffende gronden gelegen aan hoek Kalmthoutse Steenweg - Baan.

Motivering

Motivering

Door deze gronden te verwerven kan het kruispunt Kalmthoutse Steenweg - Baan bij een toekomstige heraanleg verkeersveiliger gemaakt worden. 

In opdracht van de burgemeester heeft IGEAN dienstverlening een akte van verkoop van onroerend goed opgesteld.  

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur. 

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

Dhr. en Mevr. Beyers - Mertens, Tulpenlaan 41, 2920 Kalmthout zijn eigenaar van het perceel grond gelegen aan het kruispunt Kalmthoutse Steenweg - Baan; dit perceel is ten kadaster gekend onder 1° afd sectie D nrs 872 y 2.

Het kruispunt van de Kalmthoutse Steenweg - Baan is gevaarlijk voor zowel het inrijdend als uitrijdend verkeer. Er werd een akkoord bereikt met de voornoemde grondeigenaar palend aan dit kruispunt om een repel grond (60,14 m²) te verkopen aan de gemeente zodat bij een toekomstige heraanleg van dit kruispunt er ruimte is om het verkeersveiliger te maken. 

Er werd een schattingsverslag opgesteld door het landmeetbureau Neefs & Roos, Kerkblokstraat 11, 2990 Wuustwezel waarbij de verkoopwaarde werd geraamd op 12.000 euro.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Over te gaan tot de aankoop van een perceel grond gelegen aan het kruispunt Kalmthoutse Steenweg - Baan en ten kadaster gekend onder 1° afd sectie D nr 872 y 2 deel met een oppervlakte van 60,14 m² en eigendom van Dhr. en Mevr. Beyers - Mertens, Tulpenlaan 41, 2920 Kalmthout tegen een verkoopprijs van 12.000 euro.

Artikel 2

Goedkeuring te verlenen aan de hierbijgevoegde akte van verkoop van onroerend goed voor openbaar nut welke zal verleden verleden worden voor Dhr. D. Wouters, burgemeester. De akte werd opgesteld door Igean Dienstverlening, Doornaardstraat 60, 2160 Wommelgem. 

Artikel 3

Mevr. Maria Aernouts, schepen, en Dhr. L. Loos, algemeen directeur, worden gemachtigd om deze akte te ondertekenen. 

Artikel 4

Afschrift van dit besluit over te maken aan IGEAN Dienstverlening, Doornaardstraat 60, 2160 Wommelgem, jan.coelus@igean.be.

Artikel 5

De gemeente Wuustwezel verzoekt, gezien het openbaar nut van deze verkoop, om de kosteloze registratie van de akte met bijlagen, voorzien door artikel 2.9.6.0.3, 1° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit. 

6.

2024_GR_00069 - Verlenging project digibanken door SELAB vanaf 1 januari 2025 tot 1 juli 2026.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
6.

2024_GR_00069 - Verlenging project digibanken door SELAB vanaf 1 januari 2025 tot 1 juli 2026.

2024_GR_00069 - Verlenging project digibanken door SELAB vanaf 1 januari 2025 tot 1 juli 2026.

Motivering

Motivering

Digibanken ondersteunt de inwoners die digitaal niet mee zijn. Dit kan door de inzet van vrijwilligers op een digipunt, door het aanbieden van vorming of door het uitlenen van een laptop. Op dit ogenblik wordt het project nog verder uitgebouwd met als doel zo veel mogelijk inwoners te bereiken. Een verlenging geeft de kans om verder te werken en na te gaan wat wat er moet gebeuren na het projecteinde.

SELAB, de gemeentelijke partner in dit dossier, zal het project indienen. 

Het bestuur sluit vervolgens een samenwerkingsovereenkomst af met SELAB voor de uitwerking van het project in Wuustwezel. Door de verlenging van het project worden er middelen gegenereerd om het project verder optimaal uit te bouwen.

Juridische grond

Projectoproep van de Vlaamse overheid.

Decreet Lokaal Bestuur.

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

In 2022 werd gestart met een voortraject voor het project digibanken. Momenteel loopt het project digibanken tot het einde van dit jaar. Het digipunt wordt aangeboden in de bibliotheek waarbij tevens laptops (via doorverwijzing) kunnen ontleend worden om zo een digitale opstart te kunnen maken.

Digibank wil de verlenging aanvragen voor dit project.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Akkoord te gaan met de verlengingsaanvraag van het project digibanken bij de Vlaamse overheid door SELAB vanaf 1 januari 2025 tot 1 juli 2026.

Artikel 2

Akkoord te gaan met het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst met SELAB voor de werking van het project digibanken.

7.

2024_GR_00070 - Afschaffing รฉรฉnrichtingsstraat deel Akkerstraat.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
7.

2024_GR_00070 - Afschaffing รฉรฉnrichtingsstraat deel Akkerstraat.

2024_GR_00070 - Afschaffing รฉรฉnrichtingsstraat deel Akkerstraat.

Motivering

Motivering

De te reglementeren wegen behoren tot de gemeentewegen.

Door het lokaal bestuur werd er een dossier opgestart voor de heraanleg van een deel van de Akkerstraat. Na uitvoering van deze werken is er dubbelrichtingsverkeer mogelijk in de Akkerstraat. Dit alles zorgt dan voor een betere spreiding van het verkeer. 

Juridische grond

Politiereglement van 24 maart 1986 inzake de invoering van een gedeelte "รฉรฉnrichtingsverkeer" in de Akkerstraat.

Nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988;
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;
Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoรถrdineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968;
Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009;

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

De Akkerstraat, kant Dorpsstraat, werd in de jaren '70 aangelegd. De breedte van de straat werd begrensd door de 2 hoekpanden.

Bij raadsbesluit van 24 maart 1986 werd een politiereglement goedgekeurd tot invoering van een gedeelte "รฉรฉnrichtingsverkeer" in de Akkerstraat. 

Inmiddels werd er een hoekpand afgebroken er werd er gratis grond afgestaan. Hierdoor kan de Akkerstraat worden verbreed zodat ze in beide rijrichtingen kan worden gebruikt door gemotoriseerd verkeer. Zodoende is er een betere spreiding van het verkeer (hetgeen nu enkel via de Gildenlaan de wijk kan uitrijden).

In het kader van de verkaveling Hofakker werd er een ontsluitingsstudie opgemaakt. Hieruit blijkt dat het inrichten van de Akkerstraat als tweerichtingsstraat de voorkeur geniet.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Het raadsbesluit van 24 maart 1986 waarbij een politiereglement werd goedgekeurd tot invoering van een gedeelte "éénrichtingsverkeer" in de Akkerstraat wordt opgeheven met ingang van 5 augustus 2024.

Artikel 2

Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan:

  • de Rechtbank van Eerste Aanleg te Antwerpen;
  • de Politierechtbank te Antwerpen;
  • de korpschef van de PZ-Grens;
  • de directeur-coördinator van de bestuurlijke politie en steundienst van de federale politie, Noordersingel 27 te 2140 Borgerhout;
  • de administratie Wegen en Verkeer.
8.

2024_GR_00064 - Aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer houdende de omvorming van wijk Rijsvennen naar zone 30.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
8.

2024_GR_00064 - Aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer houdende de omvorming van wijk Rijsvennen naar zone 30.

2024_GR_00064 - Aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer houdende de omvorming van wijk Rijsvennen naar zone 30.

Motivering

Motivering

De te reglementeren wegen behoren tot de gemeentewegen.

Gezien de vele inspraaksessies lijkt het opportuun om over te gaan tot de inrichting van een zone 30 alhier. 

Juridische grond

Nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoรถrdineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968.
Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.
Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009.

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

In het kader van het traject "Verkeersveilige Gemeente" werd er naar oplossingen gezocht voor de problematiek in de wijk Rijsvennen. Eén van de voorstellen was om de wijk om te vormen naar zone 30. Aangezien dit een woonwijk is waar bijna uitsluitend bestemmingsverkeer komt en geen doorgaand verkeer, lijkt het opportuun om in te gaan op deze vraag.

De bewoners werden meermaals geconsulteerd door middel van een bevraging, gerichte huisbezoeken, een aantal meedenkerssessies en een infomarkt.

Bijkomende maatregelen zullen nog verder worden uitgewerkt.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Er wordt een zone 30 ingevoerd in volgende straten:

Rijsvennenstraat: volledig 

Het Looike: volledig

Vlaanderenstraat: volledig 

Jan Breydelstraat: volledig

Jan Borluutstraat: volledig 

Pieter de Conninckstraat: volledig

Postiljon: volledig 

Akkerhof: volledig 

Sportlaan: volledig 

Hagelkruisakker: vanaf huisnummer 63 tem huisnummer 1

Trefpunt: volledig 

Artikel 2

De zone 30 wordt gesignaleerd aan de toegang en uitgang door respectievelijk de borden F4a en F4b.

Deze worden geplaatst op volgende locaties: 

 Bord F4a

  • Rijsvennenstraat, rr Slijkstraat:
    • Na kruispunt Kalmhoutse Steenweg
  •  Fietsstraatje (Elite), rr Rijsvennenstraat
    • Voor kruispunt Jan Breydelstraat
  • Fietsstraatje (Veco Meubelen), rr Rijsvennenstraat
    • Voor kruispunt Jan Borluutstraat
  • Hagelkruisakker, rr Rijsvennenstraat
    • Voor kruispunt Hagelkruisakker en verbindingstraatje Postiljon
  • Hagelkruisakker, rr Rijsvennenstraat
    • Thv huisnummer 1, na de paaltjes 
  • Sportlaan, rr Rijsvennenstraat
    • Na kruispunt Slijkstraat

 Zie signalisatieplan


Bord F4b

  • Rijsvennenstraat, rr Kalmthoutse Steenweg:
    • voor kruispunt Kalmthoutse Steenweg.
  • Fietsstraatje (Elite), rr Bredabaan
    • na kruispunt Jan Breydelstraat
  • Fietsstraatje (Veco Meubelen), rr Bredabaan
    • na kruispunt Jan Borluutstraat
  • Hagelkruisakker, rr Bredabaan
    • na kruispunt Hagelkruisakker en verbindingstraatje Postiljon
  • Hagelkruisakker, rr Baan
    • Thv huisnummer 1, voor de paaltjes 
  • Sportlaan, rr Slijkstraat
    • voor kruispunt Slijkstraat

 Zie signalisatieplan 

Artikel 3

Dit reglement heft alle voorgaande snelheidsreglementen op in de straten beschreven in artikel 1.

Artikel 4

Alle andersluidende, snelheidsgerelateerde verkeersborden binnen de zone bepaald in artikel 1 dienen te worden verwijderd.

Artikel 5

Dit reglement zal kenbaar gemaakt worden op de gemeentelijke website op 28 juni 2024.

Artikel 6

Dit aanvullend reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid.

Artikel 7

Een afschrift van dit aanvullend reglement wordt overgemaakt aan:

  • de Rechtbank van Eerste Aanleg te Antwerpen;
  • de Politierechtbank te Antwerpen;
  • de korpschef van de PZ-Grens;
  • de directeur-coördinator van de bestuurlijke politie en steundienst van de federale politie, Noordersingel 27 te 2140 Borgerhout;
  • de administratie Wegen en Verkeer.
9.

2024_GR_00075 - Aanduiding van een plaatsvervangende secretaris in de Gemeentelijke Commissie van Ruimtelijke Ordening (GECORO).

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
9.

2024_GR_00075 - Aanduiding van een plaatsvervangende secretaris in de Gemeentelijke Commissie van Ruimtelijke Ordening (GECORO).

2024_GR_00075 - Aanduiding van een plaatsvervangende secretaris in de Gemeentelijke Commissie van Ruimtelijke Ordening (GECORO).

Motivering

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur.

Codex Omgeving. 

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

De vorige ruimtelijke planner werd bij haar aanwerving de plaatsvervangend secretaris. Na haar ontslag nam een externe consultant van Public deze rol tijdelijk op. Thans is er een nieuwe ruimtelijke planner aangesteld welke dus de taak van plaatsvervangend secretaris zal opnemen in de GECORO.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Het raadsbesluit van 30 september 2019 houdende aanstelling van de leden van de GECORO wordt aangepast waarbij als vaste secretaris worden aangeduid:

  • effectief: Ksenia Krasnitskaja;
  • plaatsvervanger: Vincent de Leeuw.

Artikel 2

Afschrift van dit besluit over te maken aan de vaste secretaris van de GECORO, ksenia.krasnitskaja@wuustwezel.be.

10.

2024_GR_00074 - Planologisch attest - Weehagenweg 30-32.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
10.

2024_GR_00074 - Planologisch attest - Weehagenweg 30-32.

2024_GR_00074 - Planologisch attest - Weehagenweg 30-32.

