Terug
Gepubliceerd op 28/01/2025

2024_GR_00121 - Reglement met betrekking tot kermisactiviteiten op de openbare kermissen.

Gemeenteraad
ma 04/11/2024 - 20:00 GC Blommaert
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter; May Aernouts, Schepen; Kris Van Looveren, Schepen; Rit Luyckx, Schepen; Pieter Cools, Schepen; Ilke Pompen, Schepen; Katrin Kempenaers, Schepen; Mai Van Thillo, Raadslid; Lynn Vermeiren, Raadslid; Els Van Hasselt, Raadslid; Roger Aernouts, Raadslid; Thijs Ruts, Raadslid; Jan Van Looveren, Raadslid; Jan Cools, Raadslid; Anke Lostrie, Raadslid; Koen Van Putte, Raadslid; Jens Stoffelen, Raadslid; Werner Vanden Eynden, Raadslid; Martine Deruytter, Raadslid; Marc Vanden Branden, Raadslid; Petra Laccroix, Raadslid; Carrera Neefs, Raadslid; Jasmijn Meirsman, Raadslid; Marc Vorsselmans; Bruno Fiesack, Raadslid; Helga Hoeymans, Raadslid; Luc Loos, algemeen directeur

Afwezig

Sus Vissers, Raadslid

Secretaris

Luc Loos, algemeen directeur

Voorzitter

Dieter Wouters, Burgemeester - Voorzitter
2024_GR_00121 - Reglement met betrekking tot kermisactiviteiten op de openbare kermissen. 2024_GR_00121 - Reglement met betrekking tot kermisactiviteiten op de openbare kermissen.

Motivering

Motivering

Overwegende dat volgens artikel 8 § 1 van de wet van 25 juni 1993 de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op de openbare markten en kermissen wordt geregeld bij gemeentelijk reglement;

Overwegende dat volgens artikel 9 § 1 van de wet van 25 juni 1993 de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op het openbaar domein, buiten de openbare markten en kermissen, wordt geregeld bij gemeentelijk reglement;

Juridische grond

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur, meer bepaald artikel 40;

Gelet op de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten en kermisactiviteiten, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 2005, 20 juli 2006, 22 december 2009, 21 januari 2013 en de decreten van 24 februari 2017 en 3 maart 2023 meer bepaald de artikelen 8 tot en met 10;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 september 2023, meer bepaald de artikelen 8 tot en met 24;

Gelet op volgende aanvullende reglementen op het verkeer:

  • d.d. 31 augustus 1999 houdende de jaarlijks terugkerende organisatie van “Gooreind Dorpskermis”, telkens de eerste zondag na 9 juni en de daaropvolgende maandag op de pleinen voor en achter de kerk in de Kerkplaats;
  • d.d. 31 augustus 1999 houdende de jaarlijks terugkerende organisatie van Dorpskermis, telkens de eerste zondag en maandag na 15 augustus op het plein Achter d’Hoven;
  • d.d. 31 augustus 1999 houdende de jaarlijks terugkerende organisatie van Kruiswegkermis, telkens de 2de zondag en maandag na 15 augustus in het Gemeentepark en Guido Gezellelaan;

Relevante voorgeschiedenis, feiten en context

In 2023 zijn wijzigingen aangebracht in het Koninklijk Besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie.

Deze wijzigingen zorgen voor een vereenvoudiging van de regelgeving. Het wordt eenvoudiger om het beroep van foorreiziger op te starten omdat de kermiskaart en de leurkaart voor kermisgastronomie niet langer verplicht zijn in Vlaanderen. Het beroep krijgt ook meer rechtszekerheid doordat de minimumopzegtermijn langer wordt bij het definitief opheffen van een standplaats met abonnement op de openbare kermissen. De hervorming laat ook maatschappen toe een standplaats op een kermis te bemachtigen.

Concreet gaat het om volgende wijzigingen:

  • de termijn van definitieve opheffing van een standplaats per abonnement wordt herleid van minstens 12 naar minstens 6 maanden;
  • de gemeenten moeten niet langer ontwerpreglementen of goedgekeurde reglementen bezorgen aan de Vlaamse overheid;
  • de belangrijkste wijziging is het afschaffen van de machtiging voor kermis- (en ambulante) activiteiten;
  • de termijn van definitieve opheffing van een standplaats per abonnement: minstens 6 maanden bij wijziging standplaats maar behoud abonnement en minstens 12 maanden bij definitief verlies van standplaats en abonnement.

Het gemeentelijk reglement is bepalend voor de organisatie van kermisactiviteiten op het grondgebied van steden en gemeenten. De wijzingen aan de wetgeving maken dat ook de gemeentelijke reglementen moeten worden aangepast.

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Goedkeuring wordt verleend aan het hierna genoemde reglement met betrekking tot kermisactiviteiten op de openbare kermissen:

REGLEMENT MET BETREKKING TOT KERMISACTIVITEITEN OP DE OPENBARE KERMISSEN: 

AFDELING 1: Organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie op openbare kermissen

Artikel 1 Toepassingsgebied (wet art. 1 5°, art. 2 § 2)

Als kermis wordt beschouwd elke manifestatie ingericht of voorafgaand toegelaten door de gemeente om, op vastgestelde plaatsen en tijdstippen, de uitbaters van kermisattracties of van vestigingen van kermisgastronomie, die er producten of diensten aan de consument verkopen, samen te brengen.

Als kermisactiviteit wordt beschouwd elke verkoop, te koop aanbieding of uitstalling met het oog op de verkoop van diensten aan de consument in het kader van de uitbating van kermisattracties of van vestigingen van kermisgastronomie.

Artikel 2 Gegevens van openbare kermissen (wet art. 8 § 2)

De gemeente richt op het openbaar domein volgende openbare kermissen in:


Loenhoutse meiSterbosGooreind DorpWuustwezel DorpWuustwezel KruiswegBloemencorso Loenhout
PlaatsBurgemeester J. Van Looverenplein
KerkplaatsAchter d'HovenG. Gezellelaan
Gemeentepark
Burgemeester J. Van Looverenplein
Dag

1ste zo van mei

1ste zo na O-H-Hemelvaart

1ste zo en ma na 9 juni

1ste zo en ma na 15 aug

2de zo en ma na 15 aug

2de zo en ma van sept.;

Ook de za hiervoor

Periode

Zo en ma

Zo en ma
Zo en ma
Zo en ma
Zo en ma
Za, zo en ma
Plan van de standplaatsenzie bijlagezie bijlage
zie bijlage
zie bijlage
zie bijlage
zie bijlage


De standplaatsen mogen worden ingenomen door de foorinrichtingen en kermiskramen ter gelegenheid van voornoemde kermissen van de woensdagmiddag voor de kermis tot en met de dinsdag na de kermis. 

Artikel 3 Voorwaarden inzake toewijzing standplaatsen (wet art. 8 § 2, art. 10 § 1 en KB art. 4 § 2 en art. 10)

De standplaatsen op een openbare kermis worden toegewezen aan: de houders van een ondernemingsnummer dat kermisactiviteiten toelaat via de persoon die de onderneming rechtsgeldig vertegenwoordigt. 

Deze persoon moet de stukken voorleggen die de volgende zaken aantonen:

  • de uitbater is behoorlijk gedekt door verzekeringspolissen voor burgerlijke aansprakelijkheid en brandrisico's;
  • de uitbater beschikt over een bewijs van de identificatie met de kentekenplaat van de kermisattractie of uitgebate vestiging als ze zich op eigen kracht voortbeweegt of van het voertuig dat de kermisattractie of uitgebate vestiging vervoert;
  • als het een kermistoestel met voortbeweging van personen, aangedreven door een niet-menselijke energiebron betreft voldoet het toestel aan de voorwaarden, vermeld in artikel 10 van het koninklijk besluit van 18 juni 2003 betreffende de uitbating van kermistoestellen; 
  • als het een speeltoestel betreft: de attractie voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 9 van het koninklijk besluit van 28 maart 2001 betreffende de uitbating van speelterreinen; 
  • de vestiging van kermisgastronomie en de personen die er werken voldoen aan de reglementaire voorwaarden voor de volksgezondheid.

De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris kan altijd vragen dat diegene die de onderneming rechtsgeldig vertegenwoordigt, zijn identiteitsbewijs voorlegt.

Artikel 4 Verhouding abonnement – losse plaatsen (KB art. 8, 9 § 1)

De standplaatsen op de openbare kermissen worden toegewezen hetzij voor de duur van de kermis, hetzij per abonnement. Het abonnement is de regel. Het college van burgemeester en schepenen bepaalt de vorm en inhoud van de abonnementen.

De toewijzing voor de duur van de kermis is mogelijk:

  • in geval van absolute noodzaak;
  • wanneer de verplichtingen onafscheidelijk zijn verbonden aan de hernieuwing van de kermis (bijvoorbeeld introductie van nieuwe attracties).

De standplaatsen per abonnement worden toegewezen aan de uitbater die een zelfde standplaats op een abonnementsplaats heeft verkregen gedurende drie opeenvolgende jaren.

Voor de berekening van de termijn worden de opeenvolgende jaren van verkrijging van de standplaats door de overlater verrekend in het voordeel van de overnemer, op voorwaarde dat er geen onderbreking was bij de overname. 

De regel van drie jaar geldt niet wanneer de standplaats werd verkregen naar aanleiding van een opschorting van het abonnement. Deze beperking is echter niet van toepassing op de persoon die daarna de nieuwe overnemer is geworden van de standplaats.

Artikel 5 Toewijzingsregels voor standplaatsen op de openbare kermissen (KB art. 13)

5.1. Vacature en kandidatuurstelling standplaats (KB art. 13 en 14)

Wanneer een standplaats vrijkomt, zal de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris deze vacature bekend maken door publicatie van een kennisgeving via de website www.wuustwezel.be of de lokale pers.

Deze kennisgeving vermeldt minstens volgende gegevens:

  • de naam en data van de kermis;
  • de vestiging welke gewenst is (indien nodig);
  • de nuttige technische specificaties;
  • de situering van de standplaatsen;
  • de wijze en de duur van de toewijzing;
  • de voorwaarden inzake de verkrijging van de standplaats en de criteria inzake toewijzing;
  • de plaats en de termijn van indiening van de kandidaturen;
  • de termijn van de bekendmaking van de toewijzing van de standplaats.

Deze kennisgeving mag verwijzen naar het gemeentelijk reglement.

De kandidatuur tot het innemen van een standplaats met abonnement moet volgende gegevens bevatten:

  • de gegevens van de kandidatuursteller (naam, adres, tel. nr.);
  • een korte omschrijving van de attractie;
  • de afmetingen en technische specificaties van de attractie;
  • kopie bezorgen van de identiteitskaart;
  • bewijs van goed zedelijk gedrag bezorgen;
  • bewijs van ondernemingsnummer dat kermisactiviteiten toelaat via de persoon die de onderneming rechtsgeldig vertegenwoordigt;
  • een kopie van de machtiging met vermelding van het ondernemingsnummer;
  • het bewijs leveren dat de premie betaald is voor de verzekeringspolis inzake de burgerlijke aansprakelijkheid en tegen brandrisico’s;
  • wanneer het een kermisattractie met voortbeweging van personen, aangedreven door een niet-menselijke energiebron betreft, moet de attractie voldoen aan de bepalingen van artikel 10 van het KB van 18 juni 2003 betreffende de uitbating van kermistoestellen;
  • het bewijs voorleggen dat de vestiging van kermisgastronomie met bediening aan tafel en de personen die er werkzaam zijn voldoen aan de reglementaire voorwaarden inzake volksgezondheid;
  • een geldig keuringsattest van de elektrische installaties bezorgen;
  • de aanvraag voor een eventuele aansluiting op een gemeentelijke elektriciteitskast. 

De kandidaturen worden digitaal of op papier (via aangetekende brief met ontvangstmelding, of door een brief met ontvangstbewijs) ingediend volgens de voorschriften en binnen de termijn voorzien in de kennisgeving van de vacature. Kandidaturen die hieraan niet voldoen, worden niet weerhouden. 

5.2. Onderzoek van de kandidaturen (KB art. 15)

Voor de vergelijking van de kandidaturen onderzoekt de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris of voldaan is aan de voorwaarden  inzake toewijzing vermeld in artikel 3 van dit reglement.

De standplaatsen worden toegewezen op basis van één of meer van de volgende criteria:

a. de aard van de attractie of van de vestiging;

b. de technische specificaties van de attractie of van de vestiging;

c. de graad van veiligheid van de attractie of van de vestiging;

d. de aantrekkingskracht van de attractie of van de vestiging;

e. de deskundigheid van de uitbater, van de “aangestelde – verantwoordelijken” en van het tewerkgesteld personeel;

f. desgevallend, de nuttige ervaring;

g. de ernst en het zedelijk gedrag van de kandidaat.

Als de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris op basis van deze criteria, geen onderscheid tussen de kandidaturen kan maken, is een loting mogelijk.

Het openen van de kandidaturen, hun vergelijkend onderzoek, de controle van de voorwaarden en de gemotiveerde beslissing tot toewijzing van de standplaats worden opgenomen in een proces-verbaal.

Deze kan geraadpleegd worden overeenkomstig de bepalingen van de wet van 12 november 1997 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en gemeenten.

5.3. Bekendmaking van de toewijzing van de standplaats (KB art. 15 § 5)

De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris deelt zowel aan de kandidaat die de standplaats toegewezen kreeg als aan elke niet weerhouden kandidaat de beslissing die hem aanbelangt mee op één van de volgende wijzen:

  • bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding;
  • bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding;
  • per duurzame drager (fax of e-mail) met ontvangstmelding

Artikel 6. Het register of plan van de toegewezen standplaatsen (KB art. 16)

Een plan of register wordt bijgehouden waarin voor elke toegewezen standplaats de volgende zaken worden vermeld:

a. de situering van de standplaats;

b. de toewijzingsmodaliteiten van de standplaats;

c. de duur van het gebruiksrecht of het abonnement;

d. de naam, voornaam, adres van de persoon aan wie of door tussenkomst van wie de standplaats toegewezen werd;

e. desgevallend, het maatschappelijk doel van de rechtspersoon aan wie de standplaats toegewezen werd en het adres van haar maatschappelijke zetel;

f. het ondernemingsnummer;

g. de aard van de attractie of van de vestiging die de standplaats inneemt of die op de standplaats toegelaten is met vermelding van de technische specificaties;

h. desgevallend, de identificatie van de overlater en de datum van de overdracht.

Artikel 7 Spoedprocedure (KB artikel 17)

Indien, in de vijftien dagen voorafgaand aan de opening van de kermis, de standplaatsen vacant blijven, 

  • omdat zij niet konden worden toegewezen na afloop van de gewone procedure (cf. artikel 5 van dit reglement);
  • omdat ze dit in die tussentijd zijn geworden;
  • tengevolge van hun niet-bezetting wegens de afwezigheid van hun houder;

        kan er worden voorzien in een spoedprocedure die als volgt is bepaald:

  1. de burgemeester of zijn afgevaardigde of de concessionaris raadpleegt de door hem gekozen kandidaten. Hij richt zich, in de mate van het mogelijke, tot verscheidene kandidaten per voorziene standplaats;
  2. de kandidaturen worden ingediend hetzij per duurzame drager tegen ontvangstbewijs, hetzij schriftelijk tegen ontvangstbewijs;
  3. de burgemeester of zijn afgevaardigde of de concessionaris gaat over tot de toewijzing van de standplaatsen overeenkomstig de bepalingen opgenomen in artikel 5.2, eerste en tweede lid van dit reglement;
  4. hij stelt een proces-verbaal op dat per vacature of onbezette standplaats de kandidaten vermeld die hun kandidatuur hebben ingediend;
  5. indien meerdere kandidaten naar eenzelfde standplaats dingen, geeft hij in het proces-verbaal de motivatie van zijn keuze aan; 
  6. hij deelt aan iedere kandidaat, hetzij bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding, hetzij bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding, hetzij per duurzame drager (bijv. fax of e-mail) met ontvangstmelding, de beslissing mede die hem aanbelangt. 

Het plaatsen van uitbaters van kermisattracties of vestigingen waaraan een standplaats werd toegewezen op basis van de spoedprocedure, kan leiden tot aanpassingen aan het plan van de kermis, voor zover deze beperkt blijven en nauwkeurig worden gemotiveerd door de technische noodzakelijkheden van de toevoeging van de nieuwkomers op het kermisterrein.

De aanpassingen zullen onderworpen worden aan de goedkeuring van de eerstvolgende gemeenteraad of college van burgemeester en schepenen, al naargelang het geval.

Artikel 8 Duur abonnement (KB art. 12, § 1 en 2)

1° Het abonnement heeft een duur van vijf jaar.
 Na afloop wordt het stilzwijgend verlengd behalve in de gevallen bedoeld bij het opschorten (cf. artikel 9 van dit reglement) of het afstand doen van het abonnement (cf. artikel 10 van dit reglement).

2° De houder van het abonnement kan, op gemotiveerd verzoek, het abonnement voor een kortere duur verkrijgen. Deze aanvraag wordt ingewilligd bij de stopzetting van de activiteiten aan het einde van de loopbaan.
 Indien zij omwille van andere motieven aangevraagd wordt, hangt ze af van de beoordeling van de burgemeester, van zijn afgevaardigde of van de concessionaris.

Artikel 9 Opschorten abonnement (KB art. 12 § 3)

De houder van het abonnement kan het abonnement opschorten wanneer:

1° hij tijdelijk ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen:

  • door ziekte of ongeval op grond van een medisch attest;
  • door overmacht op een verantwoorde wijze aangetoond. 

De opschorting gaat in onmiddellijk na de bekendmaking van de ongeschiktheid en houdt op, op het einde van de kermis.

Indien de opschorting één jaar overschrijdt, moet zij minstens dertig dagen voor het begin van de kermis hernieuwd worden, tenzij het gemeentelijk reglement een andere termijn bepaalt.

2° hij over een abonnement beschikt voor een andere kermis die op hetzelfde ogenblik plaats heeft. 

De opschorting moet worden bekend gemaakt tenminste drie maanden voor de begindatum van de kermis, tenzij het gemeentelijk reglement een andere termijn bepaalt. Zij mag geen drie opeenvolgende jaren overschrijden.

De opschorting impliceert de opschorting van de wederzijdse verplichtingen die uit de overeenkomst voortkomen.

De vraag tot opschorting dient te gebeuren: 

  • bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding;
  • of bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding; 
  • of per duurzame drager (fax of e-mail) met ontvangstmelding.

De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris bevestigt onmiddellijk de ontvangst ervan.

Artikel 10 Afstand van het abonnement (KB art. 12 § 4)

De houder van het abonnement kan van het abonnement afstand doen:

  • bij de vervaldag van het abonnement, mits een opzegtermijn van tenminste drie maanden;
  • bij de stopzetting van zijn activiteiten, mits een opzegtermijn van tenminste drie maanden;
  • indien hij definitief ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen omwille van redenen vermeld in artikel 9 1° van dit reglement. De opzegging gaat in op de dertigste dag volgend op de bekendmaking van de ongeschiktheid, tenzij het gemeentelijk reglement een andere termijn bepaalt.

De houder kan een vervroegde beëindiging van zijn abonnement aanvragen voor andere motieven dan deze vermeld in het eerste lid. De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris beslissen over deze aanvraag.

De rechthebbenden van de natuurlijke persoon die voor eigen rekening zijn activiteit uitoefent, kunnen bij zijn overlijden, zonder vooropzeg, afstand doen van het abonnement waarvan hij de houder was.

De vraag tot afstand dient te gebeuren 

  • bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding;
  • of bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding;
  • of per duurzame drager (fax of e-mail) met ontvangstmelding. 

De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris bevestigt onmiddellijk de ontvangst ervan.

Artikel 11 Schorsing en opzegging van het abonnement (KB art. 12 § 6)

De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris kan het abonnement intrekken of opschorten

  1. omdat de titularis van de standplaats niet langer voldoet aan de wettelijke verplichtingen betreffende de uitoefening van kermisactiviteiten of aan deze die van toepassing zijn op de betrokken attractie of vestiging;
  2. of om redenen vermeld in het gemeentelijk reglement.

De beslissing tot schorsing wordt betekend bij een ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs of op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs.

Artikel 12 Overdracht standplaats (KB artikel 18)

De overdracht van een standplaats is toegelaten aan de overnemer:

  • die in de Kruispuntbank van Ondernemingen ingeschreven is voor het uitbaten van een kermisattractie of een vestiging van kermisgastronomie
  • en die de specialisatie met dezelfde technische specificaties van de overlater voortzet op de overgedragen standplaats. Een wijziging van specialisatie of technische specificatie is in uitzonderlijke gevallen mogelijk na voorafgaande toelating van de gemeente.

Binnen het eerste jaar na de overdracht kan een standplaats niet opnieuw worden overgedragen, behalve na de expliciete goedkeuring van de burgemeester of zijn afgevaardigde. 

De inname van de overgedragen standplaats door de overnemer is pas toegelaten als de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris heeft vastgesteld dat de overnemer voldoet aan de bepalingen van artikel 3 van dit reglement.  

Artikel 13 Inname standplaatsen (KB art. 11)

De standplaatsen die zijn toegewezen aan de personen, vermeld in artikel 3 van dit reglement, kunnen ingenomen worden door de volgende personen: 

1° de personen, vermeld in artikel 3 van dit reglement, die een kermisactiviteit uitoefenen; 

2° de personen die belast zijn met het dagelijks bestuur van een rechtspersoon aan wie de standplaats is toegewezen; 

3° de echtgenoot of echtgenote of wettelijk samenwonende partner van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats is toegewezen, voor de uitoefening van de kermisactiviteit voor eigen rekening; 

4° de feitelijke vennoten van de natuurlijke persoon of een maatschap aan wie de standplaats is toegewezen, die een kermisactiviteit voor eigen rekening uitoefenen; 

5° de personen die de kermisactiviteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de natuurlijke personen, maatschap of rechtspersonen, vermeld in punt 1° tot en met 4°. 

De personen, vermeld in het eerste lid, 2° tot en met 5°, kunnen de standplaatsen innemen die toegewezen zijn aan de natuurlijke persoon of rechtspersoon of maatschap voor wiens rekening of wiens dienst ze de kermis-activiteit uitoefenen, buiten de aanwezigheid van de persoon aan wie of door middel van wie de standplaats is toegewezen

Artikel 14 Vooropzeg vanuit de gemeente (Wet art. 8 § 2)

Wanneer de openbare kermis of een deel van de standplaatsen of alle standplaatsen definitief wordt opgeheven, geldt een termijn van vooropzeg aan de houders van een standplaats per abonnement.

Deze termijn bedraagt 12 maanden wanneer de houder definitief zijn abonnement verliest.

Deze termijn bedraagt 6 maanden in het geval van een definitieve verhuizing van de openbare kermis of een deel ervan en de houder zijn abonnement behoudt.

In gevallen van absolute noodzakelijkheid kan hier van afgeweken worden. De minimumtermijn kan dan ingekort worden.

AFDELING 2 Organisatie van kermisactiviteiten op het openbaar domein buiten openbare kermissen

Artikel 15 Toepassingsgebied (KB art. 19 en 20)

1. Op aanvraag van een kermisuitbater.

Eenieder die een standplaats wenst in te nemen op één of meerdere plaatsen van het openbaar domein buiten de openbare kermissen om een kermisactiviteit uit te oefenen moet dit voorafgaand aanvragen bij de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris.

2. Vanuit de gemeente.

Wanneer de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris een standplaats op het openbaar domein wenst toe te kennen, wordt de procedure zoals omschreven in artikel 5 van dit reglement gevolgd.

Artikel 16 Voorwaarden inzake toewijzing en inname standplaatsen (KB art. 21)

De personen die voldoen aan de voorwaarden tot het verkrijgen (zie artikel 3) en innemen van de standplaatsen op de openbare kermis (zie artikel 13) kunnen standplaatsen op het openbaar domein verkrijgen en innemen. 

Artikel 17 Duur machtiging (KB art. 22)

De machtiging wordt door de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris toegekend: 

  • voor een bepaalde periode;
  • of per abonnement.

Een abonnement kan toegekend worden van zodra de kermisuitbater een zelfde standplaats heeft verkregen gedurende drie opeenvolgende jaren. Het gemeentelijk reglement kan deze termijn verminderen.

Voor de berekening van de termijn worden de opeenvolgende jaren van verkrijging van de standplaats door de overlater verrekend in het voordeel van de overnemer, op voorwaarde dat er geen onderbreking was bij de overname. 

De regel van drie jaar geldt niet wanneer de standplaats werd verkregen naar aanleiding van een opschorting van het abonnement. Deze beperking is echter niet van toepassing op de persoon die daarna de nieuwe overnemer is geworden van de standplaats.

Artikel 18 Abonnementen (KB art. 23)

De artikelen 8, 9, 10, 11 en 12 zijn van toepassing op de abonnementen toegekend krachtens afdeling 2.

AFDELING 3

Artikel 19 (KB art. 24)

De personen belast met de praktische organisatie van de openbare kermissen en de kermisactiviteiten op het openbaar domein, hiertoe aangesteld door de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris zijn gemachtigd om de documenten vermeld in artikel 3 van dit reglement te controleren.

AFDELING 4: Praktische voorwaarden

Artikel 20. Kennisgave deelname

De deelnemende kermisuitbater maakt ten laatste 31 maart via het standaardformulier zijn of haar deelname aan de kermis, waarvoor hij/zij over een abonnement beschikt, kenbaar zodat de nodige praktische maatregelen kunnen getroffen worden. Hiermee verklaren zij over de nodige geldige verzekeringsbewijzen en (keuring)attesten, alsook een bewijs van de identificatie met de kentekenplaat van de kermisattractie of uitgebate vestiging als ze zich op eigen kracht voortbeweegt, op eenvoudig verzoek kunnen voorgelegd worden.

Artikel 21 Plaatsing woon- en laadwagens

Het toekennen van een plaats voor de kermisattracties houdt geen machtiging in voor het plaatsen van woon- en laadwagens. Nochtans zal er voor gezorgd worden dat de wooninrichtingen zo dicht mogelijk bij de attracties kunnen geplaatst worden. 

Op het kermisplein mogen enkel die wagens en kermiskramen geplaatst worden welke zijn toegewezen aan de kermisuitbater.

Bij het opstellen van de kermisattracties moeten de laadwagens, zodra zij afgeladen zijn, onmiddellijk het kermisterrein verlaten, wandelwegen en doorgangen inbegrepen, en geplaatst worden op een terrein dat daartoe eventueel door het gemeentebestuur wordt aangewezen.

De wagens, onmisbaar voor de exploitatie van de kermisattractie (motor- en machinewagens), moeten zo dicht mogelijk tegen de attractie worden opgesteld.

Alle terreinen die ter beschikking gesteld worden van de kermis moeten door de kermisuitbaters ontruimd zijn van alle kermiskramen en andere kermiswagens voor de eerstvolgende woensdag.

Artikel 22 Kermiskraam

Elk opgesteld kermiskraam moet goed onderhouden worden, net van uitzicht en tijdens de werking goed verlicht zijn.

Alle publiciteits-, reclame- en/of andere teksten op de kermiskramen moeten in het Nederlands worden aangebracht.

Waarschuwingen en opschriften die betrekking hebben op het veilige gebruik van het kermistoestel moeten voldoen aan volgende voorschriften:

  • ten minste zijn opgesteld in de Nederlandse taal;
  • aangebracht in een duidelijk leesbare vorm;
  • aangebracht op een zichtbare en opvallende plaats.

Artikel 23 Muziek

De muziekuitvoeringen door luidsprekers voortgebracht, zullen op zulke wijze geregeld worden dat zij de muziekuitvoeringen van andere speeltuigen niet overstemmen. Er mogen aan de attracties geen sirenes gebruikt worden die enige gelijkenis vertonen met deze in gebruik door openbare en private hulpdiensten (brandweer, ziekenwagen, politie, …). De burgemeester of de verantwoordelijke van de kermis kan de politie gelasten met het dempen van de muziek waar en wanneer het nodig blijkt. Generatoren en compressoren dienen opgesteld achter de attracties en mogen deze niet hinderen.

Artikel 24 Aanduiding tarieven

Bij elke kermisattractie dient het tarief aangeduid te worden in EURO. Deze tariefaanduiding moet duidelijk en ondubbelzinnig zijn; ze moet op een goed zichtbare plaats aangebracht worden en door het publiek van op een redelijke afstand gelezen kunnen worden. De tarieven mogen in de loop van de desbetreffende kermis niet gewijzigd worden.

Artikel 25 Betaling staangeld

Door het gemeentebestuur wordt geen staangeld gevraagd voor de standplaatsen.

Artikel 26 Standplaats

De kermisuitbaters worden schriftelijk verwittigd van datum en uur wanneer zij moeten aanwezig zijn voor het plaatsgeven van de hun toegewezen standplaats. Deze plaatsgeving gebeurt te 10.00 uur op de woensdag voor de kermis; indien deze woensdag samenvalt met een feestdag, dan gebeurt de plaatsgeving op de donderdag.

Elke kermisuitbater beschikt enkel over zijn, in voorkomend geval op de grond aangeduide, toegewezen standplaats. Het is niet toegelaten de maximum afmetingen te overschrijden.

Indien een plaats ingenomen wordt waarvan de oppervlakte groter is dan deze door de kermisattractie ingenomen, blijft het restant ter beschikking van het college van burgemeester en schepenen zonder dat de betrokkene enige schadevergoeding kan doen gelden.

Per toegewezen standplaats mag de kermisuitbater slechts één kermiskraam plaatsen.

Artikel 27 Opstelling 

De terreinen worden ter beschikking gesteld in de staat waarin ze zich bevinden.

Elke kermisuitbater moet voorkomen dat schade aangebracht wordt aan het openbaar goed, in voorkomend geval is de schade ten laste van de kermisuitbater. 

De kermisuitbater moet alle nodige maatregelen nemen om te voorkomen dat het terrein door bevloering bevuild wordt door vetten, oliën en dergelijke meer.

Het is verboden het kermiskraam of onderdelen ervan op gelijk welke wijze in de grond te verankeren.

Een kermiskraam mag nooit vastgehecht worden aan bomen, afsluitingen, verhardingen, lichtinstallaties, verkeerstekens of andere openbare goederen.

Artikel 28 Elektriciteitsaansluiting

De aanvraag tot aansluiting op een gemeentelijke elektriciteitskast dient te gebeuren middels een aanvraagformulier met vermelding van het aantal aansluitingen en het gevraagde kva.

De aansluitingen op de elektriciteitskasten mogen enkel onder spanning indien de installaties conform de AREI reglementering zijn. De tarieven voor het gebruik van elektriciteitskasten en het gebruik van de elektriciteit worden vastgelegd in het retributiereglement. Op eenvoudig verzoek moet een geldige en positieve kopij van een keuringsattest van een bevoegd keuringsorganisme voorgelegd kunnen worden aan de afgevaardigde van de gemeente Wuustwezel.

Voor de aansluitingen op nutsvoorzieningen dienen alle richtlijnen van het gemeentebestuur te worden nageleefd.

In geval van onderbreking van elektrische stroom wegens beperking van stroomverbruik of defect aan de leiding is het gemeentebestuur niet aansprakelijk. 

Artikel 29 Controle

Het college van burgemeester en schepenen kan beslissen een technische controle en controle inzake brandveiligheid uit te voeren vóór de opening van de kermis.

De kermiskramers moeten de brandweerdienst of gemeenteafgevaardigde alle inlichtingen nopens hun kermisattractie kunnen verschaffen en zich aan alle proefnemingen onderwerpen. Kermisattracties waarvan inrichtingen niet in regel worden bevonden, ontvangen een tweede controlebezoek. Zo ook bij de tweede controle zou blijken dat de kermisattractie niet voldoet aan de gestelde eisen, wordt dit beschouwd als een inbreuk op de algemene voorwaarden op de kermissen.

Indien het resultaat van de onder vorige aangehaalde inspectie ongunstig is, kan een exploitatieverbod uitgevaardigd worden voor de betrokken attracties. Al dan niet uitvoering van deze inspectie kan in geen geval met zich meebrengen dat de gemeente verantwoordelijk gesteld wordt bij om het even welk ongeval of schade veroorzaakt door het verblijf of de exploitatie van het kermiskraam.

Artikel 30 Veiligheid van de gebruikers

Alle kermistoestellen dienen te voldoen aan het KB van 18 juni 2003 betreffende de uitbating van kermistoestellen. 

Alvorens de attractie voor de consumenten open te stellen, moet de uitbater of de “aangestelde verantwoordelijke” van een kermisattractie met voortbeweging van personen aangedreven door een niet-menselijke energiebron, een kopie van het document dat bevestigt dat de inspectie van de opstelling van de attractie voorzien in artikel 5 van het KB van 18 juni 2003 werd verwezenlijkt, tegen ontvangstmelding, aan de burgemeester, aan zijn afgevaardigde of aan de concessionaris afleveren.

Indien de burgemeester vaststelt dat om technische redenen de veiligheid van de gebruikers van een kermisattractie of van de omstaanders niet gewaarborgd is, kan de attractie gesloten worden voor de verdere duur van de kermis of tot na de degelijke herstelling van de vastgestelde gebreken. De kermiskramen dienen steeds in goede staat van onderhoud en zindelijkheid te zijn. Indien nodig blijkt, zal de kermisuitbater op het eerste verzoek van de burgemeester of zijn afgevaardigde de nodige herstellingen of verbeteringen aanbrengen. Het college behoudt zich het recht voor om, indien nodig, steeds aanvullende voorwaarden op te leggen.

Artikel 31 Brandvoorkoming

  1.  Alle kermiskramen en kermiswagens moeten beschikken over een eigen brandblustoestel. Dit toestel dient jaarlijks te worden herkeurd door een bevoegde firma (keuringsdatum mag dus niet ouder dan 1 jaar zijn bij controle).  De data van deze onderzoeken moeten op de toestellen vermeld worden. De blustoestellen moeten op een goed zichtbare plaats binnen handbereik worden opgesteld. Per kermiskraam moet minstens één blustoestel van 6 kg bluspoeder type ABC (conform EN3) aanwezig zijn. In lunaparken moet bijkomend minstens één blustoestel van 5 kg CO2 type aanwezig zijn.
  2. De kermisuitbaters die ter plaatse warme gerechten bereiden, moeten beschikken over een branddeken op een gemakkelijk bereikbare plaats.
  3. Het gebruik van verplaatsbare gasrecipiënten kan slechts worden toegestaan indien:
    - de recipiënten zijn gevuld door een erkend vulstation;
    - de recipiënten beschikken over een geldige keuringsstempel;
    - de aansluitingen van recipiënt naar verbruikstoestel gebeuren via rubberslangen bestemd voor gas en welke een geldige gebruiksdatum hebben;
    - alle aansluitpunten van de rubberslang zijn geborgd door middel van hetzij een wormschroef, hetzij een gewurgde koppeling;
    - de rubberslangen geen uiterlijke beschadigingen vertonen;
    - de verbruikstoestellen dusdanig zijn opgesteld dat uitgestalde goederen of aanwezige personen geen brandrisico lopen;
    - de recipiënten dusdanig zijn geplaatst dat accidenteel of moedwillig omvallen wordt voorkomen.
    - er kan controle uitgevoerd worden door de burgemeester, zijn afgevaardigde, de brandweer of de intergemeentelijke noodplancoördinator. 
  4.  Het gebruik van vaste gasrecipiënten in voertuigen kan slechts worden toegestaan indien:
    - een geldig keuringsbewijs van een erkend keuringsorganisme kan worden voorgelegd. Een kopij van dit attest dient aan de kermisverantwoordelijke te worden bezorgd;
     - de verbruikstoestellen dusdanig zijn opgesteld dat uitgestalde goederen of aanwezige personen geen brandrisico lopen.
  5. Kermiskramen of kermiswagens uitgerust met gasinstallaties (vast of verplaatsbaar) mogen niet worden opgesteld onder overkoepelingen. 
  6. De verwarmingsinstallaties en de afvoerleidingen van de verbrandingsgassen dienen voldoende veilig uitgevoerd te zijn. Bij de installaties, inrichtingen en kramen waar butaan- of propaanflessen worden gebruikt, dient een toelating bekomen te worden vanwege het college van burgemeester en schepenen wanneer de gezamenlijke inhoud van de aanwezige flessen meer dan 100 liter bedraagt.
  7. Andere te treffen maatregelen kunnen opgelegd worden door de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris.

Artikel 32 Beveiliging tegen risico’s

  1. Kermiskramen met uithangborden, uitspringende en openslaande luiken of zeilen, mogen geen hinder veroorzaken voor het verkeer of het publiek. De hinderende delen moeten verwijderd worden.
  2. Zwiermolens moeten voorzien zijn van een afsluiting ter bescherming van de omstaanders.
  3. Het gemeentebestuur is niet verantwoordelijk voor om het even welke schade of ongevallen veroorzaakt door de kermiskramen, hun uitbaters of hun personeel, zowel binnen de inrichtingen als op de openbare weg.
  4. De kermiskramen zijn verplicht zich voor de duur van de kermis te verzekeren voor burgerlijke aansprakelijkheid en risico’s van brand en burenverhaal. Het kermiskraam mag pas geopend worden wanneer de exploitant de verzekeringspolis en het bewijs van betaling van de premie kan bewijzen.
  5. Het college eist van de kermisuitbater onmiddellijk de terugbetaling van elke beschadiging door zijn fout of die van zijn aangestelde veroorzaakt aan openbare goederen.
  6. Het college kan niet aansprakelijk gesteld worden bij conflicten tussen de kermisuitbaters.
  7. Het gemeentebestuur neemt geen bewaking op zich van kermiskramen en wagens die op het kermis- of op het parkeerterrein staan. Het gemeentebestuur is evenmin verantwoordelijk voor beschadiging, verlies, diefstal van de in de wagens of kermiskramen geborgen of tentoongestelde zaken.
  8. Het college kan de voorlegging eisen van een schriftelijke verklaring die afgeleverd is door een erkend organisme en waarin bevestigd wordt dat het kermiskraam in volmaakte staat van werking is en zonder risico voor ongeval kan werken. 
  9. De kermisuitbater of zijn aangestelde moet onmiddellijk de politie verwittigen van elk ongeval dat voorvalt op zijn standplaats. De stopzetting van de exploitatie van een kermiskraam kan bevolen worden door de bevoegde overheid als veiligheidsmaatregel of voor om het even welke andere reden. 
  10. Het is iedere kermisuitbater verboden enige vorm van vuurwerk en explosieven te verkopen, als prijs te geven of op te slaan in de woonwagen of pakwagen.

Artikel 33 Lawaai

  1. De geluidsniveaus afkomstig van geluidsbronnen, o.a. muziekinstallaties, sirenes, claxons, spreken en zingen via geluidsversterking en andere storende toestellen, mogen de normen opgelegd bij koninklijk besluit van 24 februari 1977 houdende vaststelling van geluidsnormen voor muziek in openbare en private inrichtingen niet overschrijden. Aanvullend worden de maximaal toegelaten geluidsniveaus gemeten in open lucht en afkomstig van bovenvermelde geluidsbronnen, beperkt tot volgende waarden:
    - tot 21 uur: 90dB (A);
    - na 21 uur: 80dB (A).
  1. De modaliteiten voor de uitvoering van de metingen zowel in open lucht als in de buurt dienen te gebeuren conform de bepalingen opgenomen in het koninklijk besluit van 24 februari 1977.
  2. Na 23 uur is het gebruik van meertonige claxons of sirenes verboden.
  3. De burgemeester kan, in geval van klachten en na vaststelling van overschrijding van de maximaal toegelaten geluidsniveaus, te allen tijde het gebruik van de storende geluidsbronnen verbieden; zonodig kan de burgemeester overgaan tot de sluiting van de inrichting, zonder dat dit aanleiding kan geven tot het bekomen van schadevergoeding en onverminderd het recht van het college vergoeding te vorderen voor de geleden schade.

Artikel 34 Afvalwater

  1. Op het kermisterrein worden geen woonwagens en/of slaapwagens toegelaten die niet voorzien zijn van chemische toiletten of andere, die niet als volstrekt hygiënisch door het gemeentebestuur aanvaard kunnen worden.
  2. Het afvalwater alsmede het afval van de chemische toiletten van de diverse kramen en woonwagens dient steeds afgevoerd te worden in de aangeduide straatkolken. Het is verboden lozingsdarmen naar straatkolken te laten leggen tijdens de openingsuren van de kermis. Het is verboden te lozen op het plein en/of de straat. Het is verboden vetten, oliën, vaste huishoudelijke afvalstoffen en dergelijke te lozen op straat of in de riolering te laten uitlopen. 

Artikel 35 Stankoverlast

De nodige maatregelen moeten genomen worden om de buurt niet te hinderen door stank, uitwasemingen en dergelijke.

Artikel 36 Afvalstoffen

Kermisuitbaters die voedingswaren en/of dranken aanbieden, zijn verantwoordelijk voor de inzameling en verwerking van het afval dat ontstaat ingevolge hun specifieke activiteit. Zij zamelen het glas, PMD, papier & karton en restafval selectief in dat ontstaat ingevolge hun specifieke activiteit.

Met het oog op het realiseren van de selectieve inzameling, plaatst de kermisuitbater duidelijk zichtbare en goed bereikbare inzamelrecipiënten. Hij/zij zorgt er tevens voor dat de recipiënten ten allen tijde effectief bruikbaar zijn. 

Afvalstoffen van de inrichting zelf moeten selectief verzameld worden in gesloten zakken. Tijdens de openingsuren mogen er geen vuilniszakken zichtbaar zijn.   De kermisuitbaters moeten hun afvalstoffen meenemen of aanbieden in de recipiënten welke toepasselijk zijn binnen de gemeente Wuustwezel.

Artikel 37 Verbodsbepalingen

Kermisuitbaters mogen onder geen enkel voorwendsel of onder welke vorm ook, parade maken, goocheltoeren uitvoeren of andere voorstellingen geven buiten hun inrichting, waardoor ze voor de omstaande kermiskramen of de omwonenden last of schade veroorzaken.

Het is de kermisuitbater verboden veranderingen, schilder- en opfrissingwerken aan hun kermiskramen uit te voeren tijdens de openingsuren.

Reclame voor de kermisattractie is enkel toegelaten op of in de kermiskraam.

Het vermelden van de waarschuwing “gebruik op eigen risico” of “wij zijn niet verantwoordelijk voor gebeurlijke ongevallen” of elke andere gelijkaardige vermelding is verboden.

Kans- en/of geldspelen, loterijen en tombola’s in strijd met de bestaande wetgeving zijn verboden.

Artikel 38 Sancties

Elke kermisuitbater kan gesanctioneerd worden indien hij:             

  • één van de artikelen van het reglement overtreedt;
  • weigert zich te gedragen naar de onderrichtingen die hem door de afgevaardigde van de gemeente worden gegeven;
  • geen gevolg geeft aan alle bijkomende onderrichtingen en voorschriften die het college nodig acht te geven, hetzij schriftelijk, hetzij ter plaatse door een aangestelde ambtenaar. 

Elke sanctie wordt schriftelijk opgelegd aan de kermisuitbater hetzij door de burgemeester, hetzij door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 39 Voorziene sancties

  • Bij niet deelname aan de kermis zonder voorafgaand het gemeentebestuur te verwittigen, zal een boete van 100,00 EUR worden toegepast.
  • Kosten ten gevolge van beschadigingen aan het gemeentepatrimonium, aangebracht door de kermisuitbater, zullen verhaald worden op de kermisuitbater.  De eventuele vervolging- en inningskosten zijn ten laste van de uitbater. 
  • Elke kermisattractie kan op bevel van de burgemeester of een in zijn plaats aangestelde politieofficier of bevoegde gemeenteambtenaar belast met de kermissen, gesloten worden en/of tot afbraak verplicht en weggevoerd worden op kosten en risico van de kermisuitbater, indien hij de van toepassing zijnde gemeentelijke politieverordeningen en/of het reglement van de kermissen overtreedt.
  • De burgemeester of zijn afgevaardigde kan, bij het overtreden van één van de artikelen van het reglement door de kermisuitbater, beslissen dat het abonnement met deze uitbater opgezegd wordt. Het opzeggen van het abonnement kan niet leiden tot enige schadeloosstelling voor de uitbater. 

Artikel 40 Slot

  • Alle gevallen die niet voorzien zijn in het reglement op de kermissen, zullen het voorwerp uitmaken van bijzondere beslissingen van het college van burgemeester en schepenen.
  • Alle betwistingen op geschillen worden beslecht door de bevoegde rechtbank in zoverre deze buiten de bevoegdheid van het college van burgemeester en schepenen vallen.
  • De personen belast met de praktische organisatie van de openbare kermissen en de kermisactiviteiten op het openbaar domein, hiertoe aangesteld door de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris zijn gemachtigd om de documenten vermeld in afdeling 1, artikel 3 van dit reglement te controleren. 

Artikel 40 In werking treden reglement (cf wet, art 10§2)  

Dit reglement treedt in werking op 1 december 2024 en heft het gemeentelijk reglement van 25 februari 2008 op.

Artikel 2

Afschrift van dit besluit voor verder gevolg over te maken aan de bevoegde diensten.