Overwegende dat volgens artikel 8 § 1 van de wet van 25 juni 1993 de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op de openbare markten en kermissen wordt geregeld bij gemeentelijk reglement;
Overwegende dat volgens artikel 9 § 1 van de wet van 25 juni 1993 de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op het openbaar domein, buiten de openbare markten en kermissen, wordt geregeld bij gemeentelijk reglement;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur, meer bepaald artikel 40;
Gelet op de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten en kermisactiviteiten, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 2005, 20 juli 2006, 22 december 2009, 21 januari 2013 en de decreten van 24 februari 2017 en 3 maart 2023 meer bepaald de artikelen 8 tot en met 10;
Gelet op het koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 september 2023, meer bepaald de artikelen 8 tot en met 24;
Gelet op volgende aanvullende reglementen op het verkeer:
In 2023 zijn wijzigingen aangebracht in het Koninklijk Besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie.
Deze wijzigingen zorgen voor een vereenvoudiging van de regelgeving. Het wordt eenvoudiger om het beroep van foorreiziger op te starten omdat de kermiskaart en de leurkaart voor kermisgastronomie niet langer verplicht zijn in Vlaanderen. Het beroep krijgt ook meer rechtszekerheid doordat de minimumopzegtermijn langer wordt bij het definitief opheffen van een standplaats met abonnement op de openbare kermissen. De hervorming laat ook maatschappen toe een standplaats op een kermis te bemachtigen.
Concreet gaat het om volgende wijzigingen:
Het gemeentelijk reglement is bepalend voor de organisatie van kermisactiviteiten op het grondgebied van steden en gemeenten. De wijzingen aan de wetgeving maken dat ook de gemeentelijke reglementen moeten worden aangepast.
Goedkeuring wordt verleend aan het hierna genoemde reglement met betrekking tot kermisactiviteiten op de openbare kermissen:
REGLEMENT MET BETREKKING TOT KERMISACTIVITEITEN OP DE OPENBARE KERMISSEN:
AFDELING 1: Organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie op openbare kermissen
Artikel 1 Toepassingsgebied (wet art. 1 5°, art. 2 § 2)
Als kermis wordt beschouwd elke manifestatie ingericht of voorafgaand toegelaten door de gemeente om, op vastgestelde plaatsen en tijdstippen, de uitbaters van kermisattracties of van vestigingen van kermisgastronomie, die er producten of diensten aan de consument verkopen, samen te brengen.
Als kermisactiviteit wordt beschouwd elke verkoop, te koop aanbieding of uitstalling met het oog op de verkoop van diensten aan de consument in het kader van de uitbating van kermisattracties of van vestigingen van kermisgastronomie.
Artikel 2 Gegevens van openbare kermissen (wet art. 8 § 2)
De gemeente richt op het openbaar domein volgende openbare kermissen in:
Loenhoutse mei | Sterbos | Gooreind Dorp | Wuustwezel Dorp | Wuustwezel Kruisweg | Bloemencorso Loenhout | |
Plaats | Burgemeester J. Van Looverenplein | Kerkplaats | Achter d'Hoven | G. Gezellelaan Gemeentepark | Burgemeester J. Van Looverenplein | |
Dag | 1ste zo van mei | 1ste zo na O-H-Hemelvaart | 1ste zo en ma na 9 juni | 1ste zo en ma na 15 aug | 2de zo en ma na 15 aug | 2de zo en ma van sept.; Ook de za hiervoor |
Periode | Zo en ma | Zo en ma | Zo en ma | Zo en ma | Zo en ma | Za, zo en ma |
Plan van de standplaatsen | zie bijlage | zie bijlage | zie bijlage | zie bijlage | zie bijlage | zie bijlage |
De standplaatsen mogen worden ingenomen door de foorinrichtingen en kermiskramen ter gelegenheid van voornoemde kermissen van de woensdagmiddag voor de kermis tot en met de dinsdag na de kermis.