Motivering

Motivering

Gelet op de aanvraag tot planologisch attest van Grond- en waterwerken Van der Velden bv, gevestigd Weehagenweg 30 te 2990 Wuustwezel voor de bedrijfssite gelegen Weehagenweg 30-32 te 2990 Wuustwezel, thans kadastraal gekend 11026_D_0485_Y_000_00, 11026_D_0485_Z_000_00 en 11026_D_0485_A_002_00 (deel);

Gelet dat de aanvraag volledig en ontvankelijk werd verklaard op datum van 18 maart 2024;

Gelet dat de site gelegen is in agrarisch gebied volgens het gewestplan Turnhout (KB. dd. 30 september 1977);

Gelet dat de site niet gelegen is binnen de omschrijving van een bijzonder plan van aanleg of RUP;

Gelet dat de site niet gelegen is binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde verkaveling;

Gelet dat de aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek van 3 april 2024 tot en met 2 juni 2024;

Gelet dat er tijdens het openbaar onderzoek geen (0) bezwaren werden ingediend;

Gelet dat tijdens het openbaar onderzoek volgende adviesinstanties een advies over de aanvraag hebben uitgebracht:

  • De Vlaamse Milieumaatschappij, Watertoets, verklaarde zich op 18 maart 2024 onbevoegd voor dit dossier;
  • Agentschap Innoveren en Ondernemen verklaarde op 2 mei 2024 voorwaardelijk gunstig advies.
  • Het Departement Landbouw en Visserij verleende op 30 april 2024 een ongunstig advies;

Gelet op het voorwaardelijk gunstige advies van 15 mei 2024 van de GECORO van Wuustwezel; hierin wordt door de GECORO een overzicht gegeven van de inhoud van de ingekomen adviezen en wordt er een standpunt ten aanzien van deze adviezen uitgebracht. Tevens wordt door de GECORO een standpunt ingenomen inzake het behoud van het bedrijf op de huidige locatie, de beoogde uitbreiding op korte termijn, de beoogde uitbreiding op lange termijn en de opportuniteit tot opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan;

De gemeenteraad treedt het advies van de GECORO en de standpunten die zij ontwikkelt ten aanzien van de ingekomen adviezen bij en maakt het zich eigen.

Met betrekking tot het behoud van het bedrijf op de huidige locatie is de gemeenteraad van oordeel dat het behoud van het bedrijf ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ op de huidige locatie als verantwoord wordt geacht onder voorwaarden aangezien het bedrijf met een deel van zijn activiteiten, para-agrarische activiteiten verricht in functie van de omliggende als nabijgelegen landbouwgebieden. 

Het College van Burgemeester en Schepenen sluit zich bijkomend aan bij deze beoordeling dat het van oorsprong een para-agrarisch landbouwbedrijf betreft dat is gespecialiseerd in grondwerken op locatie, meer bepaald onderhoud van wegen en waterwegen. 

Voorwaarden:

  • De eerder opgelegde stedenbouwkundige voorwaarden dienen te worden nageleefd;
  • De eerder opgelegde voorwaarden van de laatst afgeleverde milieuvergunning dienen te worden nageleefd;
  • Enkel agrarische, para-agrarische en de huidig vergunde activiteiten mogen uitgevoerd worden op de site van voormelde aanvraag.
  • De groenbuffer dient aangelegd te worden overeenkomstig de eerdere vergunningen. Deze landschappelijke groenbuffer dient voorzien te zijn van een afsluiting (paal en draad) aan de binnenzijde van de landschappelijke groenbuffer teneinde te vermijden dat er goederen en/of materialen gestald worden in/tussen de groenbuffer.
  • De verharding op het perceel dient tot een absoluut minimum beperkt te worden waarbij enkel de strikt noodzakelijke verharding in het kader van de bedrijfsvoering toegelaten is.

Met betrekking tot de uitbreiding op korte termijn is de gemeenteraad van oordeel dat indien men het bedrijf op de huidige locatie wenst te behouden er allereerst een grondige sanering van de bestaande situatie nodig is. Bijkomend is een goede landschappelijke buffering, de beperking van verhardingen, de circulatie en/of mobiliteit alsook de integratie van de bedrijfswoning met de bedrijfsgebouwen cruciaal. Gelet op bovenstaande wordt het gevraagde voor de korte termijn verantwoord geacht mits strikte naleving van volgende voorwaarden:

  • Er mag geen verhoging van de mobiliteitsdruk op de Melkweg plaatsvinden.
  • De eerder afgeleverde bouw- en milieuvergunningen dienen te worden nageleefd.
  • Voorafgaandelijk aan de indiening van een omgevingsvergunning dient er een aftoetsing te gebeuren aan het VLAREM en indien van toepassing de extra rubrieken in verband met het luik milieu mee te worden aangevraagd in de omgevingsvergunning. 
  • Rondom de bedrijfssite dient er langs de perceelsgrenzen (Links – achter – rechts), ten opzichte van de Weehagenweg) een groenbuffer van 6m te worden voorzien;
  • Indien er geen groenbuffer van 6m aanwezig is in de bestaande toestand, dient deze voor de korte termijn ineens te worden voorzien; 
  • De aanleg van installaties voor buffering en infiltratie van hemelwater mag de aanleg van de groenbuffer niet nadelig beïnvloeden. Dit betekent dat er steeds voldoende ruimte moet overblijven om te voorzien in voldoende opgaand groen van voldoende breedte.
  • Er wordt gevraagd in het kader van het vergunningentraject bij de omgevingsvergunningsaanvraag voor de korte termijn én lange termijn een inhoudelijk gedetailleerd beplantingsvoorstel voor de groenbuffer toe te voegen aan het aanvraagdossier. Dit voorstel moet uitgaan van een evenwichtige mengeling van middelhoog en hoogstammig groen in de volledige zone voor groenbuffer. 
  • Het gebruik van niet inheemse beplantingssoorten bij  het ontwerp en de aanplant van de landschapszones is verboden. 
  • De noodwendigheid van de verharding die wordt voorzien voor de bedrijfsvoering dient aangetoond te worden bij de aanvraag tot omgevingsvergunning. (Inclusief de aanduiding van de grote hoeveelheid aan braakliggende grond achteraan het terrein). 
  • De overige ‘niet-noodzakelijke’ verharding dient op korte termijn verwijderd te worden.
  • Op het perceel van de bedrijfswoning wordt er aan de straatkant een aanzienlijke hoeveelheid aan verharding voorzien welke niet in overeenstemming is met de laatst gekende vergunde toestand. De aanvrager toont aan dat een deel van deze verharding zal worden verwijderd. Echter blijft een deel van verharding aanwezig, nl. in de voortuinstrook als een deel in de tuinzone, hetgeen niet vergund is. De niet-vergunde verharding gelegen bij de bedrijfswoning dient te worden verwijderd. 
  • De noodwendigheid van de hoeveelheid aan parkeerplaatsen als de locatie van de sorteercontainers dienen te worden gemotiveerd en indien mogelijk te worden gereorganiseerd bij een aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • Er dient gekeken te worden en/of te worden onderzocht om het aantal in-/opritten te beperken als ook te motiveren waarom er meer dan één in-/oprit noodzakelijk is bij de aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • Indien er andere functies worden voorzien in de loods naast de hoofdfunctie, dienen deze andere functies gezamenlijk ondergeschikt te blijven aan de hoofdfunctie van de loods.
  • Indien er een ondergeschikte functie in de bedrijfswoning noodzakelijk is, dient dit duidelijk te worden aangegeven en te worden gemotiveerd in de aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • De nieuwe bebouwing/constructies dienen zodanig ontworpen te worden dat deze in harmonie zijn met het omliggende agrarische landschap als ook aansluiten bij de traditionele landbouwbebouwing in de omgeving.
  • Voor de opheffing van voetweg nr. 9 dient ofwel voorafgaandelijk aan de indiening van de omgevingsvergunning een administratieve procedure te worden aangevraagd bij de gemeente ofwel wordt de ontheffing mee aangevraagd in de omgevingsvergunning. 
  • De bedrijfswoning dient ten alle tijden in gebruik genomen te worden als woning van de eigenaar van het bedrijf of dient in gebruik genomen te worden als conciërgewoning, horende bij het betreffende bedrijf.
  • De bedrijfswoning dient ten alle tijden geïntegreerd te blijven bij de bedrijfsgebouwen.
  • De drie ondernemingen die gevestigd zijn op het bedrijfssite, alsook de percelen op zich dienen in eigendom te blijven van dezelfde eigenaar.
  • Zolang ‘Agris’ en ‘VDV Equipment’ gevestigd blijven op de betreffende bedrijfssite mogen zij enkel hun diensten verlenen aan ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ die op zijn beurt gebruik maakt van de bedrijfssite.
  • Of de loods en verhardingen voldoen aan de hemelwaterverordening zal beoordeeld worden in de aanvraag tot omgevingsvergunning. 
  • De aanleg van installaties voor buffering en infiltratie van hemelwater mag geenszins de aanleg van de groenbuffer nadelig beïnvloeden.
  • Bij de exploitatie van het bedrijf dient rekening gehouden te worden met de doelstellingen van het ‘Charter Werftransport’.
  • Voorafgaandelijk aan het indienen van de aanvraag voor de behoeften op korte termijn dient het voorontwerp minstens éénmaal te worden voorgelegd aan de dienst omgeving van de gemeente Wuustwezel.

Met betrekking tot de uitbreiding op lange termijn is de gemeenteraad van oordeel dat de combinatie van maatregelen op korte en lange termijn resulteren in een verbetering van de bedrijfssite ten opzichte van de huidige situatie. De vraag is in hoeverre hiermee de toekomstige activiteiten en groei van het bedrijf op langere termijn in rekening worden gebracht. Bijkomend wordt er ook de vraag gesteld of het aangeduide perceel deel aan de zuidzijde ook effectief kan worden overgekocht. Daarnaast dient er ook bij de opmaak van een RUP verder te worden gedacht dan de huidige bedrijfsvoering. De permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein is op betreffende locatie niet wenselijk rekening houdend met de mogelijkheid dat het bedrijft stopt, dan wel de plek alsnog ontgroeid. De uitbreiding is echter op lange termijn noodzakelijk voor tijdelijke opslag van grond. Zo is er geen nood om dit perceel deel te herbestemmen naar industriegebied of een KMO-zone daar het enkel dienst zal doen als tijdelijke opslag van materialen. Gelet op bovenstaande wordt het gevraagde ook voor de lange termijn verantwoord geacht. Hierbij dient wel voldaan te worden aan volgende voorwaarden:

Voorwaarden:

  • De permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein is op deze locatie niet wenselijk. Na stopzetting of herlocalisatie van de bedrijfsactiviteiten ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ dient de site terug een (para-)agrarische bestemming te krijgen.
  • Er mag geen verhoging van de mobiliteitsdruk op de Melkweg plaatsvinden.
  • Er moet duidelijkheid gecreëerd worden dat het betreffende perceel ten zuiden van de bedrijfssite deels kan worden aangekocht.
  • De groenbuffer die reeds voorzien dient te worden op korte termijn, dient planologisch te worden verankerd te worden bij de opmaak van een RUP.
  • Het is op de het perceel van de zuidelijke uitbreiding enkel mogelijk tijdelijke grondopslag van zuivere grond zonder enige vervuiling te voorzien. Stallingen, opslag van tijdelijke en/op langdurige andere soorten materiaal, containers als ook permanente verharding mogen niet aangelegd worden op het betreffende terrein.
  • Er mag ten alle tijden geen rechtstreekse ontsluiting worden voorzien langs de Melkweg.
  • Het is enkel mogelijk één opening te voorzien in de groenbuffer achteraan het perceel van de huidige bedrijfssite, teneinde het bijkomende perceel ten zuiden bereikbaar te maken. Deze opening mag niet breder zijn dan het strikt noodzakelijke, zijnde maximaal 10m zoals aangeduid op het plan van de lange termijnvisie. 
  • Bij de exploitatie van het bedrijf dient rekening gehouden te worden met de doelstellingen van het ‘Charter Werftransport’.
  • De groenbuffer die reeds voorzien dient te worden op korte termijn, dient planologisch te worden verankerd bij de opmaak van een RUP.
  • Het is aangewezen om ook aan de straatzijde de aanleg van groenelementen vast te leggen, eventueel mits toepassing van een overdruk en vastlegging van een percentage.

Met betrekking tot de opmaak van een RUP is de gemeenteraad van oordeel dat de opmaak van een RUP voor de site verantwoord wordt geacht mits strikte naleving van de opgelegde randvoorwaarden. Zo zal het RUP een planologische regularisatie van bestaande deels para-agrarische en deels niet-agrarische activiteiten omvatten en is er dusdanig geen sprake van een gewijzigd gebruik. Bijkomend dient er wel aangehaald te worden dat een permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein en/of KMO echter op deze locatie niet wenselijk. Dit maakt dat er in de voorwaarden dient te worden geformuleerd dat de site enkel geschikt is voor de vestiging van het beoogde bedrijf ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’. Hierop aansluitend dient de site bij stopzetting of herlocalisatie van de bedrijfsactiviteiten van ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’, terug een (para-)agrarische bestemming te krijgen.

Voorwaarden:

  • Er dient een expliciet verbod voorzien te worden voor de vestiging van SEVESO-bedrijven. Dit dient ook te worden vastgelegd in het RUP
  • De bedrijvigheid op de site wordt beperkt tot de huidige activiteit.
  • De site is enkel geschikt voor de vestiging van het beoogde bedrijf op lange termijn. Indien het bedrijf nog verder uitbreidt, en dit zowel op stedenbouwkundig en/of milieutechnisch vlak, dient het bedrijf geherlocaliseerd te worden.
  • De uitbreiding van het bedrijf op lange termijn mag geen bijkomende mobiliteit naar de bedrijfssite, alsook naar de Melkweg genereren.
  • De permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein is op deze locatie niet wenselijk. Na stopzetting of herlocalisatie van de bedrijfsactiviteiten ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ dient de site terug een (para-)agrarische bestemming te krijgen. Binnen het RUP dienen hiertoe de nodige bepalingen vastgelegd te worden met betrekking tot de nabestemming.

Gelet dat de aanvraag betrekking heeft op percelen die gelegen zijn in herbevestigd agrarisch gebied (HAG);

Gelet op de omzendbrief RO/2010/01 waarin bepaald wordt dat er onder voorwaarden in HAG enige beleidsmarge bestaat voor gemeentelijke planningsinitiatieven;

Overwegende dat compensatie voor het verlies aan agrarische bestemming onmogelijk is. Enerzijds door het ontbreken aan geschikte ruilgronden en mogelijk te herbestemmen gronden in de gemeente, anderzijds omdat het RUP een planologische regularisatie van bestaande deels para-agrarische en deels niet-agrarische activiteiten omvat en er dus geen sprake is van een gewijzigd gebruik;

Gelet op het aanschrijven via mailbericht van de adviesverlenende instanties op 18 maart 2024 met het verzoek binnen de 30 dagen een advies te verlenen;

Gelet op het schrijven van 9 juni 2023 van het Departement Omgeving, Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en –projecten, Team Omgevingseffecten waaruit blijkt dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan-MER niet nodig is;

Gelet op het gecodificeerd Decreet van 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid, inzonderheid artikel 1.3.1.1.;

Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de [adviesinstanties] en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel [1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018], inzonderheid bijlagen I, IV en V;

Overwegende dat in toepassing van artikel 1.3.1.1. Van het gecodificeerd Decreet van 15 juni 2018 betreffende het integraal waterbeleid alle aanvragen tot planologische attest dienen te worden onderworpen aan een watertoets. Dat voor het voorgenomen plan de watertoets werd onderzocht. Dat het plan verenigbaar is met het watersysteem en geen negatieve effecten heeft op de waterhuishouding, mits het opleggen van voorwaarden;

Gelet dat het plangebied niet gelegen is in fluviaal of pluviaal overstromingsgevoelig gebied, volgens de kaarten met de fluviale en pluviale overstromingsgevoelige gebieden (bijlagen IV en V); 

Gelet dat het plangebied afwatert naar de Wehagenbeek, de onbevaarbare waterloop A.4.03 van 2de categorie in beheer van de Watering van Loenhout en dat het aangewezen is om zowel voor de acties op korte termijn, op lange termijn als voor het voorgenomen RUP gepaste maatregelen te voorzien om de mogelijks negatieve impact op deze waterloop zoveel mogelijk te beperken;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

Juridische grond

Gelet op het gemeentedecreet;

Gelet op artikels 4.4.24, 4.4.25 en 4.4.26, 4.4.27, 4.4.28 en 4.4.29 van de VCRO;

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

Voor het bedrijf Grond- en waterwerken van der Velden bvba, met adres Weehagenweg 30-32 te Loenhout, wordt een planologisch attest aangevraagd.

Korte termijn

Het bedrijf wenst het planologisch kader in overeenstemming te brengen met het bestaande bedrijf. De activiteiten van het bedrijf zijn momenteel gelegen in agrarisch gebied en laten geen ontwikkelingen toe. De landbouwbestemming kan behouden blijven als de huidige activiteiten kunnen gefaciliteerd worden.

Lange termijn

Op lange termijn is een herbestemming naar bedrijvigheid nodig. De bestaande bedrijvigheid wordt als basis genomen om op termijn een herbestemming naar bedrijfsgebied te realiseren zodat de continuïteit van de activiteiten kan gegarandeerd worden. Op lange termijn zou het bedrijf een beperkte uitbreiding willen realiseren met een extra terrein aanpalend aan de bedrijfsgebouwen. Dit extra terrein zou enkel gebruikt worden voor een uitbreiding van de grondstock. Op deze locatie zijn geen gebouwen noch verhardingen voorzien. Een herbestemming voor dit terrein is niet nodig.

Openbaar onderzoek over de aanvraag

Het College van Burgemeester en Schepenen (afgekort tot CBS) heeft de aanvraag onderworpen aan een openbaar onderzoek van 3 april 2024 tot en met 2 mei 2024. Tijdens dit openbaar onderzoek werden geen (0) bezwaren ingediend.

Adviezen

Op 18 maart 2024 werd via mailbericht advies gevraagd aan onderstaande adviesinstanties. Tijdens het openbaar onderzoek brachten volgende adviesinstanties een advies uit. Deze adviezen zijn volledig terug te vinden in bijlage.

nr.

Naam

Datum

Conclusie

1

Vlaamse Milieumaatschappij, Watertoets

18/03/2024

Geen advies

2

Agentschap Innoveren en Ondernemen

02/05/2024

Voorwaardelijk gunstig advies

3

Departement Landbouw en Zeevisserij

30/04/2024

Ongunstig advies

4

Gemeente Brecht

--

Stilzwijgend gunstig advies

5

Agentschap voor Natuur en Bos

--

Stilzwijgend gunstig advies

6

Departement Omgeving

--

Stilzwijgend gunstig advies

7

Provincie Antwerpen, Dienst Waterbeleid

--

Stilzwijgend gunstig advies

8

Vlaamse Milieumaatschappij, Grondwater

--

Stilzwijgend gunstig advies

9

Agentschap Innoveren en Ondernemen

--

Stilzwijgend gunstig advies

10

Watering van Loenhout

--

Stilzwijgend gunstig advies

Advies van de bevoegde adviescommissie

Op 15 mei 2024 bracht de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO) een voorwaardelijk gunstig advies uit. Dit advies is volledig terug te vinden in bijlage.

 Standpunt met betrekking tot het behoud van het bedrijf op de huidige locatie.

De huidige situatie is historisch gegroeid en ruimtelijk inpasbaar op de huidige locatie volgens de aanvrager. Op dit moment zijn er bovendien geen bedrijfsterreinen vrij voor lokale ondernemingen in Wuustwezel. Het bedrijf is bovendien gegroeid vanuit een para-agrarische activiteit en heeft een ruimtebehoefte die in ieder geval niet vervuld kan worden op een klassiek KMO-terrein. Het bedrijf is lokaal verankerd (sinds 1967) en wil op de huidige locatie blijven omdat veel activiteiten binnen de directe omgeving plaatsvinden (Wuustwezel + buurgemeenten). De GECERO gaat akkoord met het behoud van het bedrijf op de huidige locatie.

Standpunt met betrekking tot de uitbreiding op korte termijn.

De aanleiding van de aanvraag van het planologisch attest betreft in eerste instantie de noodzaak tot het bouwen van een nieuwe, hogere loods op de plaats van de huidige loods. De oude loods werd reeds in de jaren '80 vergund omwille van de toenmalige para-agrarische activiteit. Aanvullend is er de wens om het planologisch kader in overeenstemming te brengen met het bestaande bedrijf. De bestemmingswijziging van landbouw (geel) naar industriegebied (paars) resulteert niet in planologische compensatie wegens de historische aanwezigheid van het bedrijf vóór 2009, wanneer de agrarische gebieden werden herbevestigd.

De GECORO gaat akkoord met het uitreiken van een planologisch attest om de bouw van een nieuwe loods mogelijk te maken, onder voorwaarden wat betreft het terrein, de groenbuffer en de verharding. 

Bijkomend worden de volgende voorwaarden opgelegd:

  • Het terrein dient grondig opgeruimd te worden met aandacht voor het straatbeeld en zodat het bedrijf geïntegreerd wordt in de landelijke omgeving. Er wordt nadrukkelijk gevraagd om de zeecontainers weg te halen.
  • Betreffende de groenbuffer wordt er naast de aanleg volgens de eerder benoemde richtlijnen door het CBS, gevraagd om ook het onderhoud van de groenbuffer kwalitatief uit te voeren en de afsluiting van het terrein aan de binnenzijde van de buffer te voorzien. Dit om te voorkomen dat er in de buffer materiaal zal worden opgeslagen wat de functionaliteit van de buffer tenietdoet.
  • Betreffende de verharding wordt er gevraagd zoveel mogelijk verharding te verwijderen om de waterdoorlaatbaarheid van het terrein te optimaliseren. Er wordt verwezen naar de normen voor KMO-zones uit de gewestelijke hemelwaterverordening. Daarboven wordt er ook gevraagd om de noodzakelijke verharding voor de werking van het bedrijf duidelijk te beargumenteren en vervolgens ook kwalitatief aan te leggen en te onderhouden.
  • De GECORO ziet als overkoepelende doelstelling in de uitbreiding het overdekken en opruimen van het terrein. Dit wil zeggen geen buitenopslag meer, geen onoverdekte stalling van voertuigen en zeker geen losstaande zeecontainers en andere opslagconstructies meer.

Standpunt met betrekking tot de uitbreiding op lange termijn.

Op lange termijn wenst van der Velden een aangrenzende landbouwgrond aan te kopen om de grondopslagcapaciteit te vergroten. Voor dit perceel is er geen wens tot herbestemming naar industriegebied.

De GECORO gaat akkoord met de uitbreiding op lange termijn onder volgende voorwaarden:

  • Noch het terrein, noch de bedrijfswoning kan op termijn verkavelbaar of opsplitsbaar worden.
  • De aankoop van het aangrenzend landbouwgebied kan enkel gebruikt worden voor grondopslag (geen stalling, opslag materiaal, …). Hier kan geen enkele vorm van verharding aangelegd worden.
  • De bedrijvigheid op terrein wordt beperkt tot de huidige activiteit (agrarisch en para-agrarisch worden in de enge zin geïnterpreteerd). Ook zal er steeds slechts één bedrijfsactiviteit ter plaatse kunnen zijn.
  • Het patrimonium is niet los te koppelen van de bedrijfsactiviteit – één uitbating voor het bedrijfsperceel, inclusief de bedrijfswoning.
  • Er is dus ook een positief standpunt voor de opmaak van het RUP mits hier de nabestemming landbouw in wordt opgenomen. Een termijn is volgens de GECORO niet noodzakelijk. De activiteit kan echter niet gewijzigd worden in de toekomst.

Standpunt met betrekking tot de opmaak of wijziging van de plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen.

De aanleiding van de aanvraag van het planologisch attest betreft in eerste instantie de noodzaak tot bouwen van een nieuwe, hogere loods op de plaats van de huidige loods. De oude loods was reeds in de jaren '80 vergund omwille van de toenmalige para-agrarische activiteit. Aanvullend is er de wens om het planologisch kader in overeenstemming te brengen met het bestaande bedrijf. De

Bestemmingswijziging van landbouw (geel) naar industriegebied (paars) resulteert niet in planologische compensatie wegens de historische aanwezigheid van het bedrijf vóór 2009, wanneer

De agrarische gebieden werden herbevestigd.

Op lange termijn wenst van der Velden een aangrenzende landbouwgrond aan te kopen om de grondopslagcapaciteit te vergroten. Voor dit perceel is er geen wens tot herbestemming naar industriegebied.

De bedrijvigheid op de site wordt beperkt tot de huidige activiteit.

De opmaak van de plannen voor de site wordt, gelet op bovenstaande, verantwoord geacht

Algemene conclusie

Gelet op voorgaande adviezen, opmerkingen en overwegingen verleent de GECORO van Wuustwezel een voorwaardelijk gunstig advies over de aanvraag tot planologisch attest onder volgende voorwaarden:

  • De GECORO gaat akkoord met het uitreiken van een planologisch attest om de bouw van een nieuwe loods mogelijk te maken, onder voorwaarden wat betreft het terrein, de groenbuffer en de verharding.
  • Het terrein dient grondig opgeruimd te worden met aandacht voor het straatbeeld en zodat het bedrijf geïntegreerd wordt in de landelijke omgeving. Er wordt ook nog nadrukkelijk gevraagd om de zeecontainers weg te halen.
  • Betreffende de groenbuffer wordt er naast de aanleg volgens de eerder benoemde richtlijnen door het CBS, gevraagd om ook het onderhoud kwalitatief uit te voeren en de afsluiting van het terrein aan de binnenzijde van de buffer te voorzien. Dit om te voorkomen dat er in de buffer materiaal zal worden opgeslagen wat de functionaliteit van de buffer tenietdoet.
  • Betreffende de verharding wordt er gevraagd zoveel mogelijk verharding te verwijderen om de waterdoorlaatbaarheid van het terrein te optimaliseren. Er wordt verwezen naar de normen voor KMO-zones uit de gewestelijke hemelwaterverordening. Daarboven wordt er ook gevraagd om de noodzakelijke verharding voor de werking van het bedrijf duidelijk te beargumenteren en vervolgens ook kwalitatief aan te leggen en te onderhouden.
  • De GECORO ziet als overkoepelende doelstelling in de uitbreiding het overdekken en opruimen van het terrein. Dit wil zeggen geen buitenopslag meer, geen onoverdekte stalling van voertuigen en zeker geen losstaande zeecontainers en andere opslagconstructies meer.
  • Noch het terrein, noch de bedrijfswoning kan op termijn verkavelbaar of opsplitsbaar worden.
  • De aankoop van het aangrenzend landbouwgebied kan enkel gebruikt worden voor grondopslag (geen stalling, opslag materiaal, …). Hier kan geen enkele vorm van verharding aangelegd worden.
  • De bedrijvigheid op terrein wordt beperkt tot de huidige activiteit (landbouw en paralandbouw worden in de enge zin geïnterpreteerd). Ook zal er steeds slechts één bedrijfsactiviteit ter plaatse zijn.
  • Het patrimonium is niet los te koppelen van de bedrijfsactiviteit – één uitbating voor het bedrijfsperceel, inclusief de bedrijfswoning.
  • Er is dus ook een positief standpunt voor de opmaak van het RUP mits hier de nabestemming landbouw in wordt opgenomen. Een termijn is volgens de GECORO niet noodzakelijk. De activiteit kan echter niet gewijzigd worden in de toekomst. 

Standpunt met betrekking tot het behoud van het bedrijf op de plaats waar het gevestigd is

Omschrijving van het bedrijf, omgeving en vestiging:

De bedrijfssite van ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ betreft een historisch gegroeid en hoofdzakelijk vergunde bedrijfsinfrastructuur. Van oorsprong (1976) deed het bedrijf aan composteren en landbouwwerken voor landbouwers in de omgeving. Doorheen de tijd werden grondwerken en onderhoudswerken van wegen en waterwegen toegevoegd (meer specifiek: maaien, wegbermen, ruimen van grachten en grondwerken) aan de bedrijvigheid welke de dag van vandaag zijn gevormd tot de hoofdactiviteit van het bedrijf.

De bedrijfssite bestaat uit twee kadastrale percelen gekend onder de perceelnummers: 485Z (circa 1435m²) en 485Y (circa 11448m²). De twee percelen zijn gelegen in agrarisch gebied (cf. gewestplan) en herbevestigd agrarisch gebied (cf. omzendbrief RO/2010/01) en ontsluiten zich langs de Weehagenweg (gemeenteweg), een landbouwweg van circa 3m breed in asfaltverharding. 

Het perceel gekend onder het perceelnummer: 485Y is bereikbaar langs een toegangsweg (gelegen aan de rechterzijde van het perceel) waar er zich een loods met bijhorende verharding bevindt op een afstand van circa 25m73 van de rooilijn. Het perceel485Z is bebouwd met een bedrijfswoning die is ingeplant op een afstand circa 12m92 van de rooilijn en beschikt over één oprit (gelegen aan de rechterzijde van het perceel). De bedrijfswoning wordt zowel fysiek als visueel afgesloten van het perceel dat bebouwd is met de loods aan de hand van groene structuren gelegen op de perceelsgrenzen van deze twee percelen.

De aanvrager meent dat een herlocalisatie van het bedrijf niet mogelijk is voor de bedrijfsvoering. Het bedrijf is een historisch gegroeid bedrijf dat zich focust op para-agrarische activiteiten en waar het bedrijf zich lokaal heeft verankerd de activiteiten zich zowel binnen de gemeente (onderhoud wegen- en waterwegen) als bij de buurgemeenten plaats vinden. De aanvrager toont ook aan dat een herlocalisatie in de gemeente zelf niet mogelijk is gezien de schaarste aan bedrijventerreinen en (los van inpasbaarheid) in KMO-zones die kunnen beantwoorden aan de ruimtebehoefte van het bedrijf. 

Het bedrijf ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ wenst in eerste instantie (korte termijn) geen grote uitbreidingen te doen, maar slechts het bestaande bedrijf te optimaliseren door middel van de site te herinrichten als landschappelijk te integreren. In tweede instantie (lang termijn) wordt er voorgesteld dat indien er zich plaats gebrek voordoet, meer specifiek voor de opslag van grond, de bedrijfssite te laten uitbreiden naar het zuiden toe. 

Beoordeling

De dienst Omgeving van Wuustwezel is van oordeel dat het bedrijf van oorsprong een para-agrarisch bedrijf betreft dat historisch is gegroeid met bijkomende activiteiten die niet geheel aansluiten bij para-agrarische activiteiten. Echter is het bedrijf vandaag de dag, met een deel van zijn activiteiten, gericht naar de omliggende landbouwgebieden als ook naar landbouwgebieden die niet per definitie gelegen zijn in de directe omgeving maar wel gelegen zijn in de gemeente Wuustwezel als de naburige gemeenten. Daar het bedrijf dusdanig als lokaal verankerd kan worden beschouwd, is het van belang dat bij herlocalisatie het bedrijf in de gemeente Wuustwezel blijft gevestigd. Echter is er geen ruimte beschikbaar in de bestaande industriegebieden, noch in de bestaande KMO-zones. De gemeente heeft momenteel ook geen geplande uitbreidingen van bestaande industrieterreinen als KMO-zones waardoor herlocalisatie is de gemeente Wuustwezel vandaag de dag niet mogelijk is.

De ontsluiting van de bedrijfssite gebeurt langs Weehagenweg, een landbouwweg van circa 3m breed in asfaltverharding. De weg wordt ingedeeld als lokale weg Type III, erftoegangsweg. De hoofdfunctie van een lokale weg type III is het ‘verblijven’ en het ‘toegang geven’ tot de aanpalende percelen. Dit type weg kent enkel bestemmingsverkeer van particulieren en landbouwverkeer. Doorgaand verkeer wordt er in principe geweerd. De verkeersafwikkeling van de Weehagenweg verloopt verder via de Melkstraat (Type II, erftoegangsweg) die in verbinding staat met de Brechtseweg en/of Veldstraat (lokale weg Type II), en vervolgens langs de gewestweg E19 nabij het station ‘Noorderkempen’ in Brecht (ten noorden). Aangezien het bedrijf op lange termijn slechts zeer beperkt wenst uit te breiden, meer bepaald in functie van louter het tijdelijk opslaan van grond, wordt aangegeven dat het betreffende bedrijf in de huidige toestand als in de toekomst geen noemenswaardige toename van het aantal verkeersbewegingen van en naar de bedrijfssite zal creëren.

Voor de betreffende bedrijfssite (Incl. bedrijfswoning) zijn er vier stedenbouwkundige vergunningen gekend voor de betreffende site:

  • 29 september 1981 - het bouwen van een opslagplaats voor compost en toeleveringsbedrijf landbouw en loonbedrijf (1981/0085);
  • 8 juli 1996 - het bouwen van een vrijstaande woning (1995/0129);
  • 1 juli 1996de regularisatie van reliëfwijzigingen op terrein (1995/0139);
  • 6 februari 2006 - het regulariseren van de bestaand de loods, een bureelcontainer, een inkuiping en een verharding + de uitbreiding van de verharding (2005/0216).

De loods, de inkuiping en een deel van de verharding zijn in overeenstemming met de afgeleverde stedenbouwkundige vergunningen. Echter zijn er op de bedrijfssite verschillende constructies aanwezig waarvoor geen vergunningen zijn gekend. Het betreft onder andere volgende niet-limitatieve opsomming: de buitenopslagplaatsen, de aanwezige containers verspreid over het terrein, een deel van de verhardingen, parkeerplaatsen, de bedrijfswoning die anders is uitgevoerd, enz. Bijkomend werden niet aan alle voorwaarden, die werden opgelegd in de afgeleverde stedenbouwkundige vergunningen, voldaan. Het betreft onder andere het ontbreken van een groenbuffer langsheen de bedrijfssite en de ontbrekende integratie van de bedrijfswoning die dient aan te sluiten bij de bedrijfsgebouwen.

Tot slot zijn er in het verleden drie milieuvergunningen afgeleverd voor de bedrijfssite:

  • 19 januari 1995 – exploitatie van een inrichting voor grond- en waterwerken (1994/1/11);
  • 8 september 2003 – exploitatie voor een uitbreiding van de inrichting (2003/2/10);
  • 5 januari 2015 – hernieuwing van exploitatie voor bestaande inrichting na veranderingen door uitbreidingen (2014/2/23).

Vanuit de toegestuurde dossierstukken aangeleverd bij het planologisch attest wordt er vastgesteld dat er niet aan alle voorwaarden werd voldaan die werden opgelegd in de laatst afgeleverde milieuvergunning als ook mogelijks extra rubrieken van toepassing zijn voor het milieu luik. Het betreft onder ander het stockeren van verschillende hoeveelheid grond op het betreffende terrein als ook mogelijks handelingen die plaatsvinden in de loods.

Conclusie: voorwaardelijk gunstig

Gelet op bovenstaande motivering wordt het behoud van het bedrijf ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ op huidige locatie verantwoord geacht onder voorwaarden, daar het bedrijf met een deel van zijn activiteiten, para-agrarische activiteiten verricht in functie van de omliggende als nabijgelegen landbouwgebieden. Het College van Burgemeester en Schepenen sluit zich bijkomend ook aan bij deze beoordeling dat het van oorsprong een para-agrarisch landbouwbedrijf betreft dat is gespecialiseerd in grondwerken op locatie, meer bepaald onderhoud van wegen en waterwegen. 

Voorwaarden:

  • De eerder opgelegde stedenbouwkundige voorwaarden dienen te worden nageleefd;
  • De eerder opgelegde voorwaarden van de laatst afgeleverde milieuvergunning dienen te worden nageleefd;
  • Enkel agrarische, para-agrarische en de huidig vergunde activiteiten mogen uitgevoerd worden op de site van voormelde aanvraag.
  • De groenbuffer dient aangelegd te worden overeenkomstig de eerdere vergunningen. Deze landschappelijke groenbuffer dient voorzien te zijn van een afsluiting (paal en draad) aan de binnenzijde van de landschappelijke groenbuffer teneinde te vermijden dat er goederen en/of materialen gestald worden in/tussen de groenbuffer.
  • De verharding op het perceel dient tot een absoluut minimum beperkt te worden waarbij enkel de strikt noodzakelijke verharding in het kader van de bedrijfsvoering toegelaten is.

Standpunt met betrekking tot de uitbreiding op korte termijn

Omschrijving van de kortetermijnvisie:

Het bedrijf ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ dat doorheen de jaren is gegroeid aan hand van de uitbreiding van activiteiten die het bedrijf uitvoert, heeft nood aan optimalisatie. De bestaande inrichting en bebouwing beantwoorden/voldoen, volgens de aanvrager, niet meer aan de huidige bedrijvigheid van het bedrijf door: groter wordende landbouw-, loonwerk- en graafmachines; de inefficiënte opslagzones op het terrein en problematiek omtrent circulatie op de huidige site.

Zo wenst het bedrijf op korte termijn, de bedrijfssite te reorganiseren en uit te breiden op de huidige site.

De uitbreiding en reorganisatie van het terrein die het bedrijf wenst te voorzien, gaat gepaard met afbraakwerken en sloopwerken waaronder: het afbreken van de bestaande loods, het deels ontharden van de bestaande verharding, het verwijderden van bestaande containers en bijgebouwen aanwezig op het perceel en het verwijderden van de visuele en fysieke barrière, bestaande uit een groene structuren, gelegen tussen de bedrijfswoning en het bedrijf.

Wanneer de afbraak en sloopwerken zijn uitgevoerd, wordt er een nieuwe loods voorzien waar de nieuwe loods op dezelfde locatie wordt ingeplant als de bestaande loods. De nieuwe loods wordt echter zowel in oppervlakte als in volume groter voorzien dan de bestaande loods, waardoor deze iets dichter komt te liggen bij de rooilijn. Rondom de nieuwe loods wordt er nieuwe verharding gerealiseerd in functie van de circulatie van de bedrijfswerking. In functie van de te optimaliseren circulatie wordt er een nieuwe centrale toegang voorzien aan de Weehagenweg.

Beoordeling

Indien men het bedrijf op de huidige locatie wenst te behouden is allereerst een grondige sanering van de bestaande situatie nodig. Bijkomend is een goede landschappelijke buffering, de beperking van verhardingen, de circulatie en/of mobiliteit als de integratie van de bedrijfswoning met de bedrijfsgebouwen cruciaal. Hierbij dienen de voorwaarden opgelegd in de eerder afgeleverde bouw- en milieuvergunningen nageleefd te worden. Het betreft volgende vergunning(en) en melding(en):

  • Stedenbouwkundige vergunningen (voor 2018):
    1. 29 september 1981 – het bouwen van een opslagplaats voor compost en toeleveringsbedrijf landbouw en loonbedrijf (1981/0085);
    2. 8 juli 1996 – het bouwen van een vrijstaande woning (1995/0129);
    3. 1 juli 1996 – de regularisatie van reliëfwijzigingen op terrein (1995/0139);
    4. 6 februari 2006 – het regulariseren van de bestaand de loods, een bureelcontainer, een inkuiping en een verharding + de uitbreiding van de verharding (2005/0216).
  • Milieu vergunning(en) (voor 2018):
    1. 19 januari 1995 – exploitatie van een inrichting voor grond- en waterwerken (1994/1/11);
    2. 8 september 2003 – exploitatie voor een uitbreiding van de inrichting (2003/2/10);
    3. 5 januari 2015 – hernieuwing van exploitatie voor bestaande inrichting na veranderingen door uitbreidingen (2014/2/23).

Sanering

In de huidige toestand zijn er verschillende metalen containers, werfketen, opslag van verschillende materiaal, etc. aanwezig. Op korte termijn dienen alle niet-vergunde en losstaande constructies te worden gesloopt of van het terrein te worden verwijderd.

Daarnaast wordt er opgemerkt dat er verschillende hoeveelheden grond op het betreffende terrein worden opgeslagen waarvoor mogelijks een milieuvergunning/-melding vereist is. Door de plaatsing van de nieuwe loods worden er nieuwe functies ondergebracht in deze loods die mogelijks ook een milieuvergunning/-melding vereisen. Zo dienen deze zaken voorafgaand aan de indiening van een omgevingsvergunning te worden afgetoetst aan het VLAREM en mee aangevraagd te worden in de aanvraag tot omgevingsvergunning. 

Landschappelijk buffering

Binnen de kortetermijnvisie wordt er niet aangegeven dat de bestaande groenbuffering zal worden gewijzigd. Conform de laatst vergunde toestand werd er een groenbuffer van 5m voorzien op de perceelsgrenzen van de volledige bedrijfssite (links – achter – rechts). Deze vergunning werd verleend met de opgelegde voorwaarde dat de groenbuffer een dikte van 6m dient te bedragen. Echter werd deze groenbuffer zoals aangetoond op de plannen van de bestaande toestand niet uitgevoerd, alsook niet gewijzigd op het plan van de korte termijn. Zo dient de groenbuffer te worden voorzien naar analogie met de opgelegde voorwaarden betreffende de breedte van de groenbuffer. Op deze manier zal het bedrijf zich beter inpassen en integreren in de omgeving.

Bij de aanleg van de groenbuffer dient rekening gehouden te worden met volgende elementen:

  • Rondom de bedrijfssite dient er op de perceelsgrenzen (Links – achter – rechts), ten opzichte van de Weehagenweg) een groenbuffer van 6m te worden voorzien;
  • Indien er geen groenbuffer van 6m aanwezig is, dient deze voor de korte termijn ineens te worden voorzien; 
  • De aanleg van installaties voor buffering en infiltratie van hemelwater mag de aanleg van de groenbuffer niet nadelig beïnvloeden. Dit betekent dat er steeds voldoende ruimte moet overblijven om te voorzien in voldoende opgaand groen van voldoende breedte.
  • Er wordt gevraagd in het kader van het vergunningentraject bij de omgevingsvergunningsaanvraag voor de korte termijn én lange termijn een inhoudelijk gedetailleerd beplantingsvoorstel voor de groenbuffer toe te voegen aan het aanvraagdossier. Dit voorstel moet uitgaan van een evenwichtige mengeling van middelhoog en hoogstammig groen in de volledige zone voor groenbuffer. 
  • Het gebruik van niet inheemse beplantingssoorten bij de het ontwerp en de aanplant van de landschapszones is verboden. 

Verhardingen

Een groot deel van de bedrijfssite is verhard. Niet al deze verharding is vergund. Er wordt aangegeven dat er bestaande verharding wordt verwijderd. Echter wordt er op korte termijn nieuwe verharding voorzien en een deel van de bestaande verharding geregulariseerd. 

Zo wordt er aan de rechterzijde en achterzijde van de nieuw te plaatsen loods in functie van de gewenste circulatie op het her in te richten terrein, alsook voor het tijdelijk stockeren van grond. Aan de linkerzijde van de nieuw te plaatsen loods wordt er nieuwe verharding voorzien. Deze verharding zal deels in gebruik worden genomen als parkeerplaatsen voor loonwerkmachines en deels voor de circulatie van de voertuigen die gebruikt worden op het terrein. Daarnaast wordt er een groot deel van het terrein (gelegen achteraan de site) aangeduid als braakliggende grond. De aanvrager toont aan dat dit deel van het terrein ook zal worden gebruikt in functie van de bedrijvigheid, alsook voor het tijdelijk opslaan van grond.

De aanvrager toont echter op onvoldoende wijze aan waarom de hoeveelheid verharding die op kort termijn wordt voorzien rondom de loods in functie van de bedrijvigheid noodzakelijk is. Hierbij dient de noodwendigheid van deze verharding voor de bedrijfsvoering voldoende aangetoond te worden inclusief de aanduiding van de grote hoeveelheid aan braakliggende grond achteraan het terrein. Bij de eerstvolgende omgevingsvergunningsaanvraag dient de aanvrager aldus gemotiveerd aan te tonen welke verharding noodzakelijk is in het kader van de bedrijfsvoering en de circulatie op het perceel. De overige ‘niet-noodzakelijke’ verharding dient op korte termijn verwijderd te worden.

Op het perceel bebouwd met de bedrijfswoning wordt er aan de straatkant verharding een aanzienlijke hoeveelheid aan verharding voorzien welke niet in overeenstemming is met de laatst gekende vergunde toestand. De aanvrager toont aan dat een deel van deze verharding zal worden verwijderd. Echter blijft een deel van verharding, zijnde in de voortuinstrook als een deel in de tuinzone, welke niet vergund is, aanwezig. Deze verhardingen dienen eveneens verwijderd te worden. 

Afbeelding met kaart

Automatisch gegenereerde beschrijving

Ortho foto 2023 met overlay inplantingsplan dossier 2005/0213

Parkeerplaatsen en sorteer containers

Op het toegestuurde plan ‘korte termijn’ worden er 19 parkeerplaatsen opgetekend rondom de nieuw te plaatsen loods. Op het plan wordt weergegeven dat er vijf parkeerplaatsen worden voorzien aan de linkerzijde van de loods die in gebruik zullen worden genomen door loonwerkmachines; zeven parkeerplaatsen worden voorzien links vooraan de nieuw te plaatsen loods, die gebruikt zullen worden voor bezoekers; en zeven parkeerplaatsen die worden voorzien vooraan de nieuwe te plaatsen loods, die zullen worden gebruikt voor sorteercontainers.

In de aanvraag wordt er onvoldoende gemotiveerd dat deze hoeveelheid aan parkeerplaatsen effectief noodzakelijk is in functie van de bedrijvigheid van het terrein. Zo wordt er in de motivering voor een grotere loods te voorzien aangegeven dat vergroting van de loods noodzakelijk is voor de steeds groter wordende landbouw-, loonwerk- en graafmachines als ook voor de bestaande containers, die zijn voorzien op het terrein mee te laten integreren in de nieuwe loods. Daarnaast is een discrepantie in het plan van de kortetermijnvisie en de toegestuurde nota. Zo wordt er een parkeerzone aangeduid vooraan de nieuwe loods in de nota en 7 parkeerplaatsen ingetekend op het plan maar wordt er wel op het plan aangegeven dat er hier sorteercontainers zullen voorzien.

Hierbij dient de noodwendigheid van de hoeveelheid aan parkeerplaatsen als de locatie van de sorteercontainers in eerste instantie te worden gemotiveerd en indien mogelijk te worden gereorganiseerd bij een aanvraag tot omgevingsvergunning.

Mobiliteit

De bedrijfssite van ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ ontsluit zich langs Weehagenweg, een landbouwweg (lokale weg Type III) van circa 3m breed in asfaltverharding. Vervolgens sluit de Weehagenweg aan de Melkweg (circa 3 – 3m50) welke ook is gecategoriseerd als een lokale weg Type III. Dit type weg is bedoeld voor enkel bestemmingsverkeer van particulieren en landbouwverkeer. Doorgaand verkeer wordt er in principe geweerd. Gelet op de breedte en de inrichting van de weg is bijkomend zwaar verkeer op deze locatie niet wenselijk. Het bedrijf voorziet op korte termijn geen uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten. Bijgevolg wordt er geen toename van het aantal verkeersbewegingen van en naar de bedrijfssite verwacht.

Echter wordt er op korte termijn een nieuwe toegang voorzien (centraal gelegen op de bedrijfssite) met een breedte van circa 7m. Dit maakt dat in totaal drie in-/opritten zijn voorzien, op de volledige bedrijfssite op nog geen 30m van elkaar verwijderd, die in verbinding staan met de Weehagenweg. Dit maakt dat meerdere verkeersknooppunten aanwezig zullen zijn op de Weehagenweg met als gevolg ook een aantasting van de verkeersveiligheid. Daarnaast wordt er op onvoldoende wijze aangetoond wat de exacte meerwaarde is voor het voorzien van de gecentreerde in-/oprit gezien op toegestuurde dossierstukken de grote bedrijfsvoertuigen langs de bestaande inrit aan de rechterzijde kunnen manoeuvreren in de nieuw te plaatsen loods. Zo dient er gekeken te worden en/of te worden onderzocht om het aantal in/opritten te beperken als ook te motiveren waarom er meer dan 1 in-/oprit noodzakelijk is. 

Afbeelding met wolk, buitenshuis, boom, hemel

Automatisch gegenereerde beschrijving Afbeelding met buitenshuis, hemel, plant, grond

Automatisch gegenereerde beschrijving

Google Streetview december 2021: hoek Weehangenweg en toegang bedrijfssite

Afbeelding met tekst, kaart, schermopname, Plan

Automatisch gegenereerde beschrijving

Drie in/opritten langs Weehagenweg: inplantingsplan korte termijn planologisch attest 2024-PA-001

Op 5 november 2018 ondertekende de gemeente Wuustwezel het ‘Charter Werftransport’ zoals opgesteld door de VSV, de Vlaamse overheid, de VVSG, de Bouwunie, de Confederatie Bouw en FEMA. Het charter heeft als doel het verhogen van de veiligheid bij werftransporten. Aangezien het bedrijf Grond- en waterwerken van der Velden bv onder andere actief is in de bouwsector dient bij de exploitatierekening gehouden te worden met volgende doelstellingen van dit charter:

  • Dat er geen werftransport met tractoren gebeurt in de bebouwde kom en de schoolomgevingen van de gemeente Wuustwezel. Hierop kan er een uitzondering aangevraagd worden bij de gemeente, zijnde het College van Burgemeester en Schepenen, via het aanspreekpunt openbarewerken@wuustwezel.be van de gemeente.
  • Dat er geen werftransport gebeurt voor werven gelegen in schoolomgevingen tijdens de begin- en einduren (na te vragen bij de gemeente) van de scholen.
    • Dit vervalt tijdens de schoolvakanties. 
    • Voor wat betreft de toelevering van bouwmaterialen verbinden de aannemers en handelaren van bouwmaterialen er zich toe om hun leveranciers en transporteurs in kennis te stellen van dit charter. 
  • Dat het werftransport zoveel mogelijk gebruik maakt van het hoger wegennet.
  • Dat er inspanningen gedaan worden om de werfroutes proper te houden. 
  • Dat de lading afgedekt wordt als deze veel stofhinder kan geven, conform artikel 45 van het Koninklijk Besluit van 1 december 1975.

Hulpdiensten (brandweer en veiligheidsdiensten)

Het is van essentieel belang dat de werking van een bedrijf en de bijbehorende bebouwing voldoen aan de bepalingen van de hulpdiensten, meer bepaald aan de bepalingen betreffende de brandveiligheid. In voorliggend attest wordt er op dit aspect niet aangehaald, noch bepaalde zaken aangeduid op de toegestuurde plannen van korte termijn en lange termijn. Zo is het mogelijk dat de plannen die werden toegevoegd, gewijzigd dienen te worden om te kunnen voldoen aan de bepalingen betreffende de hulpdiensten. Het verduidelijken van deze naleving in de aanvraag tot omgevingsvergunning is een noodzakelijke stap om een veilige, wettelijk conforme (wetgeving omtrent brandveiligheid) en efficiënte bedrijfsomgeving te waarborgen. Dit komt niet alleen de veiligheid ten goede, maar bevordert ook de bedrijfscontinuïteit en het vertrouwen van alle belanghebbenden.

Ondergeschikte functie in de loods en bedrijfswoning

De effectieve hoofdfunctie van de nieuw te plaatsen loods wordt niet specifiek aangegeven in voorliggende aanvraag. Vanuit het attest kan worden geconcludeerd dat de nieuw voorziene loods in hoofdfunctie gebruikt zal worden voor het opslaan van materiaal en reparatie van voertuigen horende bij de bedrijfsvoering van het desbetreffende bedrijf. Er kan dus worden gesteld dat de loods primair bedoeld is voor opslag van voertuigen en materiaal (hekken, werkgrief, etc.). Vanuit de aangeleverde dossierstukken wordt er ook aangegeven dat er een cafetaria, sanitaire voorzieningen en een kantoorruimte zal worden voorzien naast de hoofdfunctie van de nieuw te plaatsen loods. Het is van belang dat deze andere functies de hoofdfunctie niet zullen overstijgen. Zo wordt er in de voorwaarden opgenomen dat indien er andere functies worden voorzien in de loods naast de hoofdfunctie deze andere functie tesamen ondergeschikt dienen te blijven aan de hoofdfunctie van de loods.

De bedrijfswoning is bedoeld om in gebruik te worden genomen als woning door de eigenaar en/of conciërge van de bedrijfssite. De motivatie van de reorganisatie waaronder het voorzien van een grotere loods, geeft aan dat alle nodige functies die horen bij de bedrijfsvoering worden gebundeld in één constructie, zijnde de loods. Er is dusdanig geen noodzaak een andere functie en/of ondergeschikte functie te voorzien in de bedrijfswoning. 

Zo is het niet de bedoeling een andere functie, als ook geen ondergeschikte functie te voorzien in de betreffende bedrijfswoning. In de voorwaarden wordt bijkomend opgenomen dat indien er een ondergeschikte functie in de bedrijfswoning noodzakelijk is, dit duidelijk dient te worden aangegeven en te worden gemotiveerd in de aanvraag tot omgevingsvergunning.

Landschappelijke integratie van de loods

De bedrijfssite is gelegen in agrarisch gebied. Dit maakt dat de betreffende bebouwing, zijnde de nieuwe loods die wordt voorzien, zich dient te integreren in het landschappelijke karakter. Daarnaast zijn er in de omliggende omgeving constructies en/of bebouwing aanwezig die in functie staan van de agrarische bestemming, wat ervoor zorgt dat de betreffende bebouwing zich niet alleen dient te integreren naar het landschap maar ook met de omliggende bebouwing van de omgeving. Zo mag de nieuwe te bouwen loods alsook andere constructies geen uitstraling hebben die typerend zijn aan traditionele KMO-zones en/of industriegebieden op vlak van uitstraling en volume, daar deze atypisch zijn aan de omliggende omgeving en zich dusdanig niet integreert in het omliggende agrarische landschap.

Dit maakt dat de nieuwe bebouwing/constructies zodanig moeten worden ontworpen dat ze in harmonie zijn met het omliggende agrarische landschap als ook aansluit bij de traditionele landbouwbebouwing in de omgeving.

Aanwezigheid voetweg nr. 9

De bedrijfssite van ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ wordt doorkruist door buurtweg nr. 9. Deze buurtweg is op het terrein niet meer aanwezig, maar werd op plan nooit officieel afgeschaft. In de nota van de aanvraag wordt deze buurtweg kort aangehaald, doch wordt er niet gemotiveerd wat ermee dient te gebeuren.

Bij de werken op korte termijn zijn er twee mogelijkheden teneinde de afschaffing van voetweg nr. 9 juridisch recht te zetten. Zo dient er ofwel voorafgaandelijk aan de indiening van de omgevingsvergunning een administratieve procedure te worden aangevraagd bij de gemeente ofwel wordt de ontheffing mee aangevraagd in de omgevingsvergunning. 

Afbeelding met lijn, Parallel, schermopname, Rechthoek

Automatisch gegenereerde beschrijving

Atlas der buurtwegen met overlay GRB

Bedrijfswoning Weehagenweg 32

Op 8 juli 1996 werd vergunning verleend voor het bouwen van een vrijstaande (bedrijfs)woning bij het bedrijf ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’. Momenteel wordt deze woning in gebruik genomen als kantoor en administratieve ruimte in functie van het bedrijf. Dit betekent dat de woning Weehagenweg 32 niet langer als bedrijfswoning aanzien kan worden. 

Deze situatie dient rechtgezet te worden. Zo dient de bedrijfswoning in gebruik genomen te worden als woning van de eigenaar of in gebruik genomen te worden als conciërgewoning horende bij het betreffende bedrijf.

In de korte termijnvisie wordt de bedrijfswoning mee geïntegreerd bij de bedrijfsgebouwen. Dit dient ten alle tijden op die manier behouden te blijven. In de voorwaarden wordt opgenomen dat de bedrijfswoning ten alle tijden geïntegreerd dient te blijven bij de bedrijfsgebouwen.

Meerdere ondernemingen op locatie

Volgens de Kruispuntbank van Onderneming zijn op het adres Weehagenweg 30 drie ondernemingen gevestigd. Het betreft:

  • Agris’ – 0777.659.094
  • ‘Grond- en waterwerken van der Velden bv’– 0439.283.207
  • VDV Equipment’– 0777.660.084

De aanvraag tot planologisch attest maakt slechts melding van één onderneming. Eén van de activiteiten van ‘Agris’ en ‘VDV Equiment’ is ‘handel’. Dit is in strijd met de nota. Volgens de aangeleverde nota wordt op de site niet aan handel gedaan.

Na verder onderzoek blijkt dat de gebouwen inclusief de percelen in eigendom zijn van de onderneming ‘Agris’ en de landbouw-, loonwerk- en graafmachines in eigendom zijn van ‘VDV Equipment’. De onderneming ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’, huurt de gebouwen van ‘Agris’ en de landbouw-, loonwerk- en graafmachines van ‘VDV Equipment’. Deze ondernemingen zijn echter in eigendom van één eigenaar zijnde de eigenaar van ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’.

In de voorwaarden wordt opgenomen dat de drie ondernemingen die gevestigd zijn op het bedrijfssite alsook de percelen op zich in eigendom dienen te blijven van één en dezelfde eigenaar. Bijkomend mogen, zolang ‘Agris’ en VDV Equipment’ gevestigd blijven op de betreffende bedrijfssite, enkel hun diensten verlenen aan ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’, die op zijn beurt gebruikt maakt van de bedrijfssite.

Waterparagraaf

Bekkens en waterlopen

De aanvraag situeert zich in het Maasbekken, in het deelbekken van de Weerijs. Het terrein van de aanvraag watert af naar de Weehagenbeek, de onbevaarbare waterloop A.4.03 van 2de categorie. Volgens het geoloket op www.waterinfo.be wordt deze waterloop beheerd door de Watering van Loenhout. De waterbeheerder ‘Watering van Loenhout’ gaf geen advies binnen de wettelijk opgegeven termijn waardoor het ontbrekende advies als gunstig kan worden beschouwd in verband met het planologisch attest.

Wateradvies

De locatie is volgens de watertoetskaarten:

  • Niet gelegen in fluviaal overstromingsgevoelig gebied (type A: geen overstroming gemodelleerd);
  • Niet gelegen in pluviaal overstromingsgevoelig gebied (type A: geen overstroming gemodelleerd);
  • Niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied vanuit zee (type A: geen overstroming gemodelleerd).

De locatie ligt niet in een signaalgebied.

Afbeelding met tekst, schermopname, kaart

Automatisch gegenereerde beschrijving

Waterinfo - Kaartencatalogus

Gewestelijke verordening hemelwater

Op korte termijn voorziet de aanvraag in het bouwen van een nieuwe loods en het aanleggen van bijkomende verhardingen. Op deze constructies is de gewestelijke hemelwater verordening van toepassing. Of de loods en verhardingen voldoen aan de hemelwaterverordening zal beoordeeld worden in de aanvraag tot omgevingsvergunning. 

De aanleg van installaties voor buffering en infiltratie van hemelwater mag geenszins de aanleg van de groenbuffer nadelig beïnvloeden.

Conclusie: voorwaardelijk gunstig

Gelet op bovenstaande wordt het gevraagde voor de korte termijn verantwoord geacht mits strikt naleven van de volgende voorwaarden:

  • Er mag geen verhoging van de mobiliteitsdruk op de Melkweg plaatsvinden.
  • De eerder afgeleverde bouw- en milieuvergunningen dienen te worden nageleefd.
  • Voorafgaandelijk aan de indiening van een omgevingsvergunning dient er een aftoetsing te gebeuren aan het VLAREM en indien van toepassing de extra rubrieken in verband met het luik milieu mee te worden aangevraagd in de omgevingsvergunning. 
  • Rondom de bedrijfssite dient er langs de perceelsgrenzen (Links – achter – rechts), ten opzichte van de Weehagenweg) een groenbuffer van 6m te worden voorzien;
  • Indien er geen groenbuffer van 6m aanwezig is in de bestaande toestand, dient deze voor de korte termijn ineens te worden voorzien; 
  • De aanleg van installaties voor buffering en infiltratie van hemelwater mag de aanleg van de groenbuffer niet nadelig beïnvloeden. Dit betekent dat er steeds voldoende ruimte moet overblijven om te voorzien in voldoende opgaand groen van voldoende breedte.
  • Er wordt gevraagd in het kader van het vergunningentraject bij de omgevingsvergunningsaanvraag voor de korte termijn én lange termijn een inhoudelijk gedetailleerd beplantingsvoorstel voor de groenbuffer toe te voegen aan het aanvraagdossier. Dit voorstel moet uitgaan van een evenwichtige mengeling van middelhoog en hoogstammig groen in de volledige zone voor groenbuffer. 
  • Het gebruik van niet inheemse beplantingssoorten bij de het ontwerp en de aanplant van de landschapszones is verboden. 
  • De noodwendigheid van de verharding die wordt voorzien voor de bedrijfsvoering uit te voeren dient aangetoond te worden bij de aanvraag tot omgevingsvergunning. (Inclusief de aanduiding van de grote hoeveelheid aan braakliggende grond achteraan het terrein). 
  • De overige ‘niet-noodzakelijke’ verharding dient op korte termijn verwijderd te worden.
  • Op het perceel van de bedrijfswoning wordt er aan de straatkant een aanzienlijke hoeveelheid aan verharding voorzien welke niet in overeenstemming is met de laatst gekende vergunde toestand. De aanvrager toont aan dat een deel van deze verharding zal worden verwijderd. Echter blijft een deel van verharding aanwezig, nl. in de voortuinstrook als een dele in de tuinzone, hetgeen niet vergund is. De niet-vergunde verharding gelegen bij de bedrijfswoning dient te worden verwijderd. 
  • De noodwendigheid van de hoeveelheid aan parkeerplaatsen als de locatie van de sorteercontainers dienen te worden gemotiveerd en indien mogelijk te worden gereorganiseerd bij een aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • Er dient gekeken te worden en/of te worden onderzocht om het aantal in-/opritten te beperken als ook te motiveren waarom er meer dan één in-/oprit noodzakelijk is bij de aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • Indien er andere functies worden voorzien in de loods naast de hoofdfunctie, dienen deze andere functies gezamenlijk ondergeschikt te blijven aan de hoofdfunctie van de loods.
  • Indien er een ondergeschikte functie in de bedrijfswoning noodzakelijk is, dient dit duidelijk te worden aangegeven en te worden gemotiveerd in de aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • De nieuwe bebouwing/constructies dienen zodanig ontworpen te worden dat deze in harmonie zijn met het omliggende agrarische landschap als ook aansluiten bij de traditionele landbouwbebouwing in de omgeving.
  • Voor de opheffing van voetweg nr. 9 dient ofwel voorafgaandelijk aan de indiening van de omgevingsvergunning een administratieve procedure te worden aangevraagd bij de gemeente ofwel wordt de ontheffing mee aangevraagd in de omgevingsvergunning. 
  • De bedrijfswoning dient ten alle tijden in gebruik genomen te worden als woning van de eigenaar van het bedrijf of dient in gebruik genomen te worden als conciërgewoning, horende bij het betreffende bedrijf.
  • De bedrijfswoning dient ten alle tijden geïntegreerd te blijven bij de bedrijfsgebouwen.
  • De drie ondernemingen die gevestigd zijn op het bedrijfssite, alsook de percelen op zich dienen in eigendom te blijven van dezelfde eigenaar.
  • Zolang ‘Agris’ en ‘VDV Equipment’ gevestigd blijven op de betreffende bedrijfssite mogen zij enkel hun diensten verlenen aan ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ die op zijn beurt gebruik maakt van de bedrijfssite.
  • Of de loods en verhardingen voldoen aan de hemelwaterverordening zal beoordeeld worden in de aanvraag tot omgevingsvergunning. 
  • De aanleg van installaties voor buffering en infiltratie van hemelwater mag geenszins de aanleg van de groenbuffer nadelig beïnvloeden.
  • Bij de exploitatie van het bedrijf dient rekening gehouden te worden met de doelstellingen van het ‘Charter Werftransport’.
  • Voorafgaandelijk aan het indienen van de aanvraag voor de behoeften op korte termijn dient het voorontwerp minstens éénmaal te worden voorgelegd aan de dienst omgeving van de gemeente Wuustwezel.

Standpunt met betrekking tot de uitbreiding op lange termijn

Omschrijving van de lange termijnvisie:

De lange termijnvisie betreft een uitbreiding van het huidige terrein aan de zuidzijde, voor het stockeren van grond. 

Door de uitbreiding van de loods, alsook de nood aan ruimte in het kader van het manoeuvreren van steeds groter wordende machines binnen de huidige site, zorgen ervoor dat de hoeveelheid aan grondopslag aanzienlijk wordt verminderend. Hierdoor is het noodzakelijk om op lange termijn te kunnen uitbreiden. De aanvrager geeft aan dat het zuidelijk gelegen perceel, kadastraal gekend als: Afdeling: 3 sectie: D perceelnummer: 485A2 (deel), zal worden aangekocht zodat de nood aan te korte grondopslag zal worden geremedieerd. Dit onbebouwd perceel heeft een oppervlakte van circa 4.082m², en is gelegen in agrarischt gebied (cf. gewestplan), alsook in herbevestigd agrarisch gebied (cf. omzendbrief RO/2010/01).

Voor het betreffende perceel in gebruik te nemen zal in de groenbuffer van het huidige perceel (circa te midden van de achterste perceelsgrens) een toegang worden gemaakt met een breedte van 10m, zodat de werking van het bedrijf georiënteerd blijft naar de Weehagenweg (gemeenteweg). Daarnaast zal er een groenbuffer worden voorzien op de linker, rechter en achterste perceelsgrens.

De aanvraag specificeert dat op de uitbreidingszone, geen verharding zal worden voorzien en de uitbreidingszone enkel dienst zal doen als tijdelijke opslag (geen permanente stock).

Beoordeling

De combinatie van maatregelen op korte en lange termijn resulteren in een verbetering van de bedrijfssite ten opzichte van de huidige situatie. De vraag is in hoeverre hiermee de toekomstige activiteiten en groei van het bedrijf op langere termijn in rekening worden gebracht. Bijkomend wordt er ook de vraag gesteld of het aangeduide perceel aan de zuidzijde ook effectief kan worden overgekocht. Daarnaast dient er ook bij de opmaak van een RUP verder te worden gedacht dan de huidige bedrijfsvoering. De permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein is op de huidige locatie niet wenselijk rekening houdende met de mogelijkheid dat het bedrijft stopt, dan wel de huidige locatie alsnog ontgroeid. 

De uitbreiding is echter op lange termijn noodzakelijk voor de tijdelijke opslag van grond. Zo is er geen nood om dit perceel te herbestemmen naar industriegebied of een KMO-zone daar het enkel zal dienstdoen als tijdelijke opslag van materialen. Dit maakt dat er op het terrein van de uitbreiding in eerste instantie een groenbuffer dient te worden voorzien die dient te volden aan dezelfde voorwaarden waar de kortetermijnvisie aan dient te voldoen. Bijkomend is het enkel mogelijk op dit terrein tijdelijke grondopslag te voorzien van zuivere grond (zonder enige vervuiling). Stallingen, opslag van tijdelijke en/of langdurige andere soorten materiaal, containers als ook permanente verharding mogen niet aangelegd worden op de voorziene zuidelijke uitbreiding.

In verband met mobiliteit is het ook van belang dat de bedrijfssite zich niet direct mag ontsluiten langs de Melkweg. In de voorwaarden wordt opgenomen dat de uitbreiding niet mag ontsluiten langs de Melkweg en er geen extra, alsook geen bredere opening mag worden voorzien in de groenbuffer van de bedrijfssite waarop de loods is voorzien.

Conclusie: Voorwaardelijk gunstig

Gelet op bovenstaande wordt het gevraagde ook voor de lange termijn verantwoord geacht. Hierbij dient evenwel voldaan te worden aan volgende voorwaarden:

Voorwaarden:

  • De permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein is op deze locatie niet wenselijk. Na stopzetting of herlocalisatie van de bedrijfsactiviteiten ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ dient de site terug een (para-)agrarische bestemming te krijgen.
  • Er mag geen verhoging van de mobiliteitsdruk op de Melkweg plaatsvinden.
  • Er moet duidelijkheid gecreëerd worden dat het betreffende perceel ten zuiden van de bedrijfssite deels kan worden aangekocht.
  • De groenbuffer die reeds voorzien dient te worden op korte termijn, dient planologisch te worden verankerd te worden bij de opmaak van een RUP.
  • Het is op de het perceel van de zuidelijke uitbreiding enkel mogelijk tijdelijke grondopslag van zuivere grond zonder enige vervuiling te voorzien. Stallingen, opslag van tijdelijke en/op langdurige andere soorten materiaal, containers als ook permanente verharding mogen niet aangelegd worden op het betreffende terrein.
  • Er mag ten alle tijden geen rechtstreekse ontsluiting worden voorzien langs de Melkweg.
  • Het is enkel mogelijk één opening te voorzien in de groenbuffer achteraan het perceel van de huidige bedrijfssite, teneinde het bijkomende perceel ten zuiden bereikbaar te maken. Deze opening mag niet breder zijn dan het strikt noodzakelijke, zijnde maximaal 10m zoals aangeduid op het plan van de lange termijnvisie. 
  • Bij de exploitatie van het bedrijf dient rekening gehouden te worden met de doelstellingen van het ‘Charter Werftransport’.
  • De groenbuffer die reeds voorzien dient te worden op korte termijn, dient planologisch te worden verankerd bij de opmaak van een RUP.
  • Het is aangewezen om ook aan de straatzijde de aanleg van groenelementen vast te leggen, eventueel mits toepassing van een overdruk en vastlegging van een percentage.

Standpunt met betrekking tot de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS).

Conform het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS), rekening houdend met de wijzigingen van het Beleidsplan Ruimte Antwerpen (BRA), is het bedrijf gelegen in open ruimtegebied 1 met heterogene landbouw en tuinbouw. Zo is het volgende mogelijk voor zonevreemde bedrijven volgens het GRS*:

“(…)

Bedrijven gelegen in agrarische gebieden behorende tot de open ruimtegebieden A en C,

Of langs ontsluitingswegen minstens van het type lokale weg II en die geen milieuhinder

Veroorzaken die de draagkracht van die plek overschrijdt: verdere beperkte uitbreiding zonder schaalvergroting is mogelijk, mits voorwaarden. Schaalvergroting en sommige activiteiten zouden hier leiden tot een reële overschrijding van de draagkracht; beperkingen inzake volumevergroting en functies zijn derhalve aangewezen.

Beperkte verbouwings- en uitbreidingsmogelijkheden; echter geen schaalvergroting. Beperkingen inzake de toegelaten activiteiten, hun ruimtelijke schaal en voorwaarden m.b.t. milieu en landschappelijke inkleding.

(…)”

De schaal van de voorgestelde uitbreiding op korte termijn en op lange termijn is beperkt alsook wordt er in voorliggende aanvraag een landschappelijke buffer voorgesteld. Zo kan er worden geoordeeld dat voorliggende aanvraag in overeenstemming is met het GRS op vlak van schaal en de voorgestelde uitbreidingen.

Echter kan er in het attest niet worden geoordeeld of de effectieve handelingen die het bedrijf gaat uitvoeren, meer bepaald het opslaan van grond van sloop- en/of grondwerken die men gaat aan/of afvoeren, verenigbaar is met het GRS. Indien de handelingen een reëel risico voor milieuhinder vormen of de draagkracht overschrijden van omgeving, is uitbreiden niet mogelijk. Zo dient er bij de opmaak van het RUP als ook bij het afleveren van de omgevingsvergunningen rekening mee gehouden te worden. 

Bestemmingsplannen

De bedrijfssite is zoals eerder vermeld gelegen in agrarisch gebied (cf. gewestplan) als ook in herbevestigd agrarisch gebied (cf. omzendbrief RO/2010/01). Omwille van deze reden werd er advies gevraagd aan Agentschap Landbouw en Zeevisserij. Op 30/04/2024 gaf het Agentschap Landbouw en Zeevisserij een ongunstig advies. Deze werd als volgt omschreven:

“(…)

Conclusie:

Het plangebied is gelegen in een uitgesproken agrarisch gebied met een vrijwel onaangetaste agrarische structuur dat bovendien beleidsmatig herbevestigd werd i.f.v. beroepsmatige landbouwactiviteiten.

Het Departement Landbouw en Visserij stelt zich ernstige vragen bij de vergunde toestand, in het bijzonder m.b.t. de vergunde functies. Deze bemerking werd reeds eerder overgemaakt zowel in het advies bij het gevraagde stedenbouwkundig attest d.d. 09/03/2021 als bij het advies op het planologisch attest d.d. 25/05/2022 (ons kenmerk: 2022_002736_v1). Voorliggende nota geeft geenszins een pasklaar antwoord op de eerder geformuleerde bemerkingen.

Gezien de ligging binnen herbevestigd agrarisch gebied ontbreekt een grondig onderzoek naar alternatieve locaties en de ruimtelijke inpasbaarheid van deze nieuwe bedrijvenzone. Bedrijven die niet verenigbaar zijn met de omgeving dienen op termijn te verdwijnen.

Het Departement Landbouw en Visserij beoordeelt voorliggende aanvraag afgaande op bovenstaande elementen dan ook zeer terughoudend en formuleert een ongunstig advies.

(…)”

Zoals aangegeven in hoofdstuk ‘Standpunt met betrekking tot het behoud van het bedrijf op de plaats waar het gevestigd is’ is de dienst Omgeving van de gemeente Wuustwezel alsook het college van burgemeester en schepenen van oordeel dat het betreffende bedrijf historisch is gegroeid vanuit hoofdzakelijk para-agrarische activiteiten naar meerdere activiteiten, waaronder onderhoudswerken van wegen en waterwegen die niet per se betrekking hebben op de omliggende landbouwgebieden. De bedrijfsactiviteiten kunnen echter vandaag de dag niet meer als zuiver para-agrarisch worden beschouwd. 

Volgens de omzetbrief betreffende ‘de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief dd. 25/1/2002 en 25/10/2002’, behoren de bedrijfsactiviteiten strikt genomen, conform artikel 11.4.1.III, niet tot de ‘uitsluiting’ van para-agrarische activiteiten. Zo betreffen de bedrijfsactiviteiten voornamelijk maaiwerken, waterwerken en grondwerken met tijdelijke opslag van grond, die nog altijd (deels) in functie staan van de omliggende landbouwgebieden, alsook naar landbouwgebieden die niet per definitie gelegen zijn in de directe omgeving.

De omzendbrief van herbevestigd agrarisch gebied (HAG) bepaalt tot slot dat er onder voorwaarden in HAG enige beleidsmarge bestaat voor gemeentelijke planningsinitiatieven. Zoals eerder gemotiveerd kan er dusdanig gesteld worden dat een locatiealternatief minder relevant en/of niet mogelijk is gezien de bedrijfssite historisch gegroeid is en dusdanig als hoofdzakelijk vergund kan wordt beschouwd. Dit maakt dat de opmaak van een RUP voor de bedrijfssite onder strikte te volgen voorwaarden kan worden verantwoorden. 

Conclusie: voorwaardelijk gunstig

Gelet op bovenstaande motivering wordt de opmaak van een plan voor de site verantwoord geacht mits strikte naleving van de opgelegde randvoorwaarden. Zo zal het RUP een planologische regularisatie van de bestaande deels para-agrarische en deels niet-agrarische activiteiten omvatten en is er dusdanig geen sprake van een gewijzigd gebruik. Bijkomend dient er wel aangehaald te worden dat een permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein en/of KMO-zone op deze locatie niet wenselijk. Dit maakt dat er in de voorwaarden geformuleerd dient te worden dat de site enkel geschikt is voor de vestiging van het beoogde bedrijf ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’. Hierop aansluitend dient de site bijgevolg in geval van stopzetting of herlocalisatie van de bedrijfsactiviteiten van ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’, terug een (para-)agrarische bestemming te krijgen.

Voorwaarden:

  • Er dient een expliciet verbod voorzien te worden voor de vestiging van SEVESO-bedrijven. Dit dient ook te worden vastgelegd in het RUP.
  • De bedrijvigheid op de site wordt beperkt tot de huidige activiteit.
  • De site is enkel geschikt voor de vestiging van het beoogde bedrijf op lange termijn. Indien het bedrijf nog verder uitbreidt, en dit zowel op stedenbouwkundig en/of milieutechnisch vlak, dient het bedrijf geherlocaliseerd te worden.
  • De uitbreiding van het bedrijf op lange termijn mag geen bijkomende mobiliteit naar de bedrijfssite, alsook naar de Melkweg genereren.
  • De permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein is op deze locatie niet wenselijk. Na stopzetting of herlocalisatie van de bedrijfsactiviteiten ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ dient de site terug een (para-)agrarische bestemming te krijgen. Binnen het RUP dienen hiertoe de nodige bepalingen vastgelegd te worden met betrekking tot de nabestemming.

De randvoorwaarden zoals geadviseerd door de GECORO in haar advies dienen te worden gevolgd: 

  • De GECORO gaat akkoord met het uitreiken van een planologisch attest om de bouw van een nieuwe loods mogelijk te maken, onder voorwaarden wat betreft het terrein, de groenbuffer en de verharding.
  • Het terrein dient grondig opgeruimd te worden met aandacht voor het straatbeeld en zodat het bedrijf geïntegreerd wordt in de landelijke omgeving. Er wordt nadrukkelijk gevraagd om de zeecontainers weg te halen.
  • Betreffende de groenbuffer wordt er naast de aanleg volgens de eerder benoemde richtlijnen door het CBS, gevraagd om ook het onderhoud kwalitatief uit te voeren en de afsluiting van het terrein aan de binnenzijde van de buffer te voorzien. Dit om te voorkomen dat er in de buffer materiaal zal worden gestockeerd wat de functionaliteit van de buffer tenietdoet.
  • Betreffende de verharding wordt er gevraagd zoveel mogelijk verharding te verwijderen om de waterdoorlaatbaarheid van het terrein te optimaliseren. Er wordt verwezen naar de normen voor KMO-zones uit de gewestelijke hemelwaterverordening. Daarboven wordt er ook gevraagd om de noodzakelijke verharding voor de werking van het bedrijf duidelijk te beargumenteren en vervolgens ook kwalitatief aan te leggen en te onderhouden.
  • De GECORO ziet als overkoepelende doelstelling in de uitbreiding het overdekken en opruimen van het terrein. Dit wil zeggen geen buitenopslag meer, geen onoverdekte stalling van voertuigen en zeker geen losstaande zeecontainers en andere opslagconstructies meer.
  • Noch het terrein, noch de bedrijfswoning kan op termijn verkavelbaar of opsplitsbaar worden.
  • De aankoop van het aangrenzend landbouwgebied kan enkel gebruikt worden voor grondopslag van zuivere grond (geen stalling, opslag materiaal, …). Hier kan geen enkele vorm van verharding aangelegd worden.
  • De bedrijvigheid op het terrein wordt beperkt tot de huidige activiteit (landbouw en paralandbouw worden in de enge zin geïnterpreteerd). Ook zal er steeds slechts één bedrijfsactiviteit ter plaatse toegelaten zijn.
  • Het patrimonium is niet los te koppelen van de bedrijfsactiviteit – één uitbating voor het bedrijfsperceel, inclusief de bedrijfswoning.
  • Er is bijgevolg ook een positief standpunt voor de opmaak van het RUP mits hier de nabestemming landbouw in wordt opgenomen. Een termijn is volgens de GECORO niet noodzakelijk. De activiteit kan echter niet gewijzigd worden in de toekomst.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Aan Grond- en waterwerken Van der Velden bv, gevestigd Weehagenweg 30 te 2990 Wuustwezel, een voorwaardelijk gunstig planologisch attest af te leveren onder volgende voorwaarden: 

Voorwaarden acties korte termijn

  • Er mag geen verhoging van de mobiliteitsdruk op de Melkweg plaatsvinden.
  • De eerder afgeleverde bouw- en milieuvergunningen dienen te worden nageleefd.
  • Voorafgaandelijk aan de indiening van een omgevingsvergunning dient er een aftoetsing te gebeuren aan het VLAREM en indien van toepassing de extra rubrieken in verband met het luik milieu mee te worden aangevraagd in de omgevingsvergunning. 
  • Rondom de bedrijfssite dient er langs de perceelsgrenzen (Links – achter – rechts), ten opzichte van de Weehagenweg) een groenbuffer van 6m te worden voorzien;
  • Indien er geen groenbuffer van 6m aanwezig is in de bestaande toestand, dient deze voor de korte termijn ineens te worden voorzien; 
  • De aanleg van installaties voor buffering en infiltratie van hemelwater mag de aanleg van de groenbuffer niet nadelig beïnvloeden. Dit betekent dat er steeds voldoende ruimte moet overblijven om te voorzien in voldoende opgaand groen van voldoende breedte.
  • Er wordt gevraagd in het kader van het vergunningentraject bij de omgevingsvergunningsaanvraag voor de korte termijn én lange termijn een inhoudelijk gedetailleerd beplantingsvoorstel voor de groenbuffer toe te voegen aan het aanvraagdossier. Dit voorstel moet uitgaan van een evenwichtige mengeling van middelhoog en hoogstammig groen in de volledige zone voor groenbuffer. 
  • Het gebruik van niet inheemse beplantingssoorten bij het ontwerp en de aanplant van de landschapszones is verboden. 
  • De noodwendigheid van de verharding die wordt voorzien voor de bedrijfsvoering uit te voeren dient aangetoond te worden bij de aanvraag tot omgevingsvergunning. (Inclusief de aanduiding van de grote hoeveelheid aan braakliggende grond achteraan het terrein). 
  • De overige ‘niet-noodzakelijke’ verharding dient op korte termijn verwijderd te worden.
  • Op het perceel van de bedrijfswoning wordt er aan de straatkant een aanzienlijke hoeveelheid aan verharding voorzien welke niet in overeenstemming is met de laatst gekende vergunde toestand. De aanvrager toont aan dat een deel van deze verharding zal worden verwijderd. Echter blijft een deel van verharding aanwezig, nl. in de voortuinstrook als een dele in de tuinzone, hetgeen niet vergund is. De niet-vergunde verharding gelegen bij de bedrijfswoning dient te worden verwijderd. 
  • De noodwendigheid van de hoeveelheid aan parkeerplaatsen als de locatie van de sorteercontainers dienen te worden gemotiveerd en indien mogelijk te worden gereorganiseerd bij een aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • Er dient gekeken te worden en/of te worden onderzocht om het aantal in-/opritten te beperken als ook te motiveren waarom er meer dan één in-/oprit noodzakelijk is bij de aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • Indien er andere functies worden voorzien in de loods naast de hoofdfunctie, dienen deze andere functies gezamenlijk ondergeschikt te blijven aan de hoofdfunctie van de loods.
  • Indien er een ondergeschikte functie in de bedrijfswoning noodzakelijk is, dient dit duidelijk te worden aangegeven en te worden gemotiveerd in de aanvraag tot omgevingsvergunning.
  • De nieuwe bebouwing/constructies dienen zodanig ontworpen te worden dat deze in harmonie zijn met het omliggende agrarische landschap als ook aansluiten bij de traditionele landbouwbebouwing in de omgeving.
  • Voor de opheffing van voetweg nr. 9 dient ofwel voorafgaandelijk aan de indiening van de omgevingsvergunning een administratieve procedure te worden aangevraagd bij de gemeente ofwel wordt de ontheffing mee aangevraagd in de omgevingsvergunning. 
  • De bedrijfswoning dient ten alle tijden in gebruik genomen te worden als woning van de eigenaar van het bedrijf of dient in gebruik genomen te worden als conciërgewoning, horende bij het betreffende bedrijf.
  • De bedrijfswoning dient ten alle tijden geïntegreerd te blijven bij de bedrijfsgebouwen.
  • De drie ondernemingen die gevestigd zijn op het bedrijfssite, alsook de percelen op zich dienen in eigendom te blijven van dezelfde eigenaar.
  • Zolang ‘Agris’ en ‘VDV Equipment’ gevestigd blijven op de betreffende bedrijfssite mogen zij enkel hun diensten verlenen aan ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ die op zijn beurt gebruik maakt van de bedrijfssite.
  • Of de loods en verhardingen voldoen aan de hemelwaterverordening zal beoordeeld worden in de aanvraag tot omgevingsvergunning. 
  • De aanleg van installaties voor buffering en infiltratie van hemelwater mag geenszins de aanleg van de groenbuffer nadelig beïnvloeden.
  • Bij de exploitatie van het bedrijf dient rekening gehouden te worden met de doelstellingen van het ‘Charter Werftransport’.
  • Voorafgaandelijk aan het indienen van de aanvraag voor de behoeften op korte termijn dient het voorontwerp minstens éénmaal te worden voorgelegd aan de dienst omgeving van de gemeente Wuustwezel.

Voorwaarden acties lange termijn

  • De permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein is op deze locatie niet wenselijk. Na stopzetting of herlocalisatie van de bedrijfsactiviteiten ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ dient de site terug een (para-)agrarische bestemming te krijgen.
  • Er mag geen verhoging van de mobiliteitsdruk op de Melkweg plaatsvinden.
  • Er moet duidelijkheid gecreëerd worden dat het betreffende perceel ten zuiden van de bedrijfssite deels kan worden aangekocht.
  • De groenbuffer die reeds voorzien dient te worden op korte termijn, dient planologisch te worden verankerd te worden bij de opmaak van een RUP.
  • Het is op de het perceel van de zuidelijke uitbreiding enkel mogelijk tijdelijke grondopslag van zuivere grond zonder enige vervuiling te voorzien. Stallingen, opslag van tijdelijke en/op langdurige andere soorten materiaal, containers als ook permanente verharding mogen niet aangelegd worden op het betreffende terrein.
  • Er mag ten alle tijden geen rechtstreekse ontsluiting worden voorzien langs de Melkweg.
  • Het is enkel mogelijk één opening te voorzien in de groenbuffer achteraan het perceel van de huidige bedrijfssite, teneinde het bijkomende perceel ten zuiden bereikbaar te maken. Deze opening mag niet breder zijn dan het strikt noodzakelijke, zijnde maximaal 10m zoals aangeduid op het plan van de lange termijnvisie. 
  • Bij de exploitatie van het bedrijf dient rekening gehouden te worden met de doelstellingen van het ‘Charter Werftransport’.
  • De groenbuffer die reeds voorzien dient te worden op korte termijn, dient planologisch te worden verankerd bij de opmaak van een RUP.
  • Het is aangewezen om ook aan de straatzijde de aanleg van groenelementen vast te leggen, eventueel mits toepassing van een overdruk en vastlegging van een percentage.

Voorwaarden acties opmaak van een RUP

  • Er dient een expliciet verbod voorzien te worden voor de vestiging van SEVESO-bedrijven. Dit dient ook te worden vastgelegd in het RUP
  • De bedrijvigheid op de site wordt beperkt tot de huidige activiteit.
  • De site is enkel geschikt voor de vestiging van het beoogde bedrijf op lange termijn. Indien het bedrijf nog verder uitbreidt, en dit zowel op stedenbouwkundig en/of milieutechnisch vlak, dient het bedrijf geherlocaliseerd te worden.
  • De uitbreiding van het bedrijf op lange termijn mag geen bijkomende mobiliteit naar de bedrijfssite, alsook naar de Melkweg genereren.
De permanente vestiging van een regulier bedrijventerrein is op deze locatie niet wenselijk. Na stopzetting of herlocalisatie van de bedrijfsactiviteiten ‘Grond- en waterwerken Van der Velden bv’ dient de site terug een (para-)agrarische bestemming te krijgen. Binnen het RUP dienen hiertoe de nodige bepalingen vastgelegd te worden met betrekking tot de nabestemming.


Artikel 2

Afschrift van dit besluit over te maken aan de aanvrager, aan Departement Omgeving, aan de deputatie van de provincie Antwerpen en aan de bevoegde gemeentelijke diensten.

11.

2024_GR_00071 - Agenda en vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger van de gemeente in het Bestuursorgaan van vzw WoonZORG Wuustwezel van 25 juni 2024.

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
Verontschuldigd
Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
Secretaris
Luc Loos, algemeen directeur
Voorzitter
Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
11.

2024_GR_00071 - Agenda en vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger van de gemeente in het Bestuursorgaan van vzw WoonZORG Wuustwezel van 25 juni 2024.

2024_GR_00071 - Agenda en vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger van de gemeente in het Bestuursorgaan van vzw WoonZORG Wuustwezel van 25 juni 2024.

Motivering

Motivering

De gemeente en OCMW-raad bepalen het mandaat van de aangeduide raadsleden in het bestuursorgaan van 25 juni 2024.
Met het schrijven van 6 juni 2024 werd volgende agenda voor het bestuursorgaan van 25 juni 2024 te 16 uur voorgesteld:

1. Goedkeuring en opvolging verslag Bestuursvergadering 30 april 2024 (B)

2. Bezettingscijfers en VTE (tot mei 2024)

3. Administratie en financiën:

    a. Resultaat Q1 2024

4. Varia

      (B): beslissend

      (I): informatief

      (D): discussie 

    Juridische grond

    Het decreet lokaal bestuur.
    Besluit van de OCMW-raad van 19 december 2017 tot deelname aan de vzw WoonZORG Wuustwezel.
    Besluit van de gemeenteraad van 21 december 2017 tot deelname aan de vzw WoonZORG Wuustwezel.
    De goedgekeurde statuten van de vzw WoonZORG Wuustwezel.

    Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

    De gemeente en OCMW Wuustwezel zijn lid van vzw WoonZORG Wuustwezel. De regelgeving inzake verenigingen van maatschappelijk welzijn is van toepassing. Dit betekent dat de raadsleden steeds handelen volgens de instructies van de raad voor maatschappelijk welzijn (art 511 ยง2 van het decreet lokaal bestuur).

    Besluit

    De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
    De gemeenteraad beslist:

    Artikel 1

    De raad neemt kennis van de volledige dagorde van het bestuursorgaan van de vzw WoonZORG Wuustwezel die zal gehouden worden op dinsdag 25 juni 2024 om 16 uur in WZC Amandina, Bredabaan 737 te 2990 Wuustwezel evenals van alle daarbij horende documenten en neemt op basis hiervan volgende beslissingen:

      1. Goedkeuring en opvolging verslag Bestuursvergadering 30 april 2024 (B)
      2. Bezettingscijfers en VTE (tot mei 2024)
      3. Administratie en financiën:
          a. Resultaat Q1 2024
      4. Varia

    (B): beslissend

    (I): informatief

    (D): discussie

    Artikel 2

    De vertegenwoordiger van de gemeente, zijnde dhr. D. Wouters als vaste vertegenwoordiger, die met het gemeenteraadsbesluit van 29 augustus 2023 werd benoemd, wordt gemandateerd om op het bestuursorgaan van de vzw WoonZORG van 25 juni 2024 deel te nemen aan de bespreking over de in artikel 1 vermelde agendapunten en te beraadslagen en te beslissen overeenkomstig dit besluit en verder al het nodige te doen om de volledige agenda af te werken. 

    Artikel 3

    Afschrift van dit besluit voor verder gevolg over te maken aan ann.lenaerts@demedemens.be en wim.haentjens@demedemens.be.

    12.

    2024_GR_00076 - Vragenkwartiertje.

    Behandeld

    Samenstelling

    Aanwezig
    Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Sus Vissers, Raadslid; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur
    Verontschuldigd
    Katrin Kempenaers, Schepen; Marc Vorsselmans, Raadslid
    Secretaris
    Luc Loos, algemeen directeur
    Voorzitter
    Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
    12.

    2024_GR_00076 - Vragenkwartiertje.

    2024_GR_00076 - Vragenkwartiertje.

    Motivering

    Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

    In het vragenkwartiertje werden volgende zaken besproken:

    Besluit

    De gemeenteraad beslist:

    Artikel 1

    • Aansluitend op de vraag van raadslid Bruno Fiesack geeft schepen Pieter Cools volgend antwoord omtrent de aanwezigheid van politieke partijen op de Dorpsdag:
      • de administratie heeft contact opgenomen met de werkgroep van de Dorpsdag waarbij het volgende vernomen werd: 
        • het is bewust opgenomen in het reglement dat het niet politiek gezind mag zijn;
        • de leden van de werkgroep willen niet dat de politieke partijen slechts éénmalig optreden;
      • dit werd in deze zin ook besproken binnen de LEA-raad.
    • Aansluitend op de vraag van raadslid Jasmijn Meirsman geeft schepen Ilke Pompen volgend antwoord omtrent de toestellen op het skateplein aan de sporthal: 
      • deze vraag is nog niet toegekomen bij de gemeentelijke diensten;
      • de toestellen worden wel regulier gekeurd door Igean; 
      • de jeugddienst en de schepen gaan zelf contact opnemen met de skaters om te zien over welke "ramp" het gaat; vervolgens zullen ook Igean en onze eigen diensten gecontacteerd worden om te zien hoe we de toestellen veiliger kunnen maken. 
    • Aansluitend op de vraag van raadslid Jasmijn Meirsman geeft schepen Kris Van Looveren volgend antwoord omtrent de snelheid in de Wachelbergen:
      • in 2021 werd dit bekeken waarna er een zone 30 werd gemaakt alsook werd de nodige signalisatie aangebracht; 
      • vanwege de bewoners werd nog niets gemeld aan de gemeentelijke diensten;
      • aan raadslid Jasmijn wordt gevraagd de juiste lokaties door te geven zodat aldaar metingen kunnen gebeuren.
    • Aansluitend op de vraag van raadslid Jens Stoffelen geeft schepen Kris Van Looveren toelichting bij het waterprobleem in de kelder van de Gasthuishoeve:
      • er is een hoge grondwaterstand;
      • er ligt een drainagebuis met pomp om dit alles op te lossen en te voorkomen.