Artikel 3 Voorwaarden inzake toewijzing standplaatsen (wet art. 8 § 2, art. 10 § 1 en KB art. 4 § 2 en art. 10)
De standplaatsen op een openbare kermis worden toegewezen aan: de houders van een ondernemingsnummer dat kermisactiviteiten toelaat via de persoon die de onderneming rechtsgeldig vertegenwoordigt.
Deze persoon moet de stukken voorleggen die de volgende zaken aantonen:
De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris kan altijd vragen dat diegene die de onderneming rechtsgeldig vertegenwoordigt, zijn identiteitsbewijs voorlegt.
Artikel 4 Verhouding abonnement – losse plaatsen (KB art. 8, 9 § 1)
De standplaatsen op de openbare kermissen worden toegewezen hetzij voor de duur van de kermis, hetzij per abonnement. Het abonnement is de regel. Het college van burgemeester en schepenen bepaalt de vorm en inhoud van de abonnementen.
De toewijzing voor de duur van de kermis is mogelijk:
De standplaatsen per abonnement worden toegewezen aan de uitbater die een zelfde standplaats op een abonnementsplaats heeft verkregen gedurende drie opeenvolgende jaren.
Voor de berekening van de termijn worden de opeenvolgende jaren van verkrijging van de standplaats door de overlater verrekend in het voordeel van de overnemer, op voorwaarde dat er geen onderbreking was bij de overname.
De regel van drie jaar geldt niet wanneer de standplaats werd verkregen naar aanleiding van een opschorting van het abonnement. Deze beperking is echter niet van toepassing op de persoon die daarna de nieuwe overnemer is geworden van de standplaats.
Artikel 5 Toewijzingsregels voor standplaatsen op de openbare kermissen (KB art. 13)
5.1. Vacature en kandidatuurstelling standplaats (KB art. 13 en 14)
Wanneer een standplaats vrijkomt, zal de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris deze vacature bekend maken door publicatie van een kennisgeving via de website www.wuustwezel.be of de lokale pers.
Deze kennisgeving vermeldt minstens volgende gegevens:
Deze kennisgeving mag verwijzen naar het gemeentelijk reglement.
De kandidatuur tot het innemen van een standplaats met abonnement moet volgende gegevens bevatten:
De kandidaturen worden digitaal of op papier (via aangetekende brief met ontvangstmelding, of door een brief met ontvangstbewijs) ingediend volgens de voorschriften en binnen de termijn voorzien in de kennisgeving van de vacature. Kandidaturen die hieraan niet voldoen, worden niet weerhouden.
5.2. Onderzoek van de kandidaturen (KB art. 15)
Voor de vergelijking van de kandidaturen onderzoekt de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris of voldaan is aan de voorwaarden inzake toewijzing vermeld in artikel 3 van dit reglement.
De standplaatsen worden toegewezen op basis van één of meer van de volgende criteria:
a. de aard van de attractie of van de vestiging;
b. de technische specificaties van de attractie of van de vestiging;
c. de graad van veiligheid van de attractie of van de vestiging;
d. de aantrekkingskracht van de attractie of van de vestiging;
e. de deskundigheid van de uitbater, van de “aangestelde – verantwoordelijken” en van het tewerkgesteld personeel;
f. desgevallend, de nuttige ervaring;
g. de ernst en het zedelijk gedrag van de kandidaat.
Als de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris op basis van deze criteria, geen onderscheid tussen de kandidaturen kan maken, is een loting mogelijk.
Het openen van de kandidaturen, hun vergelijkend onderzoek, de controle van de voorwaarden en de gemotiveerde beslissing tot toewijzing van de standplaats worden opgenomen in een proces-verbaal.
Deze kan geraadpleegd worden overeenkomstig de bepalingen van de wet van 12 november 1997 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en gemeenten.
5.3. Bekendmaking van de toewijzing van de standplaats (KB art. 15 § 5)
De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris deelt zowel aan de kandidaat die de standplaats toegewezen kreeg als aan elke niet weerhouden kandidaat de beslissing die hem aanbelangt mee op één van de volgende wijzen:
Artikel 6. Het register of plan van de toegewezen standplaatsen (KB art. 16)
Een plan of register wordt bijgehouden waarin voor elke toegewezen standplaats de volgende zaken worden vermeld:
a. de situering van de standplaats;
b. de toewijzingsmodaliteiten van de standplaats;
c. de duur van het gebruiksrecht of het abonnement;
d. de naam, voornaam, adres van de persoon aan wie of door tussenkomst van wie de standplaats toegewezen werd;
e. desgevallend, het maatschappelijk doel van de rechtspersoon aan wie de standplaats toegewezen werd en het adres van haar maatschappelijke zetel;
f. het ondernemingsnummer;
g. de aard van de attractie of van de vestiging die de standplaats inneemt of die op de standplaats toegelaten is met vermelding van de technische specificaties;
h. desgevallend, de identificatie van de overlater en de datum van de overdracht.
Artikel 7 Spoedprocedure (KB artikel 17)
Indien, in de vijftien dagen voorafgaand aan de opening van de kermis, de standplaatsen vacant blijven,
kan er worden voorzien in een spoedprocedure die als volgt is bepaald:
Het plaatsen van uitbaters van kermisattracties of vestigingen waaraan een standplaats werd toegewezen op basis van de spoedprocedure, kan leiden tot aanpassingen aan het plan van de kermis, voor zover deze beperkt blijven en nauwkeurig worden gemotiveerd door de technische noodzakelijkheden van de toevoeging van de nieuwkomers op het kermisterrein.
De aanpassingen zullen onderworpen worden aan de goedkeuring van de eerstvolgende gemeenteraad of college van burgemeester en schepenen, al naargelang het geval.
Artikel 8 Duur abonnement (KB art. 12, § 1 en 2)
1° Het abonnement heeft een duur van vijf jaar.
Na afloop wordt het stilzwijgend verlengd behalve in de gevallen bedoeld bij het opschorten (cf. artikel 9 van dit reglement) of het afstand doen van het abonnement (cf. artikel 10 van dit reglement).
2° De houder van het abonnement kan, op gemotiveerd verzoek, het abonnement voor een kortere duur verkrijgen. Deze aanvraag wordt ingewilligd bij de stopzetting van de activiteiten aan het einde van de loopbaan.
Indien zij omwille van andere motieven aangevraagd wordt, hangt ze af van de beoordeling van de burgemeester, van zijn afgevaardigde of van de concessionaris.
Artikel 9 Opschorten abonnement (KB art. 12 § 3)
De houder van het abonnement kan het abonnement opschorten wanneer:
1° hij tijdelijk ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen:
De opschorting gaat in onmiddellijk na de bekendmaking van de ongeschiktheid en houdt op, op het einde van de kermis.
Indien de opschorting één jaar overschrijdt, moet zij minstens dertig dagen voor het begin van de kermis hernieuwd worden, tenzij het gemeentelijk reglement een andere termijn bepaalt.
2° hij over een abonnement beschikt voor een andere kermis die op hetzelfde ogenblik plaats heeft.
De opschorting moet worden bekend gemaakt tenminste drie maanden voor de begindatum van de kermis, tenzij het gemeentelijk reglement een andere termijn bepaalt. Zij mag geen drie opeenvolgende jaren overschrijden.
De opschorting impliceert de opschorting van de wederzijdse verplichtingen die uit de overeenkomst voortkomen.
De vraag tot opschorting dient te gebeuren:
De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris bevestigt onmiddellijk de ontvangst ervan.
Artikel 10 Afstand van het abonnement (KB art. 12 § 4)
De houder van het abonnement kan van het abonnement afstand doen:
De houder kan een vervroegde beëindiging van zijn abonnement aanvragen voor andere motieven dan deze vermeld in het eerste lid. De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris beslissen over deze aanvraag.
De rechthebbenden van de natuurlijke persoon die voor eigen rekening zijn activiteit uitoefent, kunnen bij zijn overlijden, zonder vooropzeg, afstand doen van het abonnement waarvan hij de houder was.
De vraag tot afstand dient te gebeuren
De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris bevestigt onmiddellijk de ontvangst ervan.
Artikel 11 Schorsing en opzegging van het abonnement (KB art. 12 § 6)
De burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris kan het abonnement intrekken of opschorten
De beslissing tot schorsing wordt betekend bij een ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs of op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs.
Artikel 12 Overdracht standplaats (KB artikel 18)
De overdracht van een standplaats is toegelaten aan de overnemer:
Binnen het eerste jaar na de overdracht kan een standplaats niet opnieuw worden overgedragen, behalve na de expliciete goedkeuring van de burgemeester of zijn afgevaardigde.
De inname van de overgedragen standplaats door de overnemer is pas toegelaten als de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris heeft vastgesteld dat de overnemer voldoet aan de bepalingen van artikel 3 van dit reglement.
Artikel 13 Inname standplaatsen (KB art. 11)
De standplaatsen die zijn toegewezen aan de personen, vermeld in artikel 3 van dit reglement, kunnen ingenomen worden door de volgende personen:
1° de personen, vermeld in artikel 3 van dit reglement, die een kermisactiviteit uitoefenen;
2° de personen die belast zijn met het dagelijks bestuur van een rechtspersoon aan wie de standplaats is toegewezen;
3° de echtgenoot of echtgenote of wettelijk samenwonende partner van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats is toegewezen, voor de uitoefening van de kermisactiviteit voor eigen rekening;
4° de feitelijke vennoten van de natuurlijke persoon of een maatschap aan wie de standplaats is toegewezen, die een kermisactiviteit voor eigen rekening uitoefenen;
5° de personen die de kermisactiviteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de natuurlijke personen, maatschap of rechtspersonen, vermeld in punt 1° tot en met 4°.
De personen, vermeld in het eerste lid, 2° tot en met 5°, kunnen de standplaatsen innemen die toegewezen zijn aan de natuurlijke persoon of rechtspersoon of maatschap voor wiens rekening of wiens dienst ze de kermis-activiteit uitoefenen, buiten de aanwezigheid van de persoon aan wie of door middel van wie de standplaats is toegewezen
Artikel 14 Vooropzeg vanuit de gemeente (Wet art. 8 § 2)
Wanneer de openbare kermis of een deel van de standplaatsen of alle standplaatsen definitief wordt opgeheven, geldt een termijn van vooropzeg aan de houders van een standplaats per abonnement.
Deze termijn bedraagt 12 maanden wanneer de houder definitief zijn abonnement verliest.
Deze termijn bedraagt 6 maanden in het geval van een definitieve verhuizing van de openbare kermis of een deel ervan en de houder zijn abonnement behoudt.
In gevallen van absolute noodzakelijkheid kan hier van afgeweken worden. De minimumtermijn kan dan ingekort worden.
AFDELING 2 Organisatie van kermisactiviteiten op het openbaar domein buiten openbare kermissen
Artikel 15 Toepassingsgebied (KB art. 19 en 20)
1. Op aanvraag van een kermisuitbater.
Eenieder die een standplaats wenst in te nemen op één of meerdere plaatsen van het openbaar domein buiten de openbare kermissen om een kermisactiviteit uit te oefenen moet dit voorafgaand aanvragen bij de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris.
2. Vanuit de gemeente.
Wanneer de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris een standplaats op het openbaar domein wenst toe te kennen, wordt de procedure zoals omschreven in artikel 5 van dit reglement gevolgd.
Artikel 16 Voorwaarden inzake toewijzing en inname standplaatsen (KB art. 21)
De personen die voldoen aan de voorwaarden tot het verkrijgen (zie artikel 3) en innemen van de standplaatsen op de openbare kermis (zie artikel 13) kunnen standplaatsen op het openbaar domein verkrijgen en innemen.
Artikel 17 Duur machtiging (KB art. 22)
De machtiging wordt door de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris toegekend:
Een abonnement kan toegekend worden van zodra de kermisuitbater een zelfde standplaats heeft verkregen gedurende drie opeenvolgende jaren. Het gemeentelijk reglement kan deze termijn verminderen.
Voor de berekening van de termijn worden de opeenvolgende jaren van verkrijging van de standplaats door de overlater verrekend in het voordeel van de overnemer, op voorwaarde dat er geen onderbreking was bij de overname.
De regel van drie jaar geldt niet wanneer de standplaats werd verkregen naar aanleiding van een opschorting van het abonnement. Deze beperking is echter niet van toepassing op de persoon die daarna de nieuwe overnemer is geworden van de standplaats.
Artikel 18 Abonnementen (KB art. 23)
De artikelen 8, 9, 10, 11 en 12 zijn van toepassing op de abonnementen toegekend krachtens afdeling 2.
AFDELING 3
Artikel 19 (KB art. 24)
De personen belast met de praktische organisatie van de openbare kermissen en de kermisactiviteiten op het openbaar domein, hiertoe aangesteld door de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris zijn gemachtigd om de documenten vermeld in artikel 3 van dit reglement te controleren.
AFDELING 4: Praktische voorwaarden
Artikel 20. Kennisgave deelname
De deelnemende kermisuitbater maakt ten laatste 31 maart via het standaardformulier zijn of haar deelname aan de kermis, waarvoor hij/zij over een abonnement beschikt, kenbaar zodat de nodige praktische maatregelen kunnen getroffen worden. Hiermee verklaren zij over de nodige geldige verzekeringsbewijzen en (keuring)attesten, alsook een bewijs van de identificatie met de kentekenplaat van de kermisattractie of uitgebate vestiging als ze zich op eigen kracht voortbeweegt, op eenvoudig verzoek kunnen voorgelegd worden.
Artikel 21 Plaatsing woon- en laadwagens
Het toekennen van een plaats voor de kermisattracties houdt geen machtiging in voor het plaatsen van woon- en laadwagens. Nochtans zal er voor gezorgd worden dat de wooninrichtingen zo dicht mogelijk bij de attracties kunnen geplaatst worden.
Op het kermisplein mogen enkel die wagens en kermiskramen geplaatst worden welke zijn toegewezen aan de kermisuitbater.
Bij het opstellen van de kermisattracties moeten de laadwagens, zodra zij afgeladen zijn, onmiddellijk het kermisterrein verlaten, wandelwegen en doorgangen inbegrepen, en geplaatst worden op een terrein dat daartoe eventueel door het gemeentebestuur wordt aangewezen.
De wagens, onmisbaar voor de exploitatie van de kermisattractie (motor- en machinewagens), moeten zo dicht mogelijk tegen de attractie worden opgesteld.
Alle terreinen die ter beschikking gesteld worden van de kermis moeten door de kermisuitbaters ontruimd zijn van alle kermiskramen en andere kermiswagens voor de eerstvolgende woensdag.
Artikel 22 Kermiskraam
Elk opgesteld kermiskraam moet goed onderhouden worden, net van uitzicht en tijdens de werking goed verlicht zijn.
Alle publiciteits-, reclame- en/of andere teksten op de kermiskramen moeten in het Nederlands worden aangebracht.
Waarschuwingen en opschriften die betrekking hebben op het veilige gebruik van het kermistoestel moeten voldoen aan volgende voorschriften:
Artikel 23 Muziek
De muziekuitvoeringen door luidsprekers voortgebracht, zullen op zulke wijze geregeld worden dat zij de muziekuitvoeringen van andere speeltuigen niet overstemmen. Er mogen aan de attracties geen sirenes gebruikt worden die enige gelijkenis vertonen met deze in gebruik door openbare en private hulpdiensten (brandweer, ziekenwagen, politie, …). De burgemeester of de verantwoordelijke van de kermis kan de politie gelasten met het dempen van de muziek waar en wanneer het nodig blijkt. Generatoren en compressoren dienen opgesteld achter de attracties en mogen deze niet hinderen.
Artikel 24 Aanduiding tarieven
Bij elke kermisattractie dient het tarief aangeduid te worden in EURO. Deze tariefaanduiding moet duidelijk en ondubbelzinnig zijn; ze moet op een goed zichtbare plaats aangebracht worden en door het publiek van op een redelijke afstand gelezen kunnen worden. De tarieven mogen in de loop van de desbetreffende kermis niet gewijzigd worden.
Artikel 25 Betaling staangeld
Door het gemeentebestuur wordt geen staangeld gevraagd voor de standplaatsen.
Artikel 26 Standplaats
De kermisuitbaters worden schriftelijk verwittigd van datum en uur wanneer zij moeten aanwezig zijn voor het plaatsgeven van de hun toegewezen standplaats. Deze plaatsgeving gebeurt te 10.00 uur op de woensdag voor de kermis; indien deze woensdag samenvalt met een feestdag, dan gebeurt de plaatsgeving op de donderdag.
Elke kermisuitbater beschikt enkel over zijn, in voorkomend geval op de grond aangeduide, toegewezen standplaats. Het is niet toegelaten de maximum afmetingen te overschrijden.
Indien een plaats ingenomen wordt waarvan de oppervlakte groter is dan deze door de kermisattractie ingenomen, blijft het restant ter beschikking van het college van burgemeester en schepenen zonder dat de betrokkene enige schadevergoeding kan doen gelden.
Per toegewezen standplaats mag de kermisuitbater slechts één kermiskraam plaatsen.
Artikel 27 Opstelling
De terreinen worden ter beschikking gesteld in de staat waarin ze zich bevinden.
Elke kermisuitbater moet voorkomen dat schade aangebracht wordt aan het openbaar goed, in voorkomend geval is de schade ten laste van de kermisuitbater.
De kermisuitbater moet alle nodige maatregelen nemen om te voorkomen dat het terrein door bevloering bevuild wordt door vetten, oliën en dergelijke meer.
Het is verboden het kermiskraam of onderdelen ervan op gelijk welke wijze in de grond te verankeren.
Een kermiskraam mag nooit vastgehecht worden aan bomen, afsluitingen, verhardingen, lichtinstallaties, verkeerstekens of andere openbare goederen.
Artikel 28 Elektriciteitsaansluiting
De aanvraag tot aansluiting op een gemeentelijke elektriciteitskast dient te gebeuren middels een aanvraagformulier met vermelding van het aantal aansluitingen en het gevraagde kva.
De aansluitingen op de elektriciteitskasten mogen enkel onder spanning indien de installaties conform de AREI reglementering zijn. De tarieven voor het gebruik van elektriciteitskasten en het gebruik van de elektriciteit worden vastgelegd in het retributiereglement. Op eenvoudig verzoek moet een geldige en positieve kopij van een keuringsattest van een bevoegd keuringsorganisme voorgelegd kunnen worden aan de afgevaardigde van de gemeente Wuustwezel.
Voor de aansluitingen op nutsvoorzieningen dienen alle richtlijnen van het gemeentebestuur te worden nageleefd.
In geval van onderbreking van elektrische stroom wegens beperking van stroomverbruik of defect aan de leiding is het gemeentebestuur niet aansprakelijk.
Artikel 29 Controle
Het college van burgemeester en schepenen kan beslissen een technische controle en controle inzake brandveiligheid uit te voeren vóór de opening van de kermis.
De kermiskramers moeten de brandweerdienst of gemeenteafgevaardigde alle inlichtingen nopens hun kermisattractie kunnen verschaffen en zich aan alle proefnemingen onderwerpen. Kermisattracties waarvan inrichtingen niet in regel worden bevonden, ontvangen een tweede controlebezoek. Zo ook bij de tweede controle zou blijken dat de kermisattractie niet voldoet aan de gestelde eisen, wordt dit beschouwd als een inbreuk op de algemene voorwaarden op de kermissen.
Indien het resultaat van de onder vorige aangehaalde inspectie ongunstig is, kan een exploitatieverbod uitgevaardigd worden voor de betrokken attracties. Al dan niet uitvoering van deze inspectie kan in geen geval met zich meebrengen dat de gemeente verantwoordelijk gesteld wordt bij om het even welk ongeval of schade veroorzaakt door het verblijf of de exploitatie van het kermiskraam.
Artikel 30 Veiligheid van de gebruikers
Alle kermistoestellen dienen te voldoen aan het KB van 18 juni 2003 betreffende de uitbating van kermistoestellen.
Alvorens de attractie voor de consumenten open te stellen, moet de uitbater of de “aangestelde verantwoordelijke” van een kermisattractie met voortbeweging van personen aangedreven door een niet-menselijke energiebron, een kopie van het document dat bevestigt dat de inspectie van de opstelling van de attractie voorzien in artikel 5 van het KB van 18 juni 2003 werd verwezenlijkt, tegen ontvangstmelding, aan de burgemeester, aan zijn afgevaardigde of aan de concessionaris afleveren.
Indien de burgemeester vaststelt dat om technische redenen de veiligheid van de gebruikers van een kermisattractie of van de omstaanders niet gewaarborgd is, kan de attractie gesloten worden voor de verdere duur van de kermis of tot na de degelijke herstelling van de vastgestelde gebreken. De kermiskramen dienen steeds in goede staat van onderhoud en zindelijkheid te zijn. Indien nodig blijkt, zal de kermisuitbater op het eerste verzoek van de burgemeester of zijn afgevaardigde de nodige herstellingen of verbeteringen aanbrengen. Het college behoudt zich het recht voor om, indien nodig, steeds aanvullende voorwaarden op te leggen.
Artikel 31 Brandvoorkoming
Artikel 32 Beveiliging tegen risico’s
Artikel 33 Lawaai
Artikel 34 Afvalwater
Artikel 35 Stankoverlast
De nodige maatregelen moeten genomen worden om de buurt niet te hinderen door stank, uitwasemingen en dergelijke.
Artikel 36 Afvalstoffen
Kermisuitbaters die voedingswaren en/of dranken aanbieden, zijn verantwoordelijk voor de inzameling en verwerking van het afval dat ontstaat ingevolge hun specifieke activiteit. Zij zamelen het glas, PMD, papier & karton en restafval selectief in dat ontstaat ingevolge hun specifieke activiteit.
Met het oog op het realiseren van de selectieve inzameling, plaatst de kermisuitbater duidelijk zichtbare en goed bereikbare inzamelrecipiënten. Hij/zij zorgt er tevens voor dat de recipiënten ten allen tijde effectief bruikbaar zijn.
Afvalstoffen van de inrichting zelf moeten selectief verzameld worden in gesloten zakken. Tijdens de openingsuren mogen er geen vuilniszakken zichtbaar zijn. De kermisuitbaters moeten hun afvalstoffen meenemen of aanbieden in de recipiënten welke toepasselijk zijn binnen de gemeente Wuustwezel.
Artikel 37 Verbodsbepalingen
Kermisuitbaters mogen onder geen enkel voorwendsel of onder welke vorm ook, parade maken, goocheltoeren uitvoeren of andere voorstellingen geven buiten hun inrichting, waardoor ze voor de omstaande kermiskramen of de omwonenden last of schade veroorzaken.
Het is de kermisuitbater verboden veranderingen, schilder- en opfrissingwerken aan hun kermiskramen uit te voeren tijdens de openingsuren.
Reclame voor de kermisattractie is enkel toegelaten op of in de kermiskraam.
Het vermelden van de waarschuwing “gebruik op eigen risico” of “wij zijn niet verantwoordelijk voor gebeurlijke ongevallen” of elke andere gelijkaardige vermelding is verboden.
Kans- en/of geldspelen, loterijen en tombola’s in strijd met de bestaande wetgeving zijn verboden.
Artikel 38 Sancties
Elke kermisuitbater kan gesanctioneerd worden indien hij:
Elke sanctie wordt schriftelijk opgelegd aan de kermisuitbater hetzij door de burgemeester, hetzij door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 39 Voorziene sancties
Artikel 40 Slot
Artikel 40 In werking treden reglement (cf wet, art 10§2)
Dit reglement treedt in werking op 1 december 2024 en heft het gemeentelijk reglement van 25 februari 2008 op.
Afschrift van dit besluit voor verder gevolg over te maken aan de bevoegde diensten